Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

'Draag uit dat racisme niet normaal is'

Gemeenten treuzelen met anti-discriminatie

24 maart 2023
Demonstratie tegen racisme, 1 juli 2020, Amsterdam
Demonstratie tegen racisme in AmsterdamShutterstock

Slechts een derde van alle gemeenten voert actief beleid tegen discriminatie. Dat kan en moet beter, vindt onderzoeker Hanneke Felten. Discriminatie bestrijden is niet makkelijk, maar er is een rijk palet aan acties die gemeenten kunnen ondernemen, laat Felten zien.

Teamleider Juridische Zaken

Yacht
Teamleider Juridische Zaken

Afdelingshoofd Jeugd & Minima

SED organisatie
Afdelingshoofd Jeugd & Minima

‘Verwerpelijk en on-Venloos’, karakteriseerde burgemeester Antoin Scholten de racistische leuzen die in zijn stad verschenen. De woorden White Lives Matter, die worden gebruikt door rechtsextremistische, neo-nazistische groepen, werden eind december vorig jaar geprojecteerd op de gevel van een UWV-gebouw in Venlo. Dezelfde woorden verschenen op oudjaarsnacht op de Rotterdamse Erasmusbrug, samen met andere racistische leuzen. Zo kwam onder andere een uitspraak van een bekende Amerikaanse neonazi voorbij.

‘Een schande dat dit gebeurt in de stad die door de nazi’s is platgebrand’, reageerde burgemeester Ahmed Aboutaleb. ‘Als je aan het welzijn van Rotterdam komt, kom je aan de Rotterdammers, kom je aan ons allen.’ Het is goed dat de burgemeesters zich uitspreken tegen racisme in hun stad, vindt Hanneke Felten, onderzoeker en projectleider op het gebied van de bestrijding van discriminatie bij kennisinstituten Movisie en KIS (Kennisplatform Inclusief Samenleven).

‘Het is belangrijk dat deze burgemeesters uitdragen dat racisme niet normaal is. Het is mooi dat ze refereren aan de lokale identiteit. We zien in onderzoek dat mensen meer hun best doen om niet te discrimineren als ze het idee hebben: in mijn groep hoort dat niet. Zelfs de meer onbewuste vooroordelen worden daardoor verminderd.’

Er zijn ook minder goede voorbeelden, merkt Felten op. ‘In Giethoorn werden een moeder en zoon van Turkse afkomst door buurtbewoners weggepest. Daarover bleef de gemeente opvallend stil. Door niks van zo’n incident te zeggen, wek je de indruk dat het normaal is. Maar het is natuurlijk niet normaal: discriminatie is verboden, dat staat in onze Grondwet en in het wetboekvan strafrecht.’

Eigen plan

Het stellen van een duidelijke maatschappelijke norm is maar een van de manieren om discriminatie op lokaal niveau te voorkomen, zegt Felten. Wat haar betreft zou elke gemeente een eigen plan moeten hebben om discriminatie tegen te gaan. Uit onderzoek van Movisie en KIS blijkt echter dat bijna twee derde van de gemeenten in 2022 nog geen antidiscriminatiebeleid heeft. Dat was slechts een minimale verbetering ten opzichte van vijf jaar eerder. Wel geven steeds meer gemeenten aan, te werken aan dergelijk beleid.

Wat Felten verstaat onder lokaal antidiscriminatiebeleid? ‘Een goed doordacht actieplan over hoe je discriminatie voorkomt en vermindert. In welke domeinen ga je aan de slag? In de sport, in de wijken, op de arbeidsmarkt, of overal? Welke partners hebben daar een rol in? Dat staat in zo’n plan allemaal beschreven. Dat omvat dus meer dan alleen: hier kun je discriminatie melden.’

Elke gemeente zou een eigen plan moeten hebben

Gemeenten zijn verplicht om een zogenoemde antidiscriminatievoorziening (ADV) te hebben. Daar kunnen inwoners incidenten van discriminatie melden. Verder dan dat gaat de wettelijke verplichting niet. Felten: ‘Maar het is wel de bedoeling dat gemeenten meer doen dan dat. Dat zegt de minister ook.’

In een recente Kamerbrief gaf minister Bruins Slot (Binnenlandse Zaken, CDA) aan dat ze gemeenten wil aansporen om lokaal beleid tegen discriminatie op te zetten. Ze wil gemeenten daar ook bij helpen, door handreikingen beschikbaar te stellen en webinars en gesprekken te organiseren. Felten vermoedt dat geoormerkt geld zou kunnen helpen om een impuls te geven aan de lokale aanpak van discriminatie.

‘Op dit moment is er alleen geoormerkt geld voor beleid rondom de discriminatie van de lhbti-gemeenschap: de Regenboogsteden worden financieel ondersteund door het rijk. Dat heeft enorm geholpen. Vijftien jaar geleden zeiden sommige gemeenten nog: “Nee hoor, wij hebben geen homo’s”. Dat is echt veranderd. Allerlei gemeenten, grote en kleine, van Limburg tot Groningen, willen Regenboogstad worden, en zetten zich daarmee in tegen lhbti-discriminatie. Wij zouden graag zien dat gemeenten zich net zou sterk zouden inzetten tegen andere vormen van discriminatie, bijvoorbeeld op basis van huidskleur of een beperking.’

Slecht vindbaar

Stel: je wilt als gemeente een lokaal plan tegen discriminatie gaan ontwikkelen, waar moet je beginnen? Er is een aantal vrij laagdrempelige, maar effectieve acties, zegt Felten. ‘Als eerste: zorg dat je zicht hebt op je antidiscriminatievoorzieningen. Die zijn soms heel slecht vindbaar. Het is al een mooie stap om die beter onder de aandacht te brengen. En je kunt bij de ADV ook vragen: wat voor ideeën hebben jullie om discriminatie tegen te gaan? Een sterke ADV doet meer dan alleen meldingen oppakken, maar daar moeten ze dan wel de middelen voor hebben. Daarnaast kun je beginnen bij de organisaties die je zelf subsidieert in de sport, kunst en cultuur. Ga eens met de sportclubs praten. Weet je hoe je discriminatie signaleert? Wat doe je als er racistische scheldkanonnades zijn? Daarvoor kun je cursussen aanbieden. Je kunt het ook opnemen in je subsidiebeleid.’

Ook scholen en bedrijven kunnen erbij worden betrokken. Felten: ‘Je kunt scholen uitnodigen om met de ADV te bespreken: wat doen jullie tegen discriminatie? Wat kunnen we van elkaar leren?’ In het bedrijfsleven gaat het vooral om arbeidsmarktdiscriminatie. ‘Het gros van de bedrijven wil niet discrimineren, maar veel bedrijven weten niet zo goed hoe ze dat moeten doen. We weten bijvoorbeeld: objectief werven en selecteren werkt. Dat wil zeggen: sec kijken naar competenties en niet afgaan op een “klik” met de kandidaat. Als gemeente kun je dat soort kennis delen met bedrijven.’

Nog een tip: je kunt als gemeente werkgevers of scholen in het zonnetje zetten wanneer ze zich inzetten tegen discriminatie. Felten: ‘Naming and shaming is lastig, maar naming and faming kan wel. Als een bedrijf het heel goed doet, kun je dat belonen door de wethouder langs te sturen. Dan gaan andere organisaties vanzelf denken: waarom doen wij dit niet?’ Tot slot benadrukt Felten opnieuw dat het belangrijk is om – zoals de burgemeesters van Venlo en Rotterdam al deden – uit te dragen dat discriminatie onacceptabel is. ‘Het is goed om een norm te stellen, en te blijven stellen.’ Kan het in sommige gevallen niet schuren met de vrijheid van meningsuiting, wanneer bestuurders gaan bepalen welke uitlating wel en niet normaal zijn? ‘Soms zijn er grensgevallen’, geeft Felten toe, ‘maar we moeten wel beseffen dat discriminatie verboden is. Dat staat in de wet. Dus daar hoeven we niet over te discussiëren.’

Een op de drie gemeenten actief

Slechts 35 procent van de Nederlandse gemeenten voert actief beleid tegen discriminatie, zo bleek eind 2022 uit onderzoek van Movisie en Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS). Dat percentage is de afgelopen vijf jaar nauwelijks gestegen: in 2017 ging het om 33 procent van de gemeenten. Wel is er een stijgende lijn te zien in het aantal gemeenten dat aangeeft bezig te zijn met het ontwikkelen van dergelijk beleid: van 13 procent in 2017 naar 33 procent in 2022. De meest voorkomende reden dat gemeenten geen lokaal antidiscriminatiebeleid voeren, is dat er geen capaciteit is voor de uitvoering. Ook bij de gemeenten die wel een antidiscriminatiebeleid hebben, geeft 23 procent aan, behoefte te hebben aan extra middelen en personeel. ‘Ik vermoed dat budget echt een verschil kan maken’, aldus onderzoeker Hanneke Felten.

Gemeenten die wel antidiscriminatiebeleid hebben, leggen de nadruk vaak op het voorkomen van discriminatie op grond van afk omst, seksuele voorkeur en genderidentiteit. Voor discriminatie op grond van een lichamelijke of geestelijke beperking is minder aandacht. Felten: ‘Discriminatie op grond van beperking komt helaas heel veel voor. Het gaat om beperkte toegankelijkheid, zoals niet naar binnen kunnen bij een gebouw of geen gebruik kunnen maken van bepaalde diensten. Ook zien we ongelijke behandeling in de vorm van negatieve bejegening en soms geweld tegen mensen op grond van beperking. Mogelijk zijn deze vormen van discriminatie nog onvoldoende in het vizier van gemeenten.’ Verder valt op dat 6 procent van de gemeenten aangeeft geen antidiscriminatievoorziening (ADV) te hebben waar slachtoff ers van discriminatie zich kunnen melden. Dit is echter wel een wettelijke verplichting.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie