Advertentie

G32: Wij zijn géén uitzendbureau van de rijksoverheid

De 32 grote steden willen met een nieuw kabinet een Nationaal Stedenakkoord sluiten om van de onvermijdelijke decentralisatie te kunnen profiteren.

12 september 2010

De grote steden zien graag nieuwe taken van het Rijk in hun richting komen, maar willen vervolgens niet zoals in het verleden opgezadeld worden met een oerwoud aan regels en loketten. ‘Geef ons de ruimte om onze bestuurskracht in te zetten’, aldus de G32-steden in een pleitnota.

 

Over die extra ruimte willen de G32 (de grote steden, met uitzondering van Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) binnen 3 maanden na het aantreden van een nieuw kabinet een Nationaal Stedenakkoord sluiten.

 

De G32 lanceerden hun pleidooi deze week tijdens het tweede G32- ontbijt op het Binnenhof in Den Haag, want ‘door het gebrek aan geld is er veel meer draagvlak voor het verdelen van taken in het Huis van Thorbecke’, aldus G32-voorzitter en burgemeester van Venlo Hubert Bruls (CDA).

 

Motoren

 

Het Rijk gaat een flink aantal taken overdragen en de steden zullen daarin een grote rol spelen, menen de G32. Dat is goed, want de massa woont in de steden en de steden zijn de motoren van de economie en de ‘kraamkamers van de innovatie’, aldus de grote steden.

 

Welke taken zullen worden overgedragen is nog onduidelijk zolang er geen nieuw kabinet is, ‘maar zodra dat er is, willen we om de tafel gaan zitten om te praten over de decentralisatieagenda. Wat gebeurt er met de Jeugdzorg, wat gebeurt er met het UWV en met het Stedelijk Vernieuwingsfonds’, aldus Bruls.

 

De G32 lobbyen niet voor meer geld of voor grootschalige herindeling, zegt Bruls. ‘We weten dat er veel bezuinigd moet worden. Dat geldt voor iedereen. Maar wij kunnen wel meer ruimte gebruiken om onze bestuurskracht in te zetten voor lokale en regionale allianties.’ De G32 zetten de decentralisatie wel op de agenda, maar G32-voorzitter Bruls zegt zich te realiseren dat de steden geen duidelijke en eenduidige positie innemen.

 

Burgemeester Bruls: ‘De verantwoordelijkheid voor de stad behoort in een Nationaal Stedenakkoord bij de steden te liggen. We moeten echt ruimte hebben in ons belastinggebied, want daarmee heb je ook ruimte voor eigen beleid. Ik ben geen uitzendbureau van het Rijk. Daarvoor ben ik geen burgemeester geworden. Maar ik merk dat er nogal eens koudwatervrees bij gemeenten is om hun verantwoordelijkheid te nemen.

 

'Als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de G32 pleiten voor meer bevoegdheden voor gemeenten, dan zie je dat gemeentebestuurders zich snel terugtrekken onder het mom van: “Als wij dat nu krijgen, dan moet er wel voldoende geld zijn en worden we erop aangesproken.” Verantwoordelijkheid maakt bestuurders ook angstig en dus ze kiezen ze liever voor een “nee, tenzij” houding.’

 

Tweeslachtig

 

Ook het Rijk heeft zich net als het parlement volgens Bruls in het verleden tweeslachtig opgesteld. Decentraliseren, maar wel blijven sturen. G32-voorzitter Bruls: ‘Elke overheveling van taken heeft geleid tot een lappendeken aan arrangementen en bestuurlijke drukte. Kijk naar de laatste fase van het Grotestedenbeleid, waarbij de drie brede doeluitkeringen regelvrij moesten zijn. Maar uiteindelijk werden er wel beleidsdoelen en procesmatige regels door vakdepartementen aan toegevoegd. Zo kan dat niet.

 

'Het Rijk moet gemeentebesturen vertrouwen. Als wij geld krijgen, bepalen wij wel of we het stoppen in welzijn of in lantarenpalen. Met de beste bedoelingen hebben we het met z’n allen heel ingewikkeld gemaakt. Ook de steden. Wij vonden het wel prettig om van alles te regelen met het Rijk en om ons vervolgens achter die arrangementen te kunnen verschuilen. Maar dat heeft wel geleid tot maatschappelijke stagnatie. Dus willen we in het Nationaal Stedenakkoord de regels en arrangementen terugbrengen om zodoende de regie in eigen hand te kunnen nemen.’

 

Één aanspreekpunt

 

De G32-steden pleiten daarom niet alleen voor een eenduidiger rijksbeleid maar ook voor één bestuurlijk aanspreekpunt op rijksniveau, aldus wethouder Jan Hamming (PvdA). De wethouder voor onder meer Arbeidsmarktbeleid en Grotestedenbeleid in Tilburg en voorzitter van de ‘Fysieke Pijler’ van de G32: ‘Of er nu voor 16 of voor 18 miljard wordt bezuinigd, dat kan het Rijk niet doen zonder ondersteuning van de steden. In de steden gebeurt het in Nederland. Dus moet je met elkaar een decentralisatieagenda afspreken.

 

'Minder ministeries en één ministerie voor Ruimte met daarin VROM en Verkeer en Waterstaat zou helpen. We moeten af van de loketten en de schotten. Niet alleen in Den Haag maar óók tussen Den Haag en de steden. We vormen te vaak eilandjes. Je kunt beter samen een programma maken. Maar als je afspreekt dat budgetten bij de steden komen te liggen, dan moet je die afspraak niet omkleden met allerlei wetten en regels. Decentralisatie heeft in het verleden geleid tot eindeloos geregel en een verstikkend verantwoordingscircuit.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie