Advertentie

'Kabinet negeert opnieuw kritiek'

Met een privaatrechtelijke overeenkomst kan geen rechtstatelijke, politieke of morele verantwoording worden afgelegd, schrijft wetenschapper Joep van der Vliet in een nieuw artikel over de zaak van klokkenluider Fred Spijkers.

09 mei 2008

Het kabinet negeert opnieuw kritiek op zijn handelen in de zaak van klokkenluider Fred Spijkers. Dat schrijft de Amsterdamse rechtsgeleerde Joep van der Vliet, verbonden aan de Universiteit van Amsterdam, deze week in een artikel in het blad Openbaar Bestuur. In maart concludeerde Van der Vliet in een onderzoek dat de overheid op sommige momenten 'slecht en zelfs kwaadaardig' had gehandeld in de slepende zaak van de bekende klokkenluider.

 

Op verzoek van SP-Kamerlid Krista van Velzen stuurde minister van Justitie Ernst Hirsch Ballin mede namens Binnenlandse Zaken vorige maand een reactie op het onderzoek naar de Kamer. Maar de argumenten waarmee hij aangeeft waarom de zaak volgens hem is afgehandeld, deugen niet, zo stelt Van der Vliet. Hirsch Ballin stelt dat de zaak is afgedaan met de uitvoering van een vaststellingsovereenkomst, waarin voor Spijkers onder meer een financiële genoegdoening is geregeld.

 

Volgens Van der Vliet kan echter via het afsluiten van een privaatrechtelijke overeenkomst 'geen rechtstatelijke, politieke of morele verantwoording worden afgelegd'. Daarbij negeert de minister ten onrechte zijn argument dat de Nationale ombudsman, die een rapport over de zaak schreef, niet onpartijdig was, aldus de jurist. Ook dat de overheid Spijkers in een brief verontschuldigingen aanbood, is voor Van der Vliet geen argument, omdat in de praktijk de overheid weinig heeft gedaan om die verontschuldigingen in daden om te zetten. Van der Vliet wijst er daarbij onder andere op dat zonder toestemming van Spijkers zelf diens dossiers zijn opgeborgen in het Nationaal Archief, een handeling die Spijkers allerlei administratieve problemen oplevert.

 

Landmijn

 

Spijkers is sinds 1984 met het ministerie van Defensie in een conflict verwikkeld. De maatschappelijk werker moest toen de weduwe van een militair vertellen dat haar man door zijn eigen onvoorzichtigheid was overleden. Spijkers wist echter dat de landmijn, de oorzaak van zijn dood, bekend stond als onveilig. In 1997 erkende het ministerie het gelijk van Spijkers, maar die was inmiddels zijn baan al kwijt. Vijf jaar geleden bereikten Defensie en Spijkers een overeenkomst voor eerherstel. Die overeenkomst wordt volgens Spijkers op verschillende punten niet nageleefd.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie