Hoger beroep corruptiezaak De Mos begonnen

Het hoger beroep in de strafzaak tegen de Haagse oud-wethouder Richard de Mos is begonnen. Vorig jaar sprak de rechtbank in Rotterdam De Mos vrij van corruptie en schending van de geheimhoudingsplicht, maar het OM vindt dat er fouten in het vonnis zitten. De Mos spreekt van ‘een verschrikking’.

Engelbewaarder

Zoals bij alles wat Richard de Mos en zijn partij Hart voor Den Haag doen, is er goed nagedacht over het beeld dat zij willen laten zien. Op de stoep van het Haagse Paleis van Justitie, vlak naast de Tweede Kamer, staat al vroeg in de ochtend een dweilorkest klaar. Dat is even daarvoor van het Haagse gemeentehuis naar het hof gemarcheerd. Net als bij de rechtbank een jaar eerder, arriveert De Mos in een groen-gele limousine.

Onder de vrolijke tonen van de hit Engelbewaarder druppelen advocaten, verdachten, journalisten en groen-geel uitgedoste fans binnen. Het is zo druk, dat veel van de aanhangers van De Mos de zaak via een livestream in een andere zaal moeten volgen. Zelfs Rita Verdonk, nu raadslid voor Hart voor Den Haag, wordt onder protest naar de videozaal verwezen.

Vanuit het zaaltje zien aanhangers dat het OM in hoger beroep geen gas terugneemt. Het OM heeft crimefighter Koos Plooij als aanklager op de zaak gezet. Volgens voormalig officier van justitie Fred Teeven kan Plooij, die eerder de Hofstadgroep aanpakte, ‘van een vrijspraak een veroordeling maken’. Dat lijkt hij in het geval van Richard de Mos en zijn medeverdachten, zoals oud-wethouder Rachid Guernaoui, zeker van plan.

Omkoping

Het proces zal in totaal vijf dagen, verspreid over drie weken, in beslag nemen. De eerste dag wordt gewijd aan het helder krijgen van de feiten. De strafeis volgt waarschijnlijk volgende week dinsdag. Het OM heeft de beschuldiging dat De Mos en zijn medeverdachten een criminele organisatie zouden vormen laten vallen, maar vindt nog steeds dat omkoping van De Mos en Guernaoui door middel van partijdonaties van verschillende Haagse vastgoed- en horecaondernemers bewezen kan worden. Daarnaast zouden wethouders De Mos en Guernaoui hun ambtsgeheim hebben geschonden, door informatie met deze ondernemers te delen.

De Rotterdamse rechtbank maakte eerder korte metten met deze aantijgingen. Achter partijdonaties zit doorgaans geen slechte bedoeling, sterker nog: deze worden juist gedaan met een goede bedoeling, oordeelde de rechtbank. De Mos en Guernaoui zijn persoonlijk ook niet rijker geworden van de giften.

Dat de ondernemers dankzij de donaties een voorkeursbehandeling zouden hebben gekregen, bijvoorbeeld als het ging om de verstrekking van horecavergunningen, is volgens het vonnis niet bewezen. En de ‘geheime’ stukken? Daarop rustte geen geheimhouding in de zin van de Gemeentewet, en ze werden alleen met een klankbordgroep van de partij gedeeld. Dat mag, vindt de rechter.

De sjaak

Waarom gaat het OM ondanks deze rechterlijke veeg uit de pan toch in hoger beroep? De eerste zittingsdag lijkt vooral een herhaling van zetten, waarbij De Mos en Plooij hakketakken over de interpretatie van e-mails en appjes van jaren geleden. Het is duidelijk dat de oud-wethouder en de advocaat-generaal met een heel andere bril naar het dossier kijken.

Want wat bedoelde de vastgoedondernemer Edwin Jansen toen hij medeverdachte Dennis Buis sms’te dat zij en De Mos ‘de sjaak’ zouden zijn als de donaties zouden uitkomen? Volgens Plooij waren zij bang om betrapt te worden op omkoping, volgens De Mos is Jansen ‘een beetje een drama queen’ en waren Buis en hij alleen bang om met de donaties wethouders van andere partijen, die zij mogelijk ook nodig zouden hebben, op de tenen te trappen.

Bananenrepubliek

Oud-officier van justitie Robert Hein Broekhuijsen laat in Nieuwsuur weten dat hij het ‘zielig’ vindt voor De Mos, maar vindt dat het OM maatschappelijk gezien ‘geen keus’ had. Broekhuijsen zegt dat het geld dat de ondernemers betaalden aan de partij van De Mos, hen in de gelegenheid stelde om De Mos te kunnen bellen en te kunnen beïnvloeden in zijn beleid. Het komt, zegt hij, ‘in de buurt van bananenrepubliekgedrag’.

Volgens hoogleraar Geerten Boogaard is het ‘onverstandig’ dat het OM hoger beroep heeft ingesteld. ‘Ik zie niet goed hoe de schade die met het voortduren van deze zaak wordt toegebracht aan de democratie van de derde stad van Nederland, opweegt tegen het belang dat het Openbaar Ministerie zegt te hebben’, vertelt hij aan Nieuwsuur.