Advertentie
sociaal / Column

Rugdekking regelen op basis van het 'buikpijn criterium'

In mijn column van drie weken geleden ging ik in op de uitdaging om de handelingsverlegenheid in de jeugdzorg te doorbreken. In mijn column van vorige week presenteerde ik een systeem van schuldvrij melden als één van de oplossingen om handelingsverlegenheid te doorbreken. In deze column ga ik in op een ander mechanisme om handelingsverlegenheid te doorbreken, het bieden van rugdekking aan jeugdzorgprofessionals.

11 juni 2012

Een belangrijke oorzaak voor handelingsverlegenheid is angst. Angst om de schuld te krijgen van en afgerekend te worden op familiedrama’s. Rigide vasthouden aan bureaucratische protocollen is dan het indekmechanisme bij uitstek voor professionals in de frontlijn. Met als gevolg dat niet gedaan wordt wat nodig is in het belang van de veiligheid van kwetsbare kinderen. Die angst komt niet uit de lucht vallen in een tijd waarin media hypes en een klimaat van “zwarte pieten” en “barbertje moet hangen” domineren.

Evenwichtigere berichtgeving in de media en minder incidentenpolitiek zouden een grote bijdrage leveren aan het verminderen van de angst en daarmee de handelingsverlegenheid in de jeugdzorg. Maar laat ik me in deze column beperken tot wat we in de jeugdzorg zelf kunnen doen aan het verminderen van de angst onder werkers in de jeugdzorg. In essentie gaat het dan om het bieden van rugdekking door het topmanagement. Staan voor je mensen als zaken niet goed zijn afgelopen.

Maar hoe doe je dat, staan voor je mensen? Vaak is de angst om afgerekend te worden zo diepgeworteld, dat het zeer moeilijk is om medewerkers te overtuigen van het feit dat ze op rugdekking kunnen rekenen. Mede vanwege slechte ervaringen uit het verleden is het vertrouwen dat de leiding de beloofde rugdekking dit keer wel zal waarmaken erg laag. Het vertrouwen van medewerkers kan alleen groeien op basis van succeservaringen die niet tot stand komen, omdat medewerkers de leiding niet het voordeel van de twijfel durven te geven. Daarbij komt dat het voor leidinggevenden lastig is om blind rugdekking te geven. Je loopt dan immers het risico om verantwoordelijkheid te moeten nemen voor moedwillige wel degelijk persoonlijk verwijtbare fouten.

Rugdekking geven aan professionals op de werkvloer is dan ook niet iets dat snel vanzelf ontstaat. Hoe gek dat wellicht ook klinkt, rugdekking moet worden geregeld. In essentie door het maken van een communicatie afspraak tussen medewerker, collega’s en leidinggevenden gebaseerd op het “buikpijn criterium”.  Dat gaat als volgt in zijn werk. Als een medewerker van mening is, om wat voor reden dan ook, niet te kunnen doen wat nodig is in het belang van de veiligheid van het kwetsbare kind (wat over het algemeen leidt tot een “buikpijngevoel’), dan raadpleegt hij/zij in eerste instantie de collega’s uit zijn/haar team (inclusief een gedragswetenschapper). Levert dat overleg niet voldoende handelingsperspectief op en blijft daarmee de buikpijn bestaan dan wordt de teammanager geraadpleegd. Levert ook dat niet voldoende handelingsperspectief op dan wordt door de teammanager (die nu als het goed is ook buikpijn voelt) overlegd met de naast hogere manager enzovoorts tot aan de directie/bestuurder die vervolgens een eindafweging maakt en daarvoor de verantwoordelijkheid neemt.

Op deze manier worden medewerkers en middenmanagers in staat gesteld op basis van concrete casuïstiek rugdekking te vragen aan het naast hogere management en wordt het hogere management in staat gesteld die rugdekking concreet te geven. Deze manier van rugdekking geven is niet vrijblijvend. Hij kan alleen door het hogere management worden gegeven als er door medewerkers of middenmanagement concreet om wordt gevraagd. En als er om wordt gevraagd dan moet die rugdekking ook worden gegeven, want het hogere management is dan immers op de hoogte van de buikpijn lager in de organisatie. Het is een professionele plicht van medewerkers om bij buikpijn niet solistisch door te modderen. Het is de professionele plicht van het hogere management om medewerkers en middenmanagement die hun buikpijngevoel tijdig opschalen rugdekking te geven. Ik ben als bestuurder van Bureau Jeugdzorg graag bereid om persoonlijk voor de rechtbank te verschijnen bij een volgend familiedrama, als ik door mijn medewerkers en middenmanagement tijdig betrokken ben bij hun buikpijn. Ik vermoed dat het Openbaar Ministerie mij in voorkomende gevallen ook alleen persoonlijk zal willen vervolgen als aangetoond kan worden dat ik ook persoonlijk op de hoogte was van de zaak.

Zelfs in het onverhoopte geval dat het topmanagement de gevraagde rugdekking niet geeft, zijn medewerkers en middenmanagement in die zin “beschermd” dat ze er altijd op kunnen wijzen dat ze de hulp hebben ingeroepen van het topmanagement. Andersom zijn medewerkers en middenmanagement kwetsbaar als ze hun buikpijngevoel niet opschalen en de zaak loopt mis, zelfs als ze zich “keurig” aan de regels en protocollen hebben gehouden. In die zin leveren regels en protocollen alleen maar schijnveiligheid op.

Natuurlijk biedt ook deze wijze van werken geen garantie op succes. 100 % voorkomen van kindermishandeling is een illusie. Foutloos werken in de jeugdzorg is een illusie. Maar het op deze wijze concreet organiseren van rugdekking zal de angst om waar nodig in afwijking van de regels en protocollen te doen wat nodig is in het belang van de veiligheid van kwetsbare kinderen fors doen afnemen. Het tijdig opschalen en delen van het buikpijngevoel zal ook leiden tot een groter lerend vermogen in de organisatie en daarmee tot minder fouten in de jeugdzorg.

Erik Gerritsen

Klik hier voor meer columns van Erik Gerritsen. 

Reacties: 4

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hannes Minkema / onderzoeker
Zoekt u eens op wat een 'column' is. En stel daarna vast in welke opzichten uw tekst daarvan verschilt. Meer succes met de volgende!
Richard / Ervaren boomklimmer
Een tip!



--- De medewerker zou ook de ouders van het kind kunnen raadplegen. ---



De ouders zijn namelijk de personen die hun kind door en door kennen en die alles over hebben voor het welzijn van hun kind. Dit is biologisch zo bepaald. Het is maar een idee, maar de medewerker zou ouders ook wat meer verantwoordelijkheid kunnen geven.



Als er dan sprake is van een bedreiging, kijk dan eerst waar die bedreiging vandaan komt. Stel de volgende vragen:

- Vorm ik als medewerker zelf een bedreiging (grootste kans van wel)

- Is er een bedreiging vanuit de maatschappij (kan school het wel aan)

- Komt de bedreiging vanuit de omgeving (burenruzies, familievetes)

- Wordt het kind door de ouders bedreigd (dit vrijwel uitgesloten)



Met zo'n analyse is het mogelijk om adequaat hulp te verlenen en dat verminderd ook de pijn in de buik.
AdVader / vertegenwoordiger vaders&kinderen
stop alle gelegaliseerde kinderhandel alleen elitaire parasieten profiteren!
ferko öry / adviseur
Met voldoende vaardigheden, gevalideerde instrumenten, effectiece interventies en vooral helder beargumenteren waarom en wat je doet, bijv. met Signs of Safety, is geen rugdekking nodig. Sterker nog, er zijn helemaal geen managers meer nodig, zie Buurtzorg. Vertrouw op jezelf, vertrouw op je collegae. Er zijn geen instellingen, rugdekking en dat soort dingen meer nodig. We schrijven 2012, niet 1880.
Advertentie