Overschrijden Woo-termijnen kost ministeries ruim 3,4 miljoen euro
Met name de ministeries van LNV en VWS gaan vaak in de fout. Zij wijzen op personeelstekorten, maar willen geen nieuwe ambtenaren aannemen.
Ministeries waren in de periode van 2019 tot 1 juni 2023 in totaal ruim 3,4 miljoen euro kwijt aan dwangsommen bij Woo-verzoeken. De dwangsommen werden opgelegd door de rechter, omdat de verzoeken niet binnen de wettelijke termijn werden afgehandeld. Dat blijkt uit een overzicht van het ministerie van Binnenlandse Zaken, dat op verzoek van onafhankelijk Tweede Kamerlid Pieter Omtzigt openbaargemaakt werd.
Het ministerie van Financiën was ongeveer 183.000 euro kwijt aan verzoeken die vertraagd werden door ‘gebrek aan capaciteit’ en ‘algehele werkdruk’
Capaciteitsproblemen
Bij meer dan driehonderd verzoeken moest de rechter eraan te pas komen om de ministeries met een dwangsom tot een snellere behandeling te dwingen. Het gaat om verzoeken van onder meer burgers, media, advocaten en belangenorganisaties. De belangrijkste reden voor de vertraging, volgens de ministeries? Een gebrek aan personeel. Ook het verloop onder de Woo-ambtenaren zorgt regelmatig voor uitstel. ‘In verband met uitval direct betrokken medewerker is de afhandeling vertraagd’, meldt Binnenlandse Zaken. ‘Capaciteit’ en ‘veranderingen binnen het behandelteam’ speelden het ministerie van Economische Zaken en Klimaat parten. Het ministerie van Financiën was ongeveer 183.000 euro kwijt aan verzoeken die vertraagd werden door ‘gebrek aan capaciteit’ en ‘algehele werkdruk’ bij de Woo-afdeling én de beleidsafdeling.
Termijnoverschrijding
De ernstigste problemen qua kosten zitten bij het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). Alleen al in de afgelopen anderhalf jaar was dit ministerie meer dan 6,5 ton kwijt aan dwangsommen. Dat komt bovenop de ruim 1,1 miljoen euro die het ministerie van 2019 tot en met 2021 kwijt was. In bijna alle van de meer dan 120 gevallen waarin het ministerie te laat was, werd dat veroorzaakt door capaciteitsproblemen. Uit onderzoek van de Open State Foundation bleek in maart dit jaar dat het ministerie gemiddeld 302 dagen doet over de afhandeling van een Woo-verzoek. De wettelijke termijn voor complexe Woo-verzoeken is maximaal 42 dagen.
Volgens ACOI-voorzitter Ineke van Gent wordt weliswaar ‘hard gewerkt’ op het ministerie, maar wordt er ‘niet geleverd waar om wordt gevraagd’
Coronaverzoeken
Een andere ‘boosdoener’ is het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). Dat wijt de vertraging, naast de gebruikelijke capaciteitsproblemen, aan de grote hoeveelheid coronagerelateerde verzoeken die het te verwerken heeft. Maar dat is, oordeelde het Adviescollege Openbaarheid en Informatiehuishouding onlangs, geen excuus. Volgens Ineke van Gent, voorzitter van het adviescollege, wordt er weliswaar ‘hard gewerkt’ op het ministerie, maar wordt er ‘niet geleverd waar om wordt gevraagd’. Openbaarheid is volgens Van Gent de norm.
Minister Ernst Kuipers liet in zijn reactie weten het advies van het ACOI om meer openbaar te maken en minder zwart te lakken niet op te volgen, met het oog op de hoeveelheid werk en de ‘vertrouwelijkheid’ van adviescolleges als het OMT. Volgens Van Gent is dat ‘absoluut niet in lijn met de WOO’.
In het onderzoek van Open State Foundation gaven zes ministeries aan dat zij op zoek zouden gaan naar meer personeel om de afhandeling van Woo-verzoeken te versnellen. Opvallende afwezigen in dit lijstje: de ministeries van LNV en VWS. Zij zien meer in ‘het aanpassen van het afhandelingsproces’.
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.