‘Slavernijmuseum hoort thuis in Caribisch Nederland’
De beste locatie voor het op te richten slavernijmuseum moet volgens de Caribische eilanden zeker niet in Europees Nederland worden gezocht.
Het beoogde slavernijmuseum moet in het Caribisch gebied komen en niet in Amsterdam. Dat vinden de dialooggroepen van de eilanden op de Cariben. ‘Je kunt dit maar een keer goed doen.’
Dat zegt Arthur Sealy, coördinator van de Dialooggroep Bonaire. Vandaag vindt onder leiding van premier Rutte de Catshuissessie van het kabinet over het slavernijverleden plaats.
Historisch
Het standpunt betekent huiswerk voor het hele kabinet. Tien jaar geleden strandde een Nationaal Historisch Museum door ruzie over de locatie in Arnhem waarna een volgende bewindsman dat hele museum maar schrapte. Over de exacte locatie van het slavernijmuseum is nog geen duidelijkheid.
Bibliotheek
Alle dialooggroepen van de Caribische eilanden willen het slavernijmuseum in het Caribisch gebied en niet in Europees Nederland. Ieder eiland heeft een eigen dialooggroep, niet alleen Bonaire, Saba en Sint Eustatius maar ook de landen binnen ons koninkrijk op de Cariben, Sint Maarten, Curaçao en Aruba. Ze willen eveneens invloed op het hele gebeuren, zoals hoe het museum eruit komt te zien. Op de eilanden denken ze aan een museum met een bibliotheek en een multifunctioneel centrum.
Onderzoek
Met een museum ter plekke hebben de inwoners van nu informatie en kunnen ze beter onderzoek doen naar hun voorouders en kan het ook voor onderwijsdoeleinden dienen. Een dringende waarschuwing van de eilanden aan het kabinet: ‘Je kunt dit maar een keer goed doen.’
Gedenkteken
Daarnaast wil de Dialooggroep Bonaire een digitaal gedenkteken met de stambomen van tot slaaf gemaakten, zodat de inwoners en bezoekers van nu kunnen zien waar hun voorouders vandaan komen en waar ze zijn uitgebuit. Arthur Sealy zegt dat de dialooggroep het zich zo voor stelt, dat een bezoeker de achternaam intikt en dat dan de hele stamboom, inclusief de tewerkstellingsgeschiedenis, eruit rolt. Het idee van een gedenkteken is naar het kabinet gestuurd, maar een reactie is tot op heden uitgebleven.
Riemen
De reden voor een museum op de eilanden is simpel. Op de eilanden weten weinigen van de slaventijd van hun voorouders. Artefacten zoals trommels of landwerktuigen of kleding zoals hoeden en riemen of bellen, waarmee de slaven naar het land werden gemaand, liggen in Amsterdam, Caracas, Willemstad of Madrid en niet op de eilanden waar ze als tot slaaf gemaakten verbleven.
Gebouwen
Sealy zegt dat vrijwel alles op Bonaire herinnert aan de slaventijd, maar dat niemand er het fijne van weet. Zo is het huis van de gezaghebber door tot slaaf gemaakten gebouwd, net als het gebouw waar de eilandsraad vergadert. Of neem het gebouw van de Cuba Company, nu een café. Het is gebouwd met geld dat kwam van een tot slaafgemaakte vrouw, Aldersina Janga. Ze had een paar honderd gulden gekregen om haar vrijheid te kopen. Maar besloot het te schenken voor een school, dat nu, eeuwen later, een café is. Sealy hoopt op een snel en positief antwoord van het kabinet.
Of wordt hier eerst nog een 'inclusieve' commissie voor opgetuigd?
Dat slavernijmuseum hoort thuis in Caribisch Nederland.
Met een dependence in Nederland. Want helaas beschikt niet elke Nederlander over de middelen om af te reizen naar het slavernijmuseum in het Caribisch gebied.
Te simpel?! Heus?!