Verkiezingen in 335 gemeenten

Op 21 maart kan in 335 gemeenten een nieuwe gemeenteraad worden gekozen. In 45 andere gemeenten gaan wel de stemlokalen open, maar alleen vanwege het referendum over de ‘sleepwet’; de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten (Wiv).

Meer raadsleden

Er zijn bij de raadsverkiezingen van 21 maart 7.979 raadszetels te verdelen in de 335 gemeenten, heeft Raadslid.Nu berekend. Na de verkiezingen telt Nederland 8.863 raadsleden. Nu zijn dat er 8.823. Er komen na de raadsverkiezingen 40 zetels bij door een stijging van het aantal inwoners in 21 gemeenten.

Herindeling

In 39 van de 45 gemeenten waar volgende maand geen raadsverkiezingen zien, kunnen op 21 november naar de stembus. Het gaat om gemeenten die per 2019 fuseren, of op de nominatie staan om samen te gaan. Niet alle gemeenten staan daar om te springen, zoals het Groningse Haren en een aantal gemeenten uit de Hoeksche Waard. De Tweede en Eerste Kamer moeten zich nog over de respectievelijke wetsvoorstellen buigen.

Lage opkomst

De overige 6 gemeenten waar op 21 maart geen verkiezingen zijn, zijn per 2018 gefuseerd en hebben afgelopen november een nieuwe raad gekozen. Dat waren gemeenten in Friesland, Groningen en Gelderland. De opkomst bij die herindelingsverkiezingen was laag. In geen van de gemeenten kwam het opkomstpercentage boven de 45 procent uit. Bij de reguliere raadsverkiezingen van maart 2014 bedroeg de gemiddelde opkomst 54 procent. Schiedam noteerde met 42,6 procent de laagste opkomst, Schiermonnikoog met 85,3 procent de hoogste.

Winst voor lokalen

Bij de herindelingsverkiezingen van november zijn in Groningen en Gelderland lokale partijen als winnaar uit de bus gekomen. Lokale partijen gaan het zeer waarschijnlijk op 21 maart (opnieuw) goed doen. Een op de drie kiezers is van plan om volgende maand op een lokale partij te stemmen, zo blijkt uit recent onderzoek van I&O Research. In 2014 stemde nog 28 procent van de kiezers op een lokale partij, nu neigt 33 procent van de stemmers dat te gaan doen.