Tegenprestatie naar vermogen
Gemeenten kunnen uitkeringsgerechtigden verplichten een tegenprestatie te leveren voor hun uitkering. Maar dat is iets anders dan werk in het kader van re-integratie.
Gemeenten kunnen sinds een jaar mensen met een bijstandsuitkering verplichten om een ‘tegenprestatie naar vermogen’ te leveren. Je krijgt immers een uitkering van de samenleving, dan kun je ook wel iets terugdoen voor die samenleving, zo is de redenering. Die tegenprestatie staat echter los van werkzaamheden in het kader van re-integratie. En dat levert nog wel eens problemen op.
Want wanneer is er nu precies sprake van het een en wanneer van het ander? Grofweg is een tegenprestatie iets dat je doet in ruil voor je uitkering, voor de samenleving. De filosofie van re-integratie is dat je iets doet voor jezelf, voor je eigen ontwikkeling. Maar daar tussen ligt een grote grijze zone.
Gemeenten lijken alles uit de kast te halen om mensen zonder baan zoveel mogelijk in beweging te laten komen. Daarbij moeten gemeenten wel duidelijk voor ogen houden welk doel ze daar nu precies mee nastreven. Verplicht hardlopen – zoals in de Brabantse gemeente Gilze en Rijen – kan, maar alleen in het kader van sociale activering en arbeidsre-integratie. Verplicht sneeuwruimen kan ook, maar dat juist weer alleen in het kader van een tegenprestatie.
Dat er bij gemeenten onduidelijkheid bestaat over wat er wel en niet mag, bleek onlangs ook in Vlissingen. De bestuursrechter oordeelde dat deze gemeente een uitkeringsgerechtigde ten onrechte zijn bijstandsuitkering had ontnomen. Vlissingen wilde dat de man een contract ondertekende waarmee hij zich vastlegde om 32 uur per week gedurende een jaar als ‘werk-stage’ werkzaamheden zou verrichten bij werkbedrijf Orionis.
Maar omdat de gemeente niet had omschreven welke werkzaamheden zouden worden verricht en hoe dit werk de man aan een nieuwe baan kon helpen, was er volgens de rechtbank geen sprake van een re-integratietraject. En voor een tegenprestatie was 32 uur per week gedurende een jaar te veel en te lang, oordeelde de rechter.
Het zal veel mensen acceptabel in de oren klinken dat uitkeringsgerechtigden een tegenprestatie leveren. Maar als zo’n tegenprestatie geen stap in de richting is van regulier werk, niet gericht is op sociale activering van de werkloze zelf en niet mag leiden tot verdringen van regulier werk, hoeveel nut zal het dan voor de samenleving hebben? Zowel de uitkeringsgerechtigde als de samenleving zullen er het meest van profiteren als mensen vanuit de bijstand doorstromen naar een reguliere baan. Het creëren van twee gescheiden werkplichtcircuits met verschillende uitgangspunten lijkt dan niet de meest voor de hand liggende manier om die doelstelling te realiseren.
Reacties: 7
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Zo ook de uitkeringstrekker, die geen enkel werkje op wil pakken, want het is immers niet zijn schuld. Ja, nou en? Het is ook niet onze schuld, en wij moeten wel die uitkering betalen. Waarom voelt zo iemand zich te goed om zijn handen te laten wapperen, het is toch juist iets om trots op te zijn als je aan het werk bent en iets teruglevert voor je geld ipv alleen maar te zitten en je hand op te houden? Weg met de verwende prinsjes houding. En dat neerkijken op straatvegers en ander handwerk lijkt me ook wel een beetje uit de mode. Alsf het eervoller is om de hele dag achter een bureau te ztiten slapen dan te zorgen dat de openbare ruimte er netjes bij ligt.
Bijstandtrekkers mogen best de handjes laten wapperen voor hun belastingbetalende weldoeners, nix mis mee.
Aan de slag, er is genoeg te doen, als de straat al geveegd is dan veeg je die nog eens, een gezonde frisse neus in plaats van duffe linkse praatjes verkondigen achter de PC.
hup, aksie!
http://nov.nl/actueel/nieuws/oppassen-met-tegenp …