Advertentie

'Maar de medewerkers doen er niks mee'

Basile Lemaire, bestuurskundige en auteur van het boek Heren, hoeren, heiligen, analyseert waarom veranderprocessen bij de overheid zelden werken.

20 mei 2015

De overheid loopt achter bij de ontwikkelingen in de samenleving. Dat vraagt om verandering, om anders denken en handelen, om een nieuw paradigma. Men benoemt weliswaar de problemen maar kijkt men daarbij ook in de spiegel? En komt men tot handelen?

Iedere maandag vergadert het MT, van 10.00 uur tot 12.00 uur. ’s Maandags is namelijk iedereen weer fit. En dan niet stipt om 9.00 uur beginnen, maar mensen in het begin van de week eerst even een uurtje de kans geven om met elkaar bij te praten. En misschien nog even de krant te lezen.

In de vorige raadsperiode was dat overigens wel anders. De wethouder die toen verantwoordelijk was voor de ambtelijke organisatie vond dat je de krant maar in eigen tijd moest lezen. Bijpraten moest maar na werktijd gebeuren.
 

Nee, gelukkig zat er nu een nieuwe wethouder. Eentje van de ‘menselijke maat’ waardoor er weer een beetje ‘normaal’ gedaan kon worden, zoals vroeger. Misschien komt dat wel omdat hij zelf, voordat hij wethouder werd, ook altijd ambtenaar was geweest. Hij begrijpt tenminste dat een goede onderlinge verstandhouding wat mag kosten. En dat dat uiteindelijk op de een of andere manier goed is voor de burger.
 

Vandaag is het een belangrijke vergadering. De gemeenteraad heeft een motie aangenomen: de ambtelijke organisatie moet meer ‘van buiten naar binnen’ leren denken. Het verzoek van de nieuwe wethouder is om hier eens onderzoek naar te doen en met een plan te komen.
 

Eigenlijk is een onderzoek niet eens nodig. Per slot van rekening roept men het intern al jaren: ‘de burger’ moet weer centraal staan! We moeten weer luisteren naar ‘de burger’! Bladerend in de notulen van de voorgaande jaren blijkt dat ook: het probleem wordt eigenlijk al jaren benoemd. Kijk, nog maar een jaar geleden was de conclusie van een vergadering: ‘Er moet voor worden gezorgd dat de dienstverlening aan de burger op orde komt.’ Er moet voor worden gezorgd…
 

De vorige wethouder bleef destijds maar doorzagen dat we elkaar overal op moesten aanspreken, aan elkaar moesten vragen hoe iets er voor stond, of waarom we iets nog niet hadden aangeleverd. Alsof dat zo gemakkelijk is! De beste vrouw sloeg daarmee toch echt een paar stappen over. Je moet wel eerst heldere processen en spelregels hebben en die in kaart brengen. En die vervolgens communiceren naar de medewerkers. Processen en kaders zijn toch de basis voor elke verandering.
 

Na die vergadering van een jaar geleden waren er nieuwe procesafspraken gemaakt: iedere medewerker rondt zijn onderdeel binnen twee weken af en geeft zijn resultaat door aan de volgende persoon in de behandelketen. Bij die afspraken zaten duidelijke tabellen en stroomdiagrammen. De procesafspraken waren zelfs nog in een nieuwsbrief aan de medewerkers gemaild.
 

Maar vorige week moest het MT helaas constateren dat de medewerkers er nog niks mee hadden gedaan. De conclusie van het MT was dan ook dat er onder de medewerkers duidelijk sprake is van een ‘cultuurprobleem’. Die conclusie werd onomwonden in de notulen vastgelegd…
 

Als dit MT met deze wethouder zijn zin krijgt, en dus niet de hand in eigen boezem steekt, dan volgt er een lang en wollig ‘veranderprogramma’ dat er in de kern op neerkomt dat men doorgaat op de kansloze weg van nieuwe kaderstelling, proces- en procedureafspraken. En uiteindelijk verandert er niets. Omdat men van alles durft te benoemen behalve de eigen rol aan het voorfront van de verandering.

Basile Lemaire is bestuurskundige en auteur van het zojuist verschenen boek “Heren, Hoeren, Heiligen. Over publiek leiderschap en vertrouwen”. Want het kan wél!

Reacties: 9

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Janssen / Boekhouder
Het is al zo vaak besproken en beschreven, dat het een clichés is geworden. Ondanks de goede bedoelingen, is een verandering binnen overheidsorganisaties moeilijk tot soms onmogelijk. Er zijn links en rechts uitzonderingen, maar het zijn uitzonderingen!!

De vraag is dan uiteindelijk: hoe kan dit nou? Als notabene de raad en het bestuur willen veranderen en in praktijk gebeurt er niets.

In de particuliere sector hebben de eigenaren een groot belang erbij om het bedrijf effectief en efficiënt te maken. Mensen en middelen worden zodanig georganiseerd dat de doelstelling - het luisteren en dan bedienen van de klant - haalbaar wordt. De combinatie prijs en kwaliteit is heel belangrijk voor het succes. De klant heeft namelijk alternatieven, deze kan naar de concurrent gaan. Het succes en het bestaan van het bedrijf wordt bepaald door de klant. Gebeurt dit niet dan wordt het management / directeuren ontslagen!! De eigenaar kan zelfs failliet gaan.

In de publieke sector speelt dit allemaal niet. De correctiesystemen bijvoorbeeld faillissement bestaan hier niet. De verkiezingen en de controle van de media zijn de correctiemechanismen. De praktijk laat al zien dat dit niet werkt.

Als een overheidsinstelling zijn doelstellingen niet haalt, zal dit nooit tot grote problemen leiden. Waar moet de burger als klant heen, er is geen concurrerend alternatief is. Het Bestuur en management blijft zitten. Maar het wordt erger, de klant in dit geval de belastingbetaler moet gewoon weer zijn geld in de vorm van belastingen afdragen aan deze falende instelling.

Heb je als burgerklant invloed op de prijs en kwaliteit verhouding, is het antwoord ook nee. Je kunt niet naar de concurrent gaan. Er is geen overheidsinstelling die een prijs/kwaliteit beleid voort. En dat hoeft ook niet, want er bestaat gedwongen winkelnering.

De bestuurders van een overheidsinstelling hoeven hun eigen geld ook niet te investeren dus bij verlies of bij slechte resultaten hoeven zij niet te vrezen voor ontslag of een persoonlijk faillissement. Zij hoeven alleen er maar voor te zorgen dat zij beschikken over politieke vaardigheden.

Ik vind het niet vreemd dat overheidsorganisaties er niet in slagen om effectief en efficiënt op te treden. Het zit niet in de natuur van dit type ‘bedrijf c.q. markt’. Het kan gewoon weg niet anders, omdat de noodzakelijke correctiesystemen ontbreken. Met name door het ontbreken van concurrentie, geen inzet van eigen geld, en het ontbreken van het faillissementsmodel.
Fritz
Ik ga er vanuit dat dhr Lemaire gewoon wel een fatsoenlijk tarief moet betalen voor deze advertorial ter promotie van zijn boek. Aan fantasie ontbreekt het hem in ieder geval niet en hij schaamt zich wederom niet om, voor eigen geldelijk gewin, een hele beroepsgroep eens lekker in een kwaad daglicht te zetten. Succes met de verkoop van uw boek, heer Lemaire.
K.M. Schaap / afdelingshoofd burger- en bestuurlijke zaken
Als je meent dat sommige clichés echt voorkomen kan dat er mee te maken hebben dat je tot de categorie van jonge niets en niemand ontziende carrieremakers hoort. Mensen die over lijken gaan voor een beetje extra geld en daarom de hele boel over hoop willen halen met als enige doel er zelf beter van worden. Die mensen vergeten echter dat de revolutie meestal zijn eigen kinderen opeet.
Niels / Ambtenaar
En daar gaat de nuance weer.....als we elkaar niet willen begrijpen, doe dan ook geen moeite om reacties achter te laten. Vergroot alleen maar tegenstellingen. Maar het is me duidelijk hoor. Ik wacht nog wel 12 jaar....
K.M. Schaap / afdelingshoofd burger- en bestuurlijke zaken
Gelukkig ben ik voor Den Duvel en zijn ouwe moer niet bang. Als hij het over onbegrip heeft spreekt hij voornamelijk over zichzelf.
Niels / Ambtenaar
Waarom is dit helaas zo herkenbaar? Waarvoor dank overigens Basile!
Hubert van Mastrigt
Veranderen is leren doen.
K.M. Schaap / afdelingshoofd burger- en bestuurlijke zaken
Koenraad van de arbeidsdienst haalt weer alle clichés over ambtenaren uit de kast om zijn eigen clichépraatje over verandermanagement aan de man te brengen.
Herder
Hoe kan het toch dat deze clichés zo herkenbaar zijn voor mij als ambtenaar? Zouden sommige clichés echt voorkomen?



Zoals de "dat doen wij allang zo" ambtenaar (vaak man, 55+) die zegt dat ie het allemaal al tig keer heeft gehoord en gezien en dat niemand het hem "nog een keer" hoeft te vertellen.



Dat is mijn favoriete. Telkens als ik die spot word ik van binnen een beetje blij.
Advertentie