Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Cultuurscouts

De cultuurscouts zijn in opmars. Ze brengen in 25 gemeenten de bewoners en cultuurmakers dichter bij elkaar. ‘Cultuur zorgt voor sociale cohesie.’

11 december 2009

Wie in de Rotterdamse wijk De Esch over de Watertorenweg langs de Maas wandelt, komt in een interactief landschap terecht. Duin 4.2, gemaakt door de Rotterdamse kunstenaar Daan Roosegaarde, is 60 meter lang en bestaat uit kunststof helmgras met ledlampjes aan de uiteinden. Als het donker is, lichten de lampjes op zodra er iemand passeert.

 

Het kunstwerk is een initiatief van wijkbewoners. Zij wilden een kunstwerk in hun wijk en klopten aan bij de cultuurscout van de deelgemeente. De scout bracht de bewoners in contact met het stedelijk Centrum voor de Beeldende Kunst, zodat de bewoners een idee konden krijgen van kunstenaars met wie zij wilden samenwerken. Hun keuze viel op Daan Roosegaarde, die in nauw overleg met de bewoners Duin 4.2 maakte. Het Ontwikkelingsbedrijf Rotterdam bleek bereid het kunstwerk te financieren.

 

Dit najaar werd Duin 4.2 onthuld. ‘Daar waren heel veel mensen bij aanwezig’, zegt Margot van Asseldonk, directeur van de Rotterdamse cultuurscouts. ‘De bewoners die aan het project hadden meegewerkt, namen buren en vrienden uit de wijk mee. Wij beschouwen dit als een heel succesvol project. Een initiatief van bewoners die zich willen inzetten voor hun omgeving. Zoiets heeft een gunstig effect op de sociale cohesie. Dat is belangrijk in een wijk als De Esch; eigenlijk is dat een slaapstad.’

 

Sterke wijk

 

In de Waterwijk in Lelystad wordt in november de musical About us opgevoerd. Begeleid door professionals schreven buurtbewoners het script, bouwden ze decors en schaafden ze aan hun zang- en danstechniek. ‘Dit is een hartstikke leuke manier om mensen bij elkaar te brengen’, zegt Lelystads cultuurwethouder Jop Fackeldey (PvdA).

 

‘De Waterwijk is niet meer de probleemwijk die het vroeger was, maar het is wel een zeer gemengde wijk, waar mensen uit verschillende culturen leven. Dan is er vaak weinig onderling contact. Zo’n musical brengt daar verandering in. Door samen iets te ondernemen, leren mensen elkaar kennen en wordt de identiteit van de wijk versterkt. De cultuurscout brengt dit soort wensen van de bewoners in kaart en zorgt ervoor dat er echt iets in gang wordt gezet.’

 

Netwerk

 

De cultuurscout is hot. Volgens Warner Werkhoven, secretaris van het Landelijk Platform Cultuuraanjagers, zijn inmiddels in 25 gemeenten cultuurscouts aangesteld. Ook klopten veel gemeenten en een paar provincies recent aan bij het Platform met de vraag hoe ze zoiets kunnen opzetten.

 

‘Het is vrij nieuw, dus het is niet voor iedereen duidelijk wat de cultuurscout precies doet’, zegt Werkhoven. ‘Wij vertegenwoordigen de beroepsgroep en we willen het vak professionaliseren. Cultuurscouts hebben een netwerkfunctie. Hoewel niet elke gemeente het op dezelfde manier invult, is het meestal de belangrijkste taak van de cultuurscout om het gat tussen vraag en aanbod te verkleinen en om de culturele functie in een gemeente te versterken. De achterliggende reden voor een gemeente is meestal het vergroten van cultuurparticipatie of het bevorderen van sociale cohesie.’

 

Culturele hoofdstad

 

Zowel in Rotterdam als in Lelystad is het stimuleren van sociale cohesie de voornaamste reden om cultuurscouts aan te stellen. In Tilburg staat vernieuwing centraal, evenals het organiseren van grootschalige evenementen. Tilburg maakt deel uit van Brabant-stad, dat in 2018 culturele hoofdstad van Europa wil zijn, en organiseert in de aanloop al een aantal grote evenementen. Maar ook hier speelt sociale cohesie een rol.

 

‘Ik ben samen met een atelier voor social design bezig met een project waarbij vrouwen uit verschillende culturen en scholieren kanten kunstwerken maken. Met dat kant wordt straks een huis van binnen en buiten bekleed en in december gaan we de kunstwerken veilen’, zegt cultuurmakelaar Bert Matthijssen. ‘En ik ben een buddyproject aan het opzetten, waarbij jongeren die belangstelling hebben voor kunst, maar die de juiste opleiding missen, gekoppeld worden aan professionele kunstenaars.’

 

In Den Bosch wordt veel aandacht besteed aan samenwerking tussen culturele instellingen en aan het vergroten van cultuurparticipatie. Op Goeree-Overflakkee is behalve het stimuleren van culturele activiteiten en het bevorderen van sociale cohesie ook cultuureducatie een taak van de scout, iets waarmee de Rotterdamse scouts zich juist helemaal niet bezig hoeven houden.

 

Jan Trompper, de scout op de Zuid-Hollandse eilanden, is bovendien belast met de programmering. ‘Vanavond draait hier in het cultureel centrum, zoals wij dit oude schoolgebouw noemen, de film Bride Flight. Er zijn 100 plaatsen en we zijn al uitverkocht. Het platteland is niet te vergelijken met de stad. Wij hebben nauwelijks een culturele infrastructuur. In Rotterdam werkt een scout in een deelgemeente met gemiddeld 50.000 inwoners die dicht op elkaar wonen met voorzieningen in de buurt. Ik heb ook te maken met 50.000 inwoners, maar die wonen verspreid over 12 dorpskernen en de afstand tussen de twee uiterste kernen is 60 kilometer.’

 

Visitekaartje

 

Niet alleen de inhoud van het werk varieert, ook de benaming is niet overal hetzelfde. Rotterdam en Lelystad hebben cultuurscouts, maar op het visitekaartje van Matthijssen in Tilburg staat ‘cultuurmakelaar’ en Trompper op Goeree-Overflakkee is ‘cultuuraanjager’, een functie die vanaf 1 januari de naam ‘cultuurnetwerker’ krijgt.

 

Erica Haffmans is in Leiden ‘cultuurmakelaar’ met een heel andere inhoud dan haar collega in Tilburg. Zij is in dienst van een onafhankelijk cultuurfonds, dat wordt gefinancierd door de gemeente, Fonds 1818 en de Kamer van Koophandel. Haar taak is het versterken van de culturele sector, een functie die zich op managementniveau afspeelt. Haffmans moet onder meer het cultuurbudget vergroten door externe partners aan te trekken. Sociale cohesie speelt daarbij helemaal geen rol. ‘Het bevorderen van cultuurparticipatie wel’, zegt ze. ‘Maar dat is impliciet. Wat mij betreft hoort dat er altijd bij.’

 

Voordat zij dit jaar in Leiden begon, was ze acht jaar scout in Den Bosch, maar daar heette haar functie cultuurintendant. Naar haar zeggen was Den Bosch de eerste gemeente die zo’n functie instelde, naar aanleiding van het Actieplan Cultuurbereik uit 2001 van de toenmalige staatssecretaris Rick van der Ploeg.

 

Onafhankelijk

 

Wat de scouts, makelaars en aanjagers gemeen hebben, is dat ze – op een paar scouts in de Rotterdamse deelgemeenten na – niet op locaties met gemeenteambtenaren werken, maar elders zijn gehuisvest. Trompper, wiens functie gefinancierd wordt uit een samenwerkingsverband van de gemeenten Oost-Flakkee, Middelharnis, Dirksland en Goedereede, zit in Het Diekhuus in Sommelsdijk. De Lelystadse scout werkt in een plaatselijk centrum voor amateurkunst, en Matthijssen in Tilburg werkt bij een welzijnsinstelling in het stadscentrum, pal tegenover het plaatselijke popcentrum 013, waarmee hij geregeld samenwerkt.

 

De Rotterdamse scouts, die voor de helft betaald worden uit het Kunstplan van de stad en voor de andere helft door de deelgemeente waar ze actief zijn, zijn in dienst van een bureau voor projectontwikkeling. ‘Die onafhankelijke positie is nuttig’, zegt Van Asseldonk. ‘Zo ben je gemakkelijk te benaderen, ook door mensen die weinig vertrouwen hebben in de deelgemeente.’ Ook volgens Werkhoven is het goed als scouts niet rechtstreeks in dienst zijn van een gemeente. ‘Je kunt een scout beter onderbrengen bij een stichting die door de gemeente wordt gefinancierd. Een onafhankelijke scout kan gemakkelijker contacten leggen met organisaties en wijken.’

 

Matthijssen: ‘Als je geassocieerd wordt met het stadskantoor, word je al snel gezien als de spreekbuis van de wethouder.’ Haffmans denkt dat een scout die buiten het ambtelijke apparaat en buiten de gevestigde culturele sector werkt, meer dingen voor elkaar kan krijgen.

 

‘Toen ik met mijn werk in Den Bosch begon, bleek uit onderzoek dat het culturele veld verkokerd was en dat de bestuurscultuur van de gemeente remmend werkte. Als je onafhankelijk kunt opereren, ben je sneller en slagvaardiger. Ik denk dat dat de overeenkomst is tussen al die scouts en makelaars: het zijn allemaal personen die los van de bestaande structuren hun werk doen, ongeacht of het accent nu ligt op sociale cohesie of op het versterken van de culturele sector in een gemeente.’ Van Asseldonk kan zich in dat beeld vinden. ‘De scouts in de deelgemeenten werken allemaal zelfstandig en door hun persoonlijke gedrevenheid bereiken ze veel.’

 

Kwaliteit

 

In Rotterdam is de kwaliteit van een kunstuiting onder de scouts zelden onderwerp van gesprek. De cultuurscouts willen geen onderscheid maken tussen professionele kunst en amateurkunst. ‘Wij noemen dat vrijetijdskunst’, zegt Van Asseldonk. ‘We willen het één niet hoger waarderen dan het ander, maar we leggen wel verbindingen.’ Als voorbeeld noemt ze Van smartlap tot opera, een jaarlijks meezingfestival in Crooswijk, dat bedacht is door mensen die in de deelgemeente wonen.

 

‘Daar stond een pand dat als operadecor zou kunnen dienen, zo kwamen ze op het idee.’ De cultuurscout zette samenwerking tussen de bewoners en de Rotterdamse Operadagen in gang en inmiddels is het smartlapfestival gekoppeld aan concertgebouw De Doelen. ‘Professionele kunstenaars en bewoners werken vaak samen. Bovendien zijn de bewoners vaak zelf kunstenaar. Zeker in Noord zie je dat.’

 

Ook Fackeldey vindt het onderscheid niet zo belangrijk. ‘In Lelystad lag het accent altijd op kunst met een grote K. Dat is inmiddels goed van de grond gekomen. Voor de periode 2009-2012 hebben wij in onze cultuurnota vastgelegd dat we meer aandacht besteden aan amateurkunst. Net zoals je mensen met elkaar in verbinding kunt brengen door sport, kan dat ook door amateurkunst. Ik heb het idee dat community art steeds meer een eigen positie krijgt.’

 

‘Het is vooral de traditionele kunstsector die erover klaagt dat veel van dit soort lokale projecten kwalitatief niet sterk zijn’, zegt Werkhoven, ‘Geneuzel met wijkbewoners, zo wordt ernaar gekeken. Dit is gewoon een nieuw domein dat niet door iedereen in de kunstsector als volwaardig wordt beschouwd.’ Om die reden is het Landelijk Platform Cultuuraanjagers bezig met het ontwikkelen van kwaliteitscriteria. ‘De belangrijkste vraag is wat je wilt bereiken met de cultuurscouts. Gaat het om de kwaliteit van het eindproduct, of om de kwaliteit van het proces? Of ben je erop uit om talent te ontdekken, of om verbindingen tussen bevolkingsgroepen te leggen?’

 

Dat laatste ziet Trompper als een van zijn belangrijkste taken. Hij vertelt over de theatervoorstelling Meekrap, genoemd naar een landbouwgewas dat gebruikt wordt als rode verfstof. ‘Mensen maakten een grote openluchtvoorstelling met zang en dans, ze gingen de scholen langs met een roadshow en er werd weer meekrap geplant, zodat iedereen kon zien hoe het eruitzag. Dat wisten alleen de ouderen nog, maar er zijn natuurlijk ook veel jongeren en allochtonen die niet van Goeree-Overflakkee komen, de overlanders. Dan is streekbewustwording belangrijk, want daardoor versterk je de gezamenlijke identiteit. Dat zijn de kwaliteitsaspecten waarnaar je moet kijken.’

 

Effect lastig te meten

 

Hoe effectief is het werk van de cultuurscouts? ‘Dat is ingewikkeld’, zegt de Lelystadse wethouder Jop Fackeldey. ‘De cultuurscout in Lelystad is dit jaar pas begonnen, dus het is te vroeg om daar iets over te zeggen. Maar ik vind een kwantitatieve benadering sowieso lastig. Dan zou je moeten onderzoeken welk deel van de sociale cohesie ontstaan is dankzij de cultuurscout. Ik vraag me af of dat kan.’

 

Ook het Landelijk Platform Cultuuraanjagers kan niet veel zeggen over de effecten. ‘Maar dat zouden we wel willen’, zegt secretaris Warner Werkhoven. ‘Daarom zijn we nu bezig met het ontwikkelen van meetinstrumenten.’ Volgens Erica Haffmans zijn de effecten van het werk van de scouts op verschillende manieren te meten. ‘Maar niet altijd cijfermatig’, zegt Haffmans, nu cultuurmakelaar in Leiden en eerder cultuurintendant in Den Bosch. ‘Wat je wel cijfermatig kunt toetsen, is de cultuurparticipatie. Ook die is in Den Bosch toegenomen, zowel bij de amateurkunst als in het schouwburgbezoek.’

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie