‘Ik kan mensen helpen’
De verwachting was dat er koppen zouden rollen in Brunssum, maar waarnemend burgemeester Gerd Leers zag dat anders. Het probleem was niet de integriteit, maar de verziekte bestuurscultuur. Die verbeter je niet met een stok, maar met een uitgestoken hand, zegt hij. ‘Ik veroordeel niemand.’
Brunssum in rustiger vaarwater na een jaar Leers
‘Doe kéns mich de poekel roetsjen.’ Gerd Leers wist meteen dat hij met dát spreekwoord zijn theaterlezingen, die hij met Dries van Agt en Jan Terlouw in het Limburgse land geeft, zou beginnen: ‘Dat zei mijn opa, die wasmachines maakte, als hij met mensen moest praten maar daar geen zin in had’, vertelt Leers (67) in Grand Hotel L’Empereur in Maastricht. ‘Ik heb veel van mijn opa geleerd: zelf verantwoordelijkheid nemen, grenzen stellen en liever ruzie maken dan halve oplossingen accepteren. Allemaal nuttige levenslessen, maar wat ik nooit van hem heb overgenomen, is doe kéns mich de poekel roetsjen. Je kunt mijn rug op. Dat wil ik ook van anderen niet horen. Of dat het jouw tijd wel zal duren? Het mág jouw tijd niet duren.’
Enfin, de oud-burgemeester van Maastricht en minister in Den Haag strijkt begin dit jaar neer in Brunssum om daar als waarnemend burgemeester orde op zaken te stellen. En wat treft hij er aan? Een gemeente waar doe kéns mich de poekel roetsjen tot bestuurskunst is verheven. ‘Er was werk aan de winkel’, zegt Leers, die zijn jonge jaren in Brunssum doorbracht en dacht dat hij zijn pappenheimers in de ‘ongepolijste’ Oostelijke Mijnstreek wel zo’n beetje kende. ‘De tegenstellingen waren groter dan ik had gedacht. De verhoudingen waren verziekt. Ik druk niemand in een hoek en ik veroordeel niemand.
Het zat niet alleen op dát moment verkeerd, het zat al jaren verkeerd. Het gedoe over de benoeming van Jo Palmen tot wethouder en het vertrek van burgemeester Luc Winants waren de laatste druppels, maar ik zag opeens de hele emmer.’
Verbrassen
Die emmer zat vol met haat en nijd. Oppositie en coalitie in Brunssum gunden elkaar in de raadszaal (en daarbuiten) het licht in de ogen niet. Zo’n raadszaal is geen plek voor een burgemeester die hooguit wordt geduld door het ene kamp en wordt verfoeid door het andere. Daar past alleen iemand die respect afdwingt.
‘Ik had van meet af aan het gevoel dat alle partijen mij serieus namen’, zegt hij. Wat daarbij vast meespeelde, is dat Leers ook zijn lessen had geleerd. ‘Ik heb mijn fouten gemaakt. In mijn glorietijd als burgemeester van Maastricht verbraste ik met mijn confronterende ambitie de compassieruimte waardoor ik in het debat over de Bulgaarse villa uiteindelijk het loodje legde. Ik ben zoveel geprezen, gemangeld en verguisd, dat ik nu, op mijn 67ste, kan zeggen: ik weet hoe mensen zich voelen. Ik kan mensen helpen. Twintig jaar geleden zou ik in Brunssum hebben gefaald. Dan was ik onderdeel van het probleem geworden, zoals Luc Winants dat overkwam.’
Winants nam op 4 december 2017 ontslag in Brunssum (28.000 inwoners). En het geschiedde in die dagen dat gouverneur Bovens in Maastricht en minister Ollongren in Den Haag vonden dat het zo niet langer kon in Brunssum. De Limburgse gemeente had met wethouder Jo Palmen niet alleen een ‘groot integriteitsprobleem’, ze bleek ook onmachtig om dat probleem op te lossen. De gemeenteraad diende Palmen de laan uit te sturen. ‘Als dat niet gebeurt – de signalen zijn glashelder, ik geef ze nog de kans dat te doen –, zullen anderen moeten handelen’, zei de minister van Binnenlandse Zaken.
Kort voor de gemeenteraadsverkiezingen publiceerden de honorair hoogleraren Elzinga en Korsten een onderzoeksrapport waarin zij concludeerden dat er helemaal geen groot integriteitsrisico voor wethouder Palmen was. Na de verkiezingswinst van Palmen viel de discussie over zijn positie stil. Dat was ook het advies van Korsten aan de minister geweest: houd je kiezen op elkaar. Toen de minister al wat eerder tot bedaren was gekomen, had ze ook nog gezegd: ‘Ik ben er nog steeds niet gerust op wat er in Brunssum gebeurt, maar Leers moet nu eerst de kans krijgen alles in goede banen te leiden.’
Schandpaal
Die kans greep Gerd Leers, maar hij toog in januari níet naar Brunssum om met harde hand orde op zaken stellen. Hij koos voor verzoening. ‘Ik wilde zelf een oordeel vormen en niet meteen afgaan op de beeldvorming. Bovendien vind ik met gouverneur Bovens dat je niet onmiddellijk op zoek moet naar stokken om te slaan, maar dat je mensen de kans moet geven om tot inkeer en zelfontwikkeling te komen. Dat klinkt bijna pastoraal, maar dat is wel mijn overtuiging. Al te vaak wordt de integriteitsdiscussie als politiek wapen gebruikt. Ik vind: bied mensen een tweede kans; die heb ik ook gekregen. Daar komt bij dat de lokale partijen en met name Jo Palmen de raadsverkiezingen hadden gewonnen. Die uitslag kon en mocht je niet naast je neerleggen.’
Verzoenen is iets anders dan met je laten sollen, wil waarnemer Leers gezegd hebben. ‘Ik heb heel snel in de gemeenteraad een grens getrokken. Ik accepteer niet dat mensen elkaar beledigen en elkaar aan de schandpaal nagelen. Daar los je de problemen natuurlijk niet mee op. Er moet uiteindelijk een uitgestoken hand volgen. Dat betekent dat je iedereen in zijn waarde laat. Als je niet wilt dat mensen onverschillig zijn, dan moet je ze hun verhaal laten vertellen. Soms vertellen ze onbeholpen en ongenuanceerd dat verhaal, maar laat hun gevoelens bovenkomen. Neem mensen serieus. En dan blijken de mensen die serieus worden genomen, anderen ook serieus te nemen en zelfs waardering en respect voor elkaar te krijgen. Het vertrouwen dat ze van je krijgen, geven ze ook terug.’
Dat vertrouwen kwam niet uit de lucht vallen, aldus Leers: ‘Brunssum heeft ervoor geknokt. Eerst hebben we duidelijke regels rond integriteit afgesproken en de procedures rond de benoeming van de wethouders onder de loep genomen. Inmiddels hebben ook alle raadsleden een risicoprofielgesprek gehad en is er een integriteitscommissie benoemd. Maar daarmee ben je er nog steeds niet. Het is gemakkelijk om regels af te spreken over integriteit, maar uiteindelijk bepalen de omgangsvormen hoe het spel wordt gespeeld.’ Het probleem schuilde volgens de waarnemend burgemeester in de ‘zachtere’ elementen: manieren, woordgebruik, openstaan voor anderen. ‘Fatsoen en openheid waren er niet meer in Brunssum’, zegt hij. ‘Er heerste een cultuur van: zoek het uit, er wordt toch niet naar mij geluisterd. De meeste aandacht is uitgegaan naar verandering van die cultuur.’
Gronddossier
Raad en college van Brunssum waren de tweespalt uiteindelijk ook wel beu. Leers: ‘Men wilde verandering en men wilde vooruit. Daar heeft iedereen veel voor overgehad. Daar moet je niet lichtzinnig over denken. Het vergt moed om je na jaren van tweedracht tijdens trainingen opeens bloot te geven. Maar ze hebben het gedaan, en niet zonder resultaat. Het enige wat ik heb gedaan, was ervoor zorgen dat college en raad zich met vertrouwen in dat avontuur konden storten.’
De verbeterde sfeer in de Brunssumse politiek viel ook De Limburger op. ‘Leers temt Brunssumse ruzieraad’, kopte de krant eind vorige maand. Raadsleden keuvelden in de pauze van een raadsvergadering zowaar ontspannen met elkaar, had de krant gezien. ‘Dat was een verademing’, zegt Leers. ‘Ik weet nog goed dat we de raadsleden in de raadszaal niet achter, maar voor de tafel hadden gezet. Het deed er niet meer toe tot welke partij je behoorde. De politieke verschillen en de oordelen over de anderen verdwenen als sneeuw voor de zon doordat die verdomde tafel er niet meer stond.’
Het zat volgens Leers ook mee dat de gedwongen herindeling in Parkstad, die de Brunssumse politiek spleet, dit jaar werd afgeblazen en er 40 miljoen rijksgeld klaarligt om te investeren in de regio. En, last but not least: het omstreden gronddossier rond Palmen is grotendeels geregeld. Gerd Leers: ‘Ik heb het gronddossier dat in de loop van de jaren was uitgegroeid tot een enorme rel, uit handen van de politiek gehaald en teruggebracht tot een dispuut tussen een willekeurige inwoner en de gemeente Brunssum. Ik heb de gemeenteraad gevraagd zich er verder niet mee te bemoeien. Het college heeft een beslissing genomen, uiteraard zonder Jo Palmen. We gaan een grondruil toepassen. Dat gaat mij politiek lukken, maar dat wil niet zeggen dat er in de toekomst geen claims meer kunnen komen. Iedereen die zich onrechtvaardig behandeld voelt, kan naar de rechter stappen, maar de basis van het geschil lossen we op.’
Nestor
Je kunt niet over Brunssum praten zonder het over de nestor van BBB/Lijst Palmen te hebben: Jo Palmen (72), geliefd in Brunssum, omstreden daarbuiten. Leers is mild over de sfinx van Brunssum. ‘Ik begrijp heel goed dat hij vindt dat hem onrecht is aangedaan. Jo Palmen wil volgens mij een soort Robin Hood zijn, de ombudsman van de gemeente, die opkomt voor mensen die dat volgens hem verdienen. Misschien met wat veel aplomb, maar niet om zijn eigen zakken te vullen. Door te luisteren naar zijn verhaal en door mee te denken over oplossingen, kun je heel goed uitleggen dat zijn drive om iets voor iemand te betekenen, niet wil zeggen dat het geldende gemeentelijk beleid aan de kant moet worden gezet. Als Palmen gelijk heeft, dan moet je hem gelijk geven. Als hij volgens jou geen gelijk heeft, dan moet je dat ook zeggen en uitleggen waarom iets niet kan.’
Brunssum is in rustiger vaarwater terechtgekomen, maar Leers zit nog wel even als waarnemer in de Limburgse gemeente. ‘Ook al kost het mij enorm veel energie. Ik ben een werkpaard, maar ik was de afgelopen weken echt keikapot.’ Voordat hij de deur openzet naar een kroonbenoemde burgemeester, zal gouverneur Bovens vast nog even de kat uit de boom willen kijken. Als Brunssum weer onder de pannen is, gaat de pensioengerechtigde Leers naar school om een gediplomeerd mediator te worden. ‘Ik wil nooit meer zelf de maat zijn; anderen zijn nu de maat voor mij. Overal waar ik vanaf nu neerstrijk, wil ik mensen losmaken van de politieke tegenstellingen of van de controverses tussen politiek en bedrijfsleven, die de verhoudingen zo verlammen en uitmonden in doe kéns mich de poekel roetsjen. De politiek is vaak zo gekunsteld en gemaakt.’
CV
Gerd Leers (Kerkrade,1951) studeerde planologie en ruimtelijke economie in Nijmegen, waar hij in 1975 afstudeerde. Van 1982 tot 1990 was hij fractievoorzitter van het CDA in Goirle. Van 1990 tot 2002 was hij Tweede Kamerlid en van 2002 tot 2010 burgemeester van Maastricht. Van 2010 tot 2012 was hij minister voor Immigratie, Integratie en Asiel in het kabinet Rutte I. Via zijn bedrijf De Vijfde Berg BV was hij de afgelopen jaren actief op het snijvlak tussen overheid en bedrijfsleven. Op 1 januari 2018 werd hij waarnemend burgemeester in Brunssum.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.