Advertentie

Groningen en Overijssel dichten kloof

De provincie onzichtbaar? Niet in Groningen en Overijssel. Hier worden nu ook formatiedebatten in het openbaar gevoerd.

19 maart 2011

Als er iets is waar burgers een hekel aan hebben, dan is het aan achterkamertjes. En toch trekken politici zich na verkiezingen onmiddellijk terug achter gesloten deuren voor het vormen van een kabinet, respectievelijk college van GS of college van B en W. Het is een automatisme: de vraag of er wellicht ook in openbaarheid van gedachten kan worden gewisseld, wordt meestal niet eens gesteld. De kiezer wordt bedankt, maar verliest vervolgens direct het zicht op de ontwikkelingen.

 

De provincies mochten zich begin deze maand bij de Statenverkiezingen verheugen in een relatief hoge opkomst. Met bijna 56 procent was deze zelfs de hoogste in 24 jaar. De tragiek voor de provincies is dat deze hoge opkomst vooral werd veroorzaakt door het grote landelijke belang dat op het spel stond. Anders gezegd: de vraag of het kabinet-Rutte in de Eerste Kamer een meerderheid zou behalen, was in de campagnes allesoverheersend.

 

Tegelijkertijd biedt de hoge opkomst provincies wel de kans om zich nu nadrukkelijker te profileren. De aandacht voor politiek is groter dan ze in het verleden weleens is geweest. Blijkbaar hebben Provinciale Staten van Groningen en Overijssel zich dit goed gerealiseerd: in beide provincies is in het openbaar gedebatteerd over de formatie. In Overijssel gaven fracties zelfs in het openbaar aan met welke partijen zij bij voorkeur een coalitie vormen.

 

In zowel Groningen als Overijssel heeft de kiezer er nu goed zicht op welke onderwerpen de fracties belangrijk genoeg vinden om in het coalitieakkoord op te nemen. Groningen ging nog een stapje verder: in deze provincie is expliciet aan maatschappelijke organisaties gevraagd of zij willen meedenken over het op te stellen collegeprogramma, en daarvoor input willen leveren.

 

Dat openbaarheid vooral ook ontnuchterend kan zijn, bleek in Overijssel. Daar maakte de PVV zich in de verkiezingscampagne sterk voor de teruggave van Essent-gelden aan de bevolking. Tijdens het formatiedebat gaf PVV-lijsttrekker Edgar Mulder echter aan dat het geld ook mag worden geïnvesteerd in ‘zaken waar de burger iets aan heeft’. D66 zette zich in de campagne krachtig af tegen herontwikkeling van de luchthaven Twente, maar tijdens het formatiedebat sloeg lijsttrekker Aart Karssen meteen een gematigder toon aan: eenmaal genomen besluiten zullen door D66 loyaal worden uitgevoerd.

 

Hoewel ook in Groningen en Overijssel uiteindelijk in achterkamertjes zaken zullen worden gedaan, kan de nieuwe aanpak een eerste stap zijn om de spreekwoordelijke kloof met de kiezers te verkleinen. Misschien laten andere provincies zich erdoor inspireren: openbare formatiebesprekingen als norm, in plaats van als uitzondering. Al is dan wel te hopen dat partijen voor en na de verkiezingen niet al te snel van standpunt veranderen. Want dan kan het nog weleens averechts uitpakken.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie