Advertentie

Coalitieakkoorden (slot): De schrijvers hadden er zin in

Een bruisende stad. Waarin men oplossingen voor uitdagingen vindt. Niet alleen, maar samen. Voor de coalitieakkoorden doken gemeenten eens goed in de pen om in ronkend proza de toekomstvisies op te stellen. In deze laatste aflevering over de coalitieakkoorden: het taalgebruik.

07 augustus 2018

Een bruisende stad. Waarin men oplossingen voor uitdagingen vindt. Niet alleen, maar samen. Voor de coalitieakkoorden gingen de schrijvers er goed voor zitten en in ronkend proza stelden zij de toekomstvisies op.

Binnenlands Bestuur analyseert de coalitieakkoorden van de tien grootste gemeenten waar afgelopen voorjaar verkiezingen plaatsvonden. Wat zijn de gemene delers en trends? In deze achtste en laatste aflevering: het taalgebruik.

Liefhebben

Duidelijk is dat de schrijvers van de coalitieakkoorden er zin in hadden. Utrecht bruist, Apeldoorn is ‘waar bomen de skyline bepalen’ en Tilburg werkt aan ‘een stad die beter wordt met de tijd, maar nooit af zal zijn en altijd wel een tikkeltje rauw en ruig zal blijven.’ Met name Amsterdam houdt zich niet in: ‘Amsterdam is de plek waar je woont, werkt, leert, liefhebt en elke dag een beetje ouder wordt.’ De stad is ‘een groot samenspel van tegenstellingen, waar een grote synergetische kracht vanuit gaat’, maar tegelijkertijd een plek waar ‘het gif van racisme en discriminatie’ langzaam de samenleving insijpelt en ‘onze verbonden stad’ bedreigt.

Dé stad

De nood om de identiteit te benoemen staat centraal. Wie zijn wij? Amsterdam is uniek ‘vanwege haar lange traditie van tegencultuur’, Almere is (en blijft) ‘dé bouwstad van Nederland’ en Utrecht is ‘dé onderwijsstad van Nederland’ (met de ambitie om de nummer één fietsstad van de wereld te worden). In Breda zijn ze er ‘trots op dat Breda “Beste Binnenstad” is’ (maar ze leggen de lat nog hoger). Apeldoorn is zowel ‘dé woongemeente’ als ‘dé grootstedelijke gemeente die de menselijke maat weet vast te houden’ en Rotterdam is ‘de stad van bouwen, werken, ondernemen’. Of, om het iets frivoler te zeggen: ‘Onze stad is nu de plek waar je moet zijn.’

Visie

Een abstracte maar boeiende visie laat zich niet makkelijk opschrijven in simpel taalgebruik. Dat vergt creativiteit, zoals in Utrecht waar de ‘verblijfskwaliteit en oversteekbaarheid’ verbeterd moeten worden, en het vergt een grote selectie gemeenplaatsen. Zoals het woord ‘visie’. Apeldoorn presenteert keuzes vanuit een visie, Utrecht geeft richting via visie en Amsterdam denkt dat ‘een meer op de (middel)lange termijn gerichte visie meer recht doet aan de aard, impact en omvang van de uitdagingen waar we als stad voor staan’.

Uitdagingen (en kansen)

Mensen hebben problemen, gemeenten hebben uitdagingen. Eindhoven kent grote, maatschappelijke uitdagingen zoals gezondheid, mobiliteit en energie; in Nijmegen biedt de groei kansen (ook populair) en uitdagingen; en in Almere zoekt het college samenwerking om de uitdagingen het hoofd te bieden.

 

Samen

Die uitdagingen gaat men niet alleen aan, dat doet men samen. Het Nijmeegse akkoord is getiteld: ‘Nijmegen: samen vooruit’. De Eindhovense coalitie ‘stroopt de mouwen op en wil samen met de stad aan de slag’. In Apeldoorn valt er altijd ‘samen wat te beleven’. Waarom? ‘Omdat iedereen ertoe doet.' Net als in Utrecht: ‘Wij zijn een stadsbestuur van en voor iedereen.’

Vertrouwen

‘De samenwerking in onze coalitie is gebaseerd op onderling vertrouwen en respect en ook op begrip voor elkaars standpunten.’ Hiermee staat de coalitie in Apeldoorn in schril contrast met de gemeentecoalities waar de samenwerking gebaseerd is op wantrouwen en minachting en ook op onbegrip voor elkaars standpunten. In Tilburg zijn ze bovenal ‘trots hoe inwoners, organisaties, bedrijven en gemeente met elkaar samenwerken’.

Strategische Doelen

Het is een kunst om een visie te omschrijven waar iedereen wat positiefs in kan zien. De vier kernwoorden van het Nijmeegse akkoord zijn: duurzaam, sociaal, veerkrachtig en aantrekkelijk. Kernthema’s in Den Haag zijn ‘mobiliteit, duurzaamheid en Groei van de Stad’. Ook Apeldoorn kiest voor significante hoofdletters bij het benoemen van de strategische doelen: ‘Comfortabele Gezinsstad, Ondernemende Stad, Toeristisch Toplandschap’.

Nog

Ook het woordje ‘nog’ is van belang, om te zorgen dat duidelijk wordt dat het al goed ging maar nóg beter kan. In Tilburg wil men over twee jaar ‘een nog beter sociaal beleid hebben’, Eindhoven wil met topsportevenementen het gebied ‘nog steviger’ op de kaart zetten en in Breda hebben ze ambities ‘om nog meer kwaliteit aan de stad toe te voegen!’ In het Rotterdamse akkoord ‘staan onze plannen om al deze uitdagingen het hoofd te bieden en van Rotterdam samen een nog betere stad te maken.’

Potentieel goud

Het gaat in coalitieakkoorden natuurlijk om de toekomst en daar is duidelijk een visie op. In Eindhoven wil de coalitie ‘graag op de juiste manier zuinig zijn: op elkaar, op de stad en op de toekomst’. In Almere gaat het niet om de achtergrond van mensen, maar om de toekomst, terwijl Amsterdam zichzelf ziet als ‘de schakel tussen verleden, heden en wat voor ons ligt’. Of neem Den Haag, ‘waar het er niet om gaat op welke grond je bent geboren, maar naar welke horizon je kijkt.’ In Breda, dat de lat nog hoger legt, heeft men ‘potentieel goud in handen.’

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Allard
Jammer dat ze alleen de akkoorden van de steden gelezen schijnen te hebben, want die van Midden-Drenthe is best aardig leesbaar...
dingemans / ambtenaar
Waarom moet ik toch opeens sterk aan Jan Schaefer denken als ik dit lees...?
Rolf Simons / communicatie
Leuk hoor, die proza. Wat ik vooral mis in al die akkoorden? Heldere taal. Ze zijn allemaal geschreven op een taalniveau dat maar 15% van de bevolking goed begrijpt. Dat is taalniveau C1. Waarom? Je wilt als kakelvers gekozen volksvertegenwoordiger toch dat zoveel mogelijk inwoners weten wat je plannen zijn? Het aantal gemeenten dat dit belangrijk vindt zijn er nog niet. Toch toont Rhenen met zijn akkoord wel aan dat het kan. Met teksten die 80% van de inwoners begrijpen. Dat is taalniveau B1. Gelukkig hebben we bijna 4 jaar om te zorgen dat het anders kan en dat het anders moet. Want ook veel van onze brieven en andere communicatie gaan in taalniveau C1 de deur uit.
Advertentie