Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

‘Paasvuren zijn een mooie traditie’

De Achterhoek zit vol tradities, en die moet je in ere houden, vindt de burgemeester van Aalten Anton Stapelkamp. ‘Het sterke gemeenschapsgevoel is de ziel van deze streek’, aldus de westerling met eeuwenoude wortels in het Aaltense.

07 februari 2020
Town-hall-in-Aalten-01.jpg

Aan de Kiefteweg in Aalten staat de Saksische woonboerderij ‘t Stapelkamp te koop – op een hectare grond. Gebouwd rond 1750, maar geen nood, de woonboerderij is in 1998 mooi gereno veerd. Vraagprijs: 599.000 euro (we gaan niet kinderachtig doen over die tussenwoning in Amsterdam- Zuid voor anderhalf miljoen). ‘Mijn betovergrootvader is als laatste voorouder in die boerderij geboren. Maar we kopen de boerderij niet’, zegt de burgemeester van Aalten Anton Stapelkamp (58). ‘We wonen in het centrum van het dorp. Mijn vrouw loopt wel eens langs en klopt dan even op het raam. Ik fiets in een minuutje naar huis en om dan in het buitengebied te gaan wonen? Maar mijn hart bloedt wel een beetje.’

Toen Stapelkamp na 45 jaar Rotterdam in 2010 solliciteerde in het Zeeuwse Kapelle, was hij er nog geen half uur geweest. ‘In vergelijking met Aalten ging ik onvoorbereid de sollicitatiegesprekken in. In 2015 waren we hier op vakantie en toen ben ik zelfs op de tribune bij een raadsvergadering gaan zitten. Alles wat ik maar kon bedenken, heb ik voor Aalten gedaan. Maar wanneer gaat die burgemeester Berghoef nou met pensioen?’, lacht Stapelkamp (ChristenUnie) in zijn werkkamer aan de Markt.

Dat gebeurt begin 2017, waarna hij in september toeslaat. ‘Naar Aalten heb ik jarenlang uitgekeken. Dik vijfhonderd jaar staat hier de boerderij Stapelkamp; mijn voorouders pachtten haar zeker vanaf 1750. De broer van mijn opa, Antoon, moest als twaalfjarige jongen van school en ging hier in een hoornfabriek werken. In 1918 werd hij raadslid in Aalten, later CNV-voorzitter en in 1946 Kamerlid voor de ARP. Het was wennen voor hem daar in Haagse kringen ‘daar hij slechts van eenvoudigen Gelderschen landaard was’. Mijn vader en drie familieleden zaten ondergedoken in Aalten, het onderduikdorp van Nederland. Er zaten er hier 2.500 op een bevolking van 13.000. Niet voor niets staat aan de Markt het Nationaal Onderduikmuseum.’

Op 9 oktober 2017 belt VVD-raadslid Martin Veldhuizen, voorzitter van de vertrouwenscommissie. ‘De keuze is op u gevallen.’ Feest in huize Stapelkamp in Kapelle. Net voor de kerst wordt Stapelkamp geïnstalleerd. In navolging van zijn gedenkwaardige collega Marc Witteman besluit hij zijn nieuwe gemeente te leren kennen aan de eettafel. ‘Meer dan 150 mensen reageerden. Mijn vrouw en ik gaan samen bij iedereen langs. Vanavond weer, nummer 64, en morgen ook. Je hoort en ziet zo veel meer dan alleen vanuit je functie.’

Butendieker
De Gelderlander en de lokale kranten doen ruimhartig verslag van het ‘ankommen’ bij de mensen thuis. Stapelkamp eet, luistert en struint honderd dagen door Aalten, Dinxperlo, De Heurne en Bredevoort. Een week na de raadsverkiezingen van maart 2018 presenteert hij zijn ‘bevindingen van een butendieker’, geïllustreerd met foto’s en krantenknipsels.

De nieuwbakken burgemeester presenteert Aalten een begeesterd verhaal, maar zijn liefde is niet blind. Hij stelt kritische vragen en legt de vinger op zere plekken. De onderlinge verhoudingen kunnen beter, de raad bemoeit zich te veel met details, belangenverstrengeling ligt in een hechte gemeenschap op de loer en Aalten (27.000 inwoners) is te veel naar binnen gericht. Bovendien moeten de dorpen Aalten en Dinxperlo dertien jaar na de moeizame herindeling in relatietherapie.

Hij doet de Aaltense politiek ook zeven aanbevelingen. Zijn bevindingen zorgen voor commotie, maar de rust keer snel terug. Stapelkamp: ‘De aanbevelingen zijn grotendeels meegenomen in het door alle partijen opgestelde raadsprogramma. Dat is bijzonder, want er zat veel oud zeer in de politiek. De sfeer is flink verbeterd. Daarom is het ook zo mooi dat onze wethouder Hans te Lindert is uitgeroepen tot beste bestuurder van een kleine gemeente. Zijn succes verbindt ons.’

Wat de Achterhoekse gemeente zeker bindt, is het sterke naoberschap en de daarbij horende gebruiken en tradities. ‘Zij vormen deze streek. Het is waar wat hoogleraar Caspar van den Berg laatst in Binnenlands Bestuur zei: op het platteland bestaat het gevoel dat de eigen culturele identiteit wordt bedreigd door een kleine maar dominante groep in de Randstad. Achterhoekers snappen dat de wereld verandert en dat ze moeten meebewegen, maar niet op bevel van mensen ver weg met weinig kennis van en gevoel voor het leven hier.’

Vuurtje stoken
De traditionele paasvuren – Aalten heeft zo’n dertig kleinere vuren – zijn een voorbeeld van zo’n traditie, waarbij het er volgens de burgemeester vooral om draait samen met de buren een vuurtje stoken. ‘Wij in de Randstad snappen inderdaad jullie traditie niet. Wij hadden ook allerlei tradities. Kerstbomen staken we vroeger in de fik, dat doen we ook niet meer’, zei de vorig jaar overleden voorzitter van de Stichting Luchtfonds Jos Merks bij RTV Oost. Die paasvuren staan weer voor de deur.

Stapelkamp: ‘Vorig jaar heb ik de ontheffingen vanwege de kans op natuurbranden ingetrokken. “Heb ik weken lang hout lopen sjouwen, zeg jij drie dagen van tevoren dat het niet doorgaat”, mopperde een raadslid, maar alle stokers snapten best dat het niet anders kon. Vorige week heb ik de stokers alvast een brief gestuurd. Paasvuren zijn een mooie traditie en als het weer het toelaat dan gaan ze door, maar beperk de luchtverontreiniging door schoon hout te stoken en niet de maximale hoeveelheid te verbranden.’

Achterhoekers hebben weinig aansporing nodig om een feestje te vieren, en de burgemeester werkt graag mee. ‘Ik sluit aan bij de lokale identiteit. Er is hier een sterk gevoel van gemeenschap. Dat wist ik wel, en er is ook een sterke Zeeuwse identiteit, maar hier is-ie gemoedelijker – warmer. Evenementen worden gedragen door de gemeenschap.’

Breed gedragen
In het buurtschap IJzerlo is eind juni de Farm & Country Fair. Boeren en burgers komen er samen – vorig jaar bijna 40.000. ‘Rond die dagen werken er dik zevenhonderd vrijwilligers. De verenigingen verdienen er wat aan, waardoor zo’n evenement ook breed wordt gedragen. Mensen leven ernaartoe. Bij de gemeente nemen ambtenaren zelf vrij om op de Fair hand en spandiensten te verrichten. Zo gaat het bij veel Achterhoekse evenementen. De Aaltense atletiekvereniging doet al jaren het parkeerbeheer op de Zwarte Cross. In Dinxperlo is de grootste Oranjevereniging van het land – 5.700 leden in een dorp met 7.000 inwoners. Staat er een tent waar 1.600 mensen in kunnen. Een week lang, hè? Iets voor de kinderen, iets voor de ouderen. Afgelopen jaar konden de kerken de tent ook gebruiken en wij organiseerden er een veteranenconcert. De koning is een goede aanleiding, maar het dorp viert in wezen dat ze Dinxpers zijn. En er is nooit gedoe.’

Je zult hem ook niet voorop zien lopen bij een burgemeestersoptocht tegen het vuurwerk. ‘Uit het oogpunt van duurzaamheid, dierenwelzijn en milieu kun je van alles vinden van het vuurwerk en met velen ben ik de verloedering rond oud en nieuw zat. Maar wij hebben met oud en nieuw geen problemen. Natuurlijk zit niet iedereen op die knallen te wachten, maar de schade was minder dan 4.000 euro. De politie had twee incidentjes, de brandweer hoefde niet uit te rukken. Door de gemoedelijke sfeer lopen zaken hier minder snel uit de hand.

Mensen corrigeren elkaar. De wereld is hier echt anders dan in de Randstad, maar veel beleidsmakers die in de Randstad wonen en werken hebben geen idee.’ Stapelkamp was ergens in het midden van het land voor een bijeenkomst over het nieuwe model gebiedsgebonden politiezorg en hoorde daar eigenlijk alleen maar verhalen over de Randstad. ‘Ik stapte op een hoge politiefunctionaris af: “Weet u wel dat wij in een totaal andere wereld leven, met dat grotendeels lege buitengebied en een open landgrens? Kom eens langs.” Dat heeft ze gedaan.’

Jongerenketen
In dat buitengebied van Aalten worden niet alleen paasvuren afgestoken, er staan ook zo’n zeventig jongerenketen. Ook zo’n traditie waarvan we in de stad bitter weinig snappen. Oud VVDKamerlid Arno Rutte vond dat die keten moesten worden opgedoekt. Ze zijn brandgevaarlijk, zorgen voor afval- en geluidsoverlast en werken vandalisme en vechtpartijen in de hand. ‘Het ergste is nog dat gemeenten precies weten waar ze staan, maar vaak niets doen. Die drankhokken zijn 100 procent illegaal en ze moeten allemaal ontruimd worden.’

Stapelkamp peinst en niet over ze op te doeken. ‘We hebben er nul overlast van. In de cafés zijn die jongeren niet welkom, maar ze willen wel samenkomen. Hier vormen zich vriendengroepen voor het leven. Drankmisbruik is zeker een onderwerp, maar het is een onderwerp voor de gemeenschap. Van bovenaf bevelen geven, werkt hier niet.’

Het naoberschap manifesteert zich ook in de Achterhoekse industrie, weet hij. De streek richt zich op de maakindustrie, niet zo verwonderlijk voor een regio waar ijzer werd gewonnen en verwerkt (DRU, Atag). Stapelkamp: ‘Na Eindhoven heeft de Achterhoek de meeste octrooien van Nederland. Vanuit lokale smederijen ontstonden familiebedrijven die landbouwmachines maakten. Daaruit is een toonaangevende maakindustrie voortgekomen. Intelligente eiersorteermachines, mengvoedersystemen, zaadveredeling maar ook steeds meer niet op de agrarische sector gerichte bedrijven ontstonden in Aalten.

Vanuit het gevoel van verbondenheid wordt veel samengewerkt. De industrie is verenigd in de Samenwerkende Industriële Kringen Achterhoek. Je ziet het ook terug bij de Regiodeal die de Achterhoek als eerste met het kabinet sloot. We zijn koploper. We werken daarbij met ondernemers en maatschappelijke organisaties samen op onderwerpen als smart industry, circulaire economie en zorginnovatie ’

Buren
Het politieke naoberschap in de Achterhoek heeft wel wat voeten in de aarde, want de streek is lang niet altijd een eenheid. ‘De lokale en de regionale identiteit zijn hier sterk, maar ze zitten elkaar ook weleens in de weg’, zegt Stapelkamp. Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Doetinchem, Oost Gelre, Oude IJsselstreek en Winterswijk zitten in de vernieuwde regio onder de naam 8RHK ambassadeurs. ‘We zijn buren, maar dat voelt niet altijd zo’, zegt Stapelkamp.

‘Dat is meestal geen onwil, maar Winterswijk kijkt naar het Duitse Vreden, Berkelland naar Enschede en wij naar buurstad Bocholt. Daarom is het een prestatie van formaat dat we sinds 2018 de Achterhoekse samenwerking op een hoger niveau hebben weten te tillen.’ In de Achterhoek Raad zijn alle raadsfracties vertegenwoordigd en in de Achterhoek Board hebben ondernemers, maatschappelijke organisaties, de provincie en gemeenten een plek. Stapelkamp: ‘Die gemeenten hebben een deel van hun beslissingsmacht neergelegd bij de Board. En: er is nu een regionaal debat. Dat was er te weinig, en dat geldt helemaal voor Aalten.’


CV
Anton Stapelkamp (Den Haag, 1961) studeerde Nederlands Recht. Van 1986 tot 2002 was hij docent en opleidingscoördinator openbaar bestuur en sociale zekerheid bij ROC Albeda College. Van 2001 tot 2010 was hij deelgemeentebestuurder in Rotterdam Hillegersberg- Schiebroek. Van 2011 tot 2017 was hij burgemeester van het Zeeuwse Kapelle. Eind 2017 werd Stapelkamp burgemeester van Aalten.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie