Advertentie
sociaal / Nieuws

Gebrek draagvlak nekt werkende verwijsindex jongeren

Het systeem kan werken, maar alleen als gemeenten ook echt uitvoeren wat in de Jeugdwet staat.

10 april 2024
Staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugdzorg) tijdens een debat in de Tweede Kamer over wijziging van de Jeugdwet.
Staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugdzorg) tijdens een debat in de Tweede Kamer.ANP / Robin Utrecht

Ondanks dat is bewezen dat de Verwijsindex risicojongeren (VIR) in potentie werkt, blijft het kabinet voornemens de grondslag ervoor te schrappen uit de Jeugdwet. Dat schrijft demissionair staatssecretaris Van Ooijen in antwoorden op Kamervragen door Caroline van der Plas. Er is bij gemeenten te weinig draagvlak. Ze voeren de verplichting uit de Jeugdwet niet allemaal uit, waardoor de gewenste landelijke dekking uitblijft.

Strategisch Adviseur Energietransitie

JS Consultancy
Strategisch Adviseur Energietransitie

Beleidsadviseur Duurzaam en Circulair Bouwen

JS Consultancy
Beleidsadviseur Duurzaam en Circulair Bouwen

De VIR

Van der Plas had het kabinet schriftelijk vragen gesteld nadat verschillende gemeenten zorgen hadden geuit over het voornemen de VIR te schrappen uit de Jeugdwet. In de VIR kunnen hulpverleners melden dat ze actief zijn bij een bepaald gezin. Wanneer meerdere hulpverleners een melding maken over hetzelfde gezin of dezelfde jongere, krijgen zij een signaal. Hierdoor kunnen verschillende instanties makkelijker en sneller samenwerken.

Tekortkomingen

Tekortkomingen binnen het systeem en zorgen over de privacy van jongeren leiden ertoe dat de Tweede Kamer in 2021 een motie steunde waarin het kabinet werd opgedragen de wettelijke verplichting voor de VIR uit de Jeugdwet te halen. Van Ooijen gaf na gesprekken met gemeenten en professionals binnen het werkveld aan de motie uit te zullen voeren. Het draagvlak is simpelweg onvoldoende. Een duidelijk alternatief voor het systeem is er nog niet.

Lobby

Gemeenten die wel gebruik maken van de VIR reageerden juist negatief op het bericht dat het wordt geschrapt uit de wet. Zo sprak Binnenlands Bestuur recent met Frank Pubben, portefeuillehouder Jeugd in de gemeente Gennep. Hij maakt zich ernstig zorgen over het verdwijnen van het systeem en startte een lobby richting het rijk. Die heeft het demissionair kabinet tot op heden nog niet op andere gedachten weten te brengen.

Het kan werken

Zo schrijft Van Ooijen nu in de antwoorden op de vragen van BBB dat de VIR aantoonbaar werkt in de gebieden waar veel aandacht wordt besteed aan het goed functioneren ervan. Maar, juist omdat het gaat om een middel om richting hulpverleners te signaleren, is een landelijk dekkend netwerk erg belangrijk. Dat ontbreekt omdat er binnen het werkveld niet genoeg draagvlak is. Een van de grootste doelen van de VIR, om bovenregionaal te kunnen signaleren, wordt daarom niet gehaald, waarmee ook de legitimiteit van het systeem onder druk komt te staan.

Grondslag verdwijnt

Hoewel de Tweede Kamer opriep de verplichting om de VIR te gebruiken te schrappen uit de Jeugdwet, maar gemeenten die er nog wel gebruik van wilden maken dat te laten doen onder voorwaarde dat de privacy werd verbeterd, is dit volgens het kabinet geen optie. ‘Bij het schrappen van de verplichting, vervalt ook de grondslag voor het delen van gegevens van een jeugdige ten behoeve van matching van professionals op lokaal of regionaal niveau.’

Regionaal oplossen

Er moet dus een heel nieuw systeem komen, en dat kan eigenlijk alleen op regionaal niveau, blijkt uit het ontbrekende draagvlak voor landelijke dekking. Een duidelijk alternatief is er nog niet, maar de bovenregionale ambities lijken bij het kabinet volledig verdwenen. Van Ooijen kondigt aan dat regio’s zullen worden uitgenodigd om zelf een plan op te stellen ten aanzien van een mogelijk vervangend systeem.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie