Advertentie

Schijn van gedragscodes

Column Elzinga, Binnenlands Bestuur 23

20 juni 2008

Elzinga schrijft in zijn column over de schijn van gedragscodes dat ‘de verleiding groot is om het aan raadsleden onmogelijk te maken actief te zijn bij of deel te nemen aan besturen van door de gemeente gesubsidieerde instellingen’. Deze verleiding zou volgens Elzinga ontstaan indien debat ontstaat rond raadsleden over belangenverstrengeling bij subsidierelaties. Hierbij gaat Elzinga evenwel voorbij aan twee belangrijke bepalingen in de gemeentewet zelf, die het mogelijk maken dergelijke ‘dubbele petten’ (raadslid zijn én een belang hebben bij een gesubsidieerde instelling) op te mogen hebben zonder dat sprake is van belangenverstrengeling of zelfs maar de schijn van belangenverstrengeling. Deze bepalingen hebben enerzijds betrekking op de transparantie in het handelen als raadslid in zijn verschillende (neven)functies en anderzijds betrekking op de invloed die het raadslid kan uitoefenen op besluiten van de gemeenteraad die hem persoonlijk aangaan in deze (neven)functies.

 

Zo regelt Artikel 12 van de gemeentewet dat leden van de raad openbaar maken welke andere functies dan het lidmaatschap van raad zij vervullen (transparantie). Artikel 28 regelt dat een raadslid niet deelneemt aan de stemming over een aangelegenheid die hem ‘rechtstreeks of middelijk persoonlijk aangaat of waarbij hij als vertegenwoordiger is betrokken’ (ongewenste invloed op persoonlijke belangen). In de praktijk zal een dergelijk ‘verbod’ op meestemmen ook gelezen kunnen worden als een ‘verbod’ op het indienen van moties of initiatiefvoorstellen bij zaken die je als raadslid persoonlijk aangaan, hoewel de wet dit niet expliciet benoemd. Het is jammer dat Elzinga in zijn column deze twee wettelijke elementen niet benoemd, waardoor hij meer verwarring doet ontstaan over het vervullen van nevenfuncties als raadslid dan nodig is.  

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie