Advertentie

Raadsleden: pak je kans

Het politieke reces ligt weer achter ons. Een nieuw politiek seizoen is gestart. Het laatste voor deze gemeenteraden, want volgend jaar wachten de gemeenteraadsverkiezingen. Af en toe denk ik nog even terug aan de vakantie en de prachtige steden die ik bezocht. Op mijn reis zag ik veel verkiezingsborden en sprak ik met mensen over verkiezingen of over de renovatie van het parlement. Enige beroepsdeformatie wil ik mezelf niet ontzeggen.

26 september 2017

Het politieke reces ligt weer achter ons. Een nieuw politiek seizoen is gestart. Het laatste voor deze gemeenteraden, want volgend jaar wachten de gemeenteraadsverkiezingen. Af en toe denk ik nog even terug aan de vakantie en de prachtige steden die ik bezocht. Op mijn reis zag ik veel verkiezingsborden en sprak ik met mensen over verkiezingen of over de renovatie van het parlement. Enige beroepsdeformatie wil ik mezelf niet ontzeggen.  

Terug in Nederland bekruipt me snel het gevoel niks gemist te hebben. De formatie speelt nog. Er komt nog steeds geen gekozen burgemeester en geen referendum. Zoveel wordt uit het ‘lekken’ wel duidelijk. En daarmee is het beeld bevestigd dat in de zoektocht naar meer eigentijdse vormen van lokale democratie de komende jaren wederom geen steun vanuit ‘Den Haag’ hoeft te worden verwacht. Niets nieuws aan het front.

Ondertussen zie ik lokaal veel raadsleden en inwoners die hard aan het werk zijn met het oog op de verkiezingen. Allereerst aan het vinden van goede kandidaten. Zo wordt door de één met een advertentiecampagne een nieuw/ander reservoir van potentiele kandidaten aangeboord. Of wordt door de ander geprofiteerd van landelijke successen bij de aanmelding van kandidaten. Ook komen er inwoners aan mijn bureau met vragen hoe een politieke partij moet worden opgericht. Daartegenover staan de berichten van raadsleden die hun zorg uiten over het voortbestaan van de lokale afdelingen van partijen. En daarmee het primaire potentieel voor kandidaten.

Naast de ‘kandidaatzoekers’ zijn er de programmaschrijvers. De vakantiegesprekken maakten mij er wederom van bewust dat programma’s binnen een partij belangrijk zijn. Een soort beleidsnota’s, waarvoor je met elkaar een heel proces doorloopt. Maar een verkiezingsprogramma kent niet meer de wervende functie die het binnen een zuil van gelijkgestemden wel kende. Dat beeld wordt deels ook nog eens versterkt door de ogenschijnlijk toenemende interesse voor ‘onafhankelijke’ kandidaten. Zeker wanneer die kandidaten een eenvoudige boodschap hebben met een beeld over de toekomst, winnen ze aan kracht. Zelfs wanneer dat beeld onhoudbaar is, geldt maar al te vaak het adagium ‘het klopt niet wat hij zegt, maar hij heeft wel gelijk’. Dus ik ga op hem/haar stemmen. Daar weegt geen programma tegenop.

Hierin zit ongetwijfeld ook het sentiment van het feit dat sommige mensen zich hoe dan ook af willen zetten tegen de gevestigde politiek/politici. Maar laten we daarbij niet vergeten dat sceptische burgers betrokken burgers zijn. Het doet de vraag ontstaan of het er ook niet op kan duiden dat verkiezingen één keer in de vier jaar voor een aantal inwoners een te klein ventiel is. Misschien doet het wel terugverlangen naar zoiets als  ‘het schervengericht’.  Kunnen een paar gemeenten dat instrument niet weer tot leven roepen?  Nu de staat van de lokale democratie nauwelijks in beeld komt in ‘het Haagse’, geeft dat veel ruimte aan de plaatselijke afdelingen/ partijen en gemeenteraden zaken eens anders te doen. Dus past aan het begin van het seizoen de oproep aan raadsleden en partijen  “vul de ruimte in die “Den Haag” biedt  en "pak de kansen”. 

Jan Dirk Pruim

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie