Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Kafka in Brabant

Tientallen re-integratiebedrijven vielen om toen in 1999 de geldkraan van het Europees Sociaal Fonds (ESF) van de ene op de andere dag werd dichtgedraaid. De Veldhovense ondernemer Tjeerd Mulder (58) heeft een pensioengat van 4,5 miljoen euro. ‘Ze hebben me kapotgemaakt.’

05 september 2008

Boze burgers

 

De tijd dat overheden in relatieve rust besluiten konden doordrukken is voorbij. Burgers weten tegenwoordig heel goed waar en hoe ze hun recht kunnen halen. Sommigen verzetten zich net zo lang totdat ze de strijd hebben gewonnen of alle juridische middelen zijn uitgeput. Over hen gaat deze serie ‘Boze burgers’. Wie zijn die doorzetters, wat drijft ze en hoe gaan ze te werk?

 

Na negen jaar strijd kan hij het bijna niet meer opbrengen om boos of verdrietig te worden. Bíjna niet meer. Maar een enkele keer spugen zijn ogen vuur en lijkt hij de controle een moment te verliezen. ‘Goedlopende bedrijven hebben ze de nek omgedraaid, en daarmee ook de mensen erachter. Ik kan zelf gewoon niet geloven wat me allemaal is overkomen’, zegt Tjeerd Mulder.

 

Het begint allemaal zo mooi, in 1997. Mulder staat als eigenaar-directeur aan het hoofd van TMU Holding. Een aantal van zijn bv’s heeft zich gespecialiseerd in ISOnormeringen, een internationale kwaliteitsstandaard voor het bedrijfsleven. Met hulp en advies van de onderneming van Mulder zijn honderden bedrijven aan een ISO-certificaat geholpen. In overleg met het regionaal arbeidsbureau, de Arbeidsvoorziening Zuidoost-Brabant, heeft TMU in 1994 ook al eens een groep van vijftien langdurig werklozen opgeleid tot kwaliteitsmanager. Het opleidingsprogramma heeft TMU ontwikkeld in samenwerking met het Frits Philips Instituut.

 

‘Rond 1996’, vertelt Mulder, ‘kwam er een omslag. Middelgrote en grote bedrijven namen steeds vaker zelf kwaliteitsmanagers in dienst en hadden onze hulp niet meer nodig. Daarom gingen we ons richten op kleinere bedrijven, tot vijftig werknemers. Het inhuren van een externe consultant was voor deze bedrijven te duur. Toch gingen wij de mogelijkheid bieden om ze in een jaar tijd aan een ISO-certificaat te helpen. Door bijeenkomsten te beleggen in groepsverband, konden we het voor deze groep ondernemers betaalbaar houden.’

 

Tegelijkertijd gaat Mulder, in samenspraak met het arbeidsbureau, vaker werkloze hbo’ers en academici opleiden tot kwaliteitsmanager. In 1997 wordt een brug geslagen tussen beide projecten: de toekomstige kwaliteitsmanagers gaan tijdens de opleiding op praktijkstage bij de bedrijven die deelnemen aan de ISO-trainingen van TMU. De arbeidsvoorziening ziet mogelijkheden om geld uit het Europees Sociaal Fonds (ESF) hiervoor aan te wenden, en zo gaat het balletje rollen. De Brabantse regio worstelt in die tijd met de naweeën van het faillissement van DAF en een ontslaggolf bij Philips (operatie Centurion), en wordt daarom vanuit Brussel rijkelijk bedeeld met financiële ondersteuning.

 

Het ESF-geld is niet alleen goed voor de bestrijding van de werkloosheid. Dankzij de Europese subsidies komt in Zuidoost-Brabant het felbegeerde ISO-certificaat binnen handbereik voor de allerkleinste bedrijven. ‘Dan heb ik het over bedrijven met tien, twaalf man in dienst. Door die ESF-subsidie hoefden zij slechts 1200 gulden voor ons ISO-programma te betalen. Zonder ESF-geld ging het om acht- tot tienduizend gulden, en dat was voor bedrijven van die omvang bijna niet op te brengen’, legt Mulder uit.

 

Succes

 

De resultaten zijn bevredigend. ‘Het was een eclatant succes’, weet Mulder zich zelfs te herinneren. ‘De kwaliteitszorg en de arbeidsre-integratie waren twee tandwielen die precies in elkaar pasten. We hebben tachtig langdurig werklozen aan een baan geholpen, en 140 bedrijven hebben een ISO-certificaat behaald. Er ging vanuit de arbeidsvoorziening een brief naar de minister met het pleidooi om er een voorbeeldproject van te maken. We werden de hemel in geprezen.’

 

Wel krijgt Mulder te maken met bureaucratische voorschriften. ‘Dat was een eerste clash. Acht maanden nadat de eerste projecten van start waren gegaan, werden we geconfronteerd met een administratieve rompslomp waar we niets van wisten. Elk deelnemend bedrijf moest per medewerker per dag aangeven hoeveel tijd aan het project was besteed. Maar er waren nooit urenstaten bijgehouden, en in de praktijk van zo’n klein bedrijf kan dat ook bijna niet.’

 

‘Toen hebben wij een fout gemaakt’, beaamt Mulder. ‘Op verzoek van de deelnemende bedrijven gingen wij voor hen een inschatting maken. Dat was bedoeld als service naar die ondernemers toe. We verdeelden de geprognotiseerde uren per bedrijf over het personeelsbestand. Het was puur nattevingerwerk. Toen de arbeidsvoorziening er achter kwam dat we met die lijsten bezig waren, werd ons duidelijk gemaakt dat dit niet kon. Er moest exáct inzicht worden gegeven in het aantal projecturen. We hebben die lijsten daarom uiteindelijk niet ingediend, en gereageerd in de zin van: “Oké, dit doen we dus nooit meer.”

 

Vanaf dat moment stuurden de deelnemende bedrijven zelf hun urenadministratie naar TMU, en wij stuurden deze dan door naar de arbeidsvoorziening. De arbeidsvoorziening ging akkoord met deze oplossing, en daarmee was het probleem uit de wereld. We hielden als TMU alleen onze eigen uren bij, dat was voldoende. De arbeidsvoorziening zou de deelnemende bedrijven extra voorlichten over de eisen waaraan hun urenadministratie moest voldoen.’

 

Zootje

 

Een paar maanden later ontstaat echter een nieuw probleem, dat vele malen groter is. Het is een probleem waarop TMU geen enkele invloed heeft: Brussel draait de geldkraan voor alle Nederlandse ESF-subsidies van de ene op de andere dag dicht. Nederland blijkt ESFgelden, die uitsluitend zijn bedoeld als werkgelegenheidssubsidies die rechtstreeks naar concrete projecten moeten toevloeien, onder meer te hebben gebruikt om financiële gaten bij de arbeidsvoorziening te dichten. Miljarden aan ESF-subsidies zijn naar de arbeidsvoorziening gepompt, maar slechts een deel hiervan is besteed aan werkgelegenheidsprojecten als die van TMU.

 

Volgens Tjeerd Mulder heeft Nederland er in die tijd met het ESF-geld niet alleen een zootje, maar vooral ook een ondoorzichtig bureaucratisch oerwoud van gemaakt. ‘Elke regionale arbeidsvoorziening was zelf beslissingsbevoegd over de aanwending van ESF-gelden, maar iedereen had ook zijn eigen interpretatie van de regels. Voor elke Brusselse regel waren in Nederland drie aanvullende regels bedacht. Het project dat in Brabant zo’n succesformule was, probeerde ik elders ook van de grond te tillen. In het Knooppunt Arnhem Nijmegen moest ik het eerst helemaal omgooien, en in Lelystad kon het helemaal niet. Waanzin was het.’

 

Nadat de Brusselse geldkraan is dichtgedraaid, blijft Arbeidsvoorziening Zuidoost-Brabant aanvankelijk netjes aan TMU betalen. Op nationaal niveau wordt intussen koortsachtig geprobeerd om orde in de chaos te scheppen. Al snel wordt besloten tot de oprichting van één centrale organisatie: ESF Nederland. ‘Achteraf moet je vaststellen dat het op dat punt voor mij en talrijke andere ondernemers verkeerd is gegaan. Alle regio’s probeerden hun fouten te maskeren voor de nieuwe landelijke organisatie. Iedereen wilde zijn eigen hachje redden’, meent Mulder.

 

Open mond

 

En zo komt de discussie over de urenadministratie, die in de beleving van Mulder ruim een jaar eerder naar tevredenheid is opgelost, weer in volle omvang boven tafel. ‘Het verhaal over die uren werd opgeblazen tot een beschuldiging van fraude. Ook werd gezegd dat er geen contract was tussen TMU en de arbeidsvoorziening. We deden al jaren zaken en er waren talrijke briefwisselingen en schriftelijk vastgelegde afspraken, maar plotseling werd er een punt van gemaakt dat er nooit een formele overeenkomst was gesloten. Drie maanden eerder waren we nog de hemel in geprezen, nu werden we opeens verketterd. Er begon een hetze te ontstaan tegen TMU. ESF Nederland vroeg om een onderzoek en er kwamen controles. Ze wilden zelfs de boekhouding van de hele bv zien. En zolang het onderzoek liep, kreeg ik geen geld. Ik zag de debiteurenstand oplopen tot de helft van de jaaromzet. Gék werd ik ervan.’

 

Mulder bedenkt zich niet, en spant een kort geding aan. Tijdens de zitting valt hij van de ene verbazing in de andere. ‘Pas toen hoorde ik de grieven. Al jaren werkte ik samen met de arbeidsvoorziening, en nu werd gesteld dat de relatie met TMU onduidelijk was. Dat er was geknoeid met de urenadministratie. Dat de eigendomsverhoudingen van mijn bv’s onduidelijk waren. Dat de vergoeding voor TMU hoger was dan toegestaan. Dat er sprake zou zijn van mogelijke belangenverstrengeling tussen medewerkers van de arbeidsvoorziening en TMU. Enzovoort, enzovoort, enzovoort. Ik heb met open mond staan luisteren.’

 

Mulder, die via het kort geding 800.000 gulden aan achterstallige betalingen wil vorderen, kan alles weerleggen, maar zal het juridisch gelijk pas later aan zijn zijde vinden. Bij de voorzieningenrechter trekt hij aan het kortste eind.

 

Inmiddels is binnen de arbeidsvoorziening een ware machtsstrijd ontbrand rond TMU. Tjeerd Mulder vindt een onverwachte bondgenoot in sectormanager Ton Geerts, die TMU enkele jaren eerder bij de arbeidsvoorziening heeft aangebracht. In opdracht van zijn regionaal directeur heeft Geerts achteraf geprobeerd om de bestaande afspraken met TMU alsnog te vatten in een contract. Maar als dit eenmaal is gebeurd, draait de regionaal directeur de zaak terug. Hij is het oneens met de vastgelegde afspraken en bovendien heeft sectormanager Geerts ‘geen mandaat om Arbeidsvoorziening te binden’, bericht hij aan TMU.

 

Geerts reageert woedend en vermoedt dat zijn directeur ‘wellicht is gesouffl eerd door juristen en boekhouders’, schrijft hij in een boze brief: ‘Jij hebt mij zelf aanbevolen om de mondelinge afspraken die in het verleden met TMU zijn gemaakt schriftelijk vast te leggen. Nu passages daarin minder goed uitkomen, wordt de omvang van de mandaatregeling betwijfeld. Het zal me op het laatst van mijn bijna twintigjarige dienstverband bij Arbeidsvoorziening toch niet gebeuren dat ik bij de rechter tegen mijn eigen werkgever moet getuigen omdat ik weiger een spelletje mee te spelen dat ten koste kan gaan van een bedrijf waarmee wij een zakelijke relatie hebben?’

 

Sectormanager Geerts verstuurt de brief in kopie aan TMU en tekent daarmee zijn spreekwoordelijke doodvonnis. Het gevolg is namelijk dat hij onmiddellijk zijn kamer en bureau moet leegruimen. ‘De regionaal directeur zei dat ik het nest had bevuild.’ De vrees die Geerts onder woorden heeft gebracht in de brief aan zijn directeur, wordt bewaarheid: bij onder meer het gerechtshof in Den Bosch wordt later een verklaring van de ex-sectormanager overlegd die voor de arbeidsvoorziening nadelig uitpakt.

 

Terugbetalen

 

Tjeerd Mulder is ervan overtuigd dat Geerts’ directeur mede is aangestuurd door hogerhand. ‘Wij waren een van de grootste ESF-partners in de regio Eindhoven. Wij zogen het meeste geld weg. Behoudens Philips dan, maar die had rechtstreeks toegang tot de minister. Ik was de grootste onder de kleintjes. Er was daarom een groot financieel belang mee gemoeid. Dat verklaart ook waarom Geerts in zo’n laat stadium is teruggefloten, want dat gebeurde pas weken nadat hij alles op papier had gezet. Eerst is er in Groningen nog een vergadering geweest tussen ESF Nederland en mensen van de Arbeidsvoorziening Zuidoost-Brabant. Dáár is naar mijn stellige overtuiging bepaald dat TMU geen cent meer mocht ontvangen.’

 

Na de uitspraak in kort geding gaat het onderzoek naar TMU door. Een Bijzonder Opsporingsteam probeert, aangestuurd door de directie van ESF Nederland, een vinger te krijgen achter de veronderstelde malversaties en ongerechtigheden. Het is allemaal vooropgezet, concludeert Mulder achteraf. ‘De fout moest bij TMU liggen, want anders lag die bij hen. En als dat laatste zo was, moesten ze de betalingen aan ons hervatten en liepen ze het risico dat ze alle verstrekte subsidies moesten terugbetalen aan Brussel. Maar er was geen geld. Ze hadden geen cent in kas. Niet voor niets liet de arbeidsvoorziening bij haar opheffing een schuld achter van 1 miljard euro.’

 

De directie van ESF Nederland verklaart later dat zij in tussenrapportages alarmerende signalen heeft ontvangen van de onderzoeker die met TMU is belast. Deze onderzoeker laat op zijn beurt echter aan de advocaat van Mulder weten dat hij zich niet kan herinneren dergelijke ernstige signalen te hebben uitgezonden. Een onderzoeksrapport waaruit het tegendeel zou moeten blijken, komt nooit boven tafel. Kafka in Brabant. En doordat betalingen van de arbeidsvoorziening uitblijven, kan Mulder eind 2000 nog maar één ding doen: hij vraagt het faillissement aan voor TMU.

 

Voor de curator verloopt de afwikkeling van het faillissement bijzonder succesvol. In 2004 bepaalt de rechtbank in Den Bosch dat het ministerie van sociale zaken, in naam van de inmiddels opgeheven arbeidsvoorziening, 1,5 miljoen euro aan achterstallige betalingen aan de curator moet overmaken. Minister Aart Jan de Geus tekent echter beroep aan, en weigert te betalen. Er is een beslaglegging op vliegveld Valkenburg en de derdenrekening van de landsadvocaat voor nodig om de minister op andere gedachten te brengen. Ook in de vervolgprocedure verliest de staat uiteindelijk. De belastingdienst en tachtig procent van de crediteuren krijgen hun vorderingen op het failliete TMU vervolgens volledig vergoed. De overige schuldeisers ontvangen nog altijd zeventig procent van hun uitstaande facturen.

 

Voor Tjeerd Mulder is het slechts een doekje voor het bloeden. ‘Ik ben blij dat mijn schuldeisers bijna allemaal het geld hebben gekregen waar zij recht op hadden. Maar zelf ben ik ernstig gedupeerd. Ik had een succesvol bedrijf; dat was mijn pensioen. Ik wilde mijn bedrijf verkopen en cashen. Maar de aandelenwaarde kelderde in enkele maanden tijd van tien miljoen gulden naar nul. Dan hebben we het dus over een schadepost van ruim 4,5 miljoen euro. Nu ben ik 58 jaar, en ben ik mijn pensioen kwijt. Ik ben overnieuw begonnen, maar dat is ook niet meer zo gemakkelijk als je wat ouder bent.’

 

Genoegdoening

 

Nadat hij in diverse procedures in het gelijk is gesteld door rechtbank, gerechtshof en Hoge Raad – de allereerste uitspraak in kort geding is de enige procedure die hij ooit heeft verloren – wil Mulder genoegdoening. Hij zoekt steun. De Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging probeert een voet tussen de deur te krijgen bij achtereenvolgens De Geus en later diens opvolger Piet Hein Donner. Beide ministers weigeren een gesprek en wensen niet over de zaak om tafel te gaan.

 

In een laatste poging om zijn recht te halen en zijn pensioengat te dichten, zet Mulder een nieuwe civiele procedure in gang . Dit voorjaar laat hij enkele hoofdrolspelers uit het TMU-debacle horen bij de rechtercommissaris in Den Bosch. De onderzoeker die de TMU-projecten destijds onder een vergrootglas heeft gelegd, zegt onder meer dat hij zich kan herinneren dat de urenadministratie ‘niet conform de regelgeving’ was. Wie hiervoor verantwoordelijk was, is door hem echter nooit vastgesteld, geeft hij aan. Anderen, zoals de oudsectormanager Ton Geerts, nemen het bij de rechtercommissaris voor Mulder op.

 

De conclusie van Mulder na afloop van de verhoren: het heeft geen zin meer om verder te procederen. ‘Het is in Nederland zo ontzettend moeilijk om gevolgschade te verhalen. Als jij een ambulance aanrijdt, en door het uitblijven van reanimatie overlijdt degene naar wie deze ambulance op weg was; ben jij daarvoor dan verantwoordelijk? In dat soort vraagstukken kom je terecht. Tijdens de verhoren bij de rechter-commissaris zeiden sommige hoofdrolspelers dat zij essentiële dingen gewoon waren vergeten. Een goed geweten is vaak het gevolg van een slecht geheugen, denk ik dan. De finesses krijg ik nooit meer boven water. De vraag of ik rechtsgronden heb om mijn pensioen terug te halen, moet ik daardoor helaas met nee beantwoorden.’

 

‘We kunnen bij de rechter het beeld schetsen van de arbeidsvoorziening als ontredderde organisatie, de totale anarchie die er heerste en ieder die zijn eigen straatje probeerde schoon te vegen. Maar dat zal vermoedelijk niet voldoende zijn. En voordat je het weet, beland je in ellenlange juridische procedures en ben je wéér jaren verder. Dat kan ik niet meer opbrengen. Via Kamerleden en ministers heb ik de afgelopen jaren ook geen poot aan de grond gekregen. Het houdt een keer op.’

 

‘Wat mijn pensioen is, is voor de staat niet meer dan een afrondingscijfer. Ik had beter bij de arbeidsvoorziening kunnen werken. Daar was het een grote janboel, maar bij de opheffing van de dienst werden aan 37 directeuren en andere managers gouden handdrukken verstrekt van in totaal ruim 9,5 miljoen euro. Dat kan dan weer wel. Terwijl die directeuren een miljard euro schuld hebben achtergelaten en verantwoordelijk zijn voor een chaos waarover jarenlang is geprocedeerd door een groot aantal bedrijven en instellingen. Als simpele ziel vraag ik me dan af hoe het is gesteld met de waarden en normen van het kabinet-Balkenende. Waarom is men mij niet tegemoet gekomen? Iedereen weet hoe de zaak in elkaar zit, maar niemand wil de verantwoordelijkheid nemen. Ondertussen zit ik met de financiële ellende opgescheept. Vind je het gék dat mensen hun vertrouwen in de overheid verliezen?’

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie