Dark Numbers: De noodzaak van een rode draad
Dark Numbers: De noodzaak van een rode draad.
Dark numbers zijn uit beeld verdwenen jongeren, die niet op school zitten en/of geen werk of uitkering hebben. Om meer inzicht in en daarmee grip op deze groep te krijgen organiseerde RadarAdvies twee expertmeetings over deze groep jongeren. Professionals uit het hele land en met verschillende achtergrond (veiligheidshuis, jongerenwerk, onderwijs, gemeente, zorgaanbieders) kwamen samen tot de belangrijke conclusie dat dark numbers een rode draad nodig hebben.
Rode draad
Die rode draad moet bestaan uit voortdurende (intensieve) ondersteuning met zo min mogelijk overdrachtsmomenten. Dus geen kortdurende interventies of door schotten onderbroken hulp, maar structurele ondersteuning op maat. Deze jongeren hebben een persoonsgerichte aanpak nodig die we buiten de huidige systemen om moeten organiseren. Zet iemand in die de jongere structureel en langblijvend begeleidt, outreachend werkt en in eerste instantie de praktische zaken aanpakt. Het kan een professional zijn, maar ook iemand uit het informele netwerk.
Wie zijn de dark numbers?
Laten we om te beginnen de doelgroep wat nauwkeuriger benoemen. Dark numbers zijn uit beeld bij professionals en niet terug te vinden in systemen, vaak bewust en op eigen initiatief. Hun geschiedenis, achtergronden en/of drijfveren verschillen daarbij nogal. Globaal gezien voldoen ze aan één of meer van onderstaande kenmerken:
- Geen vertrouwen (meer) in hulpverlening.
- Lange voorgeschiedenis in hulpverlening met veel kortdurende interventies en trajecten.
- Wel gemotiveerd, maar onbegrepen.
- Geen acute (of bewuste) hulpvraag.
- Psychiatrische problematiek en LVB’ers.
- Justitieel verleden.
- Thuiswonend, maar niet ingeschreven of zonder vaste verblijfplek.
- Geen startkwalificatie.
- Beperkt sociaal netwerk.
- Hoge drempel opgeworpen door ouders, vanuit wantrouwen, hulpmijding of weerstand tegen belerende toon.
- Overlevers, die elkaar tips geven om uit beeld te blijven en toch in levensbehoeften te voorzien.
Altijd gaat het om een stapeling van problemen. De échte dark numbers zijn juist de intelligentere, ‘streetwise’ jongeren. Zij weten op andere manieren rond te komen en buiten beeld te blijven.
Tot slot is er ook een groep waarmee het goed gaat, ondanks hun uitval op school of werk.
Waarom verliezen we jongeren uit beeld?
Gemeenten willen graag zicht krijgen op de dark numbers en voeren daar soms ook actief beleid op. Maar dat blijkt lastig, door beperkingen van de systemen en versnippering van taken en verantwoordelijkheden van professionals en organisaties. Jongeren kunnen zich na schooluitval bijvoorbeeld niet meer melden, waarna de mogelijkheden beperkt zijn om ze weer op te sporen en aan te sporen. De jongeren zijn niet te dwingen en als ze zelf niet reageren, gebeurt er vervolgens weinig tot niets. Daarom ook zijn de overdrachtsmomenten zo cruciaal. Maar deze zijn vaak niet of onvoldoende geborgd tussen organisaties of hulpverleners. Door de decentralisaties gaat veel aandacht bovendien naar de meetbare zorg en is er te weinig oog voor preventie.
Boven water halen of blussen bij brand?
De jongeren om wie het gaat, zijn in staat de hulpverlening te bespelen en kennen het systeem soms beter dan de professionals. Het is ook de vraag of we iedereen moeten of kunnen verplichten volledig mee te draaien in de samenleving. Belangrijk is om in ieder geval te streven naar acceptabele situaties. Overvragen heeft geen zin, vaak gaat het in eerste instantie om herstel van het vertrouwen. De jongeren die zorg mijden of zorgmoe zijn, hebben het meest aan een alternatieve aanpak met inzet van peer-to-peer, ambassadeurs, rolmodellen en/of familie. Daarnaast kunnen we de jongeren best vrij laten zonder dat we ze los hoeven te laten. Het kan geen kwaad als ze een keer hun hoofd stoten.
Knip tussen 18- en 18+
Op het moment dat ze 18 jaar worden verdwijnen veel jongeren uit beeld. De volwassenenzorg kent geen pedagogisch klimaat, is gebaseerd op een duidelijke hulpvraag en gaat uit van de motivatie van de cliënt. Jeugdhulpaanbieders van hun kant hebben nog onvoldoende aandacht voor specifiek de jongvolwassenen tussen 16 en 23 jaar. Wat ook niet helpt, is dat gemeenten (als opdrachtgever) en zorgverzekeraars hun rol hierin onvoldoende oppakken. Gescheiden geldstromen zorgen voor schotten en verkeerde afrekenmechanismen bij aanbieders blokkeren de benodigde hulp.
Wie is betrokken?
Er kunnen nogal wat organisaties een rol spelen bij de signalering en monitoring van jongeren die uit beeld zijn geraakt of dreigen te raken:
- Jongerenwerk
- Sociaal team of jeugdteam
- Veiligheidshuis
- Jeugdhulpaanbieders
- Politie (wijkagent)
- Onderwijs
- Leerplicht, RMC
- Jeugdgevangenis
- Sportclubs
- Huisartsen
- Kerken en moskeeën
- Buurtnetwerken
- Wijkbewoners
Integrale benadering
Het is duidelijk: de roep om een rode draad voor de dark numbers komt voort uit een gebrek aan continuïteit van hulp en ondersteuning in de praktijk. We moeten ook met betrekking tot deze jongeren op zoek naar een integrale aanpak. Tijdens de expertmeetings zijn allerlei vraagstukken en mogelijke oplossingen aan de orde gekomen om de jongeren te bereiken, een rode draad te spannen en een integrale werkwijze te ontwikkelen. Wij willen de belangrijkste uitkomsten daarvan graag met u delen en bieden daarom hieronder tot slot kort en bondig enkele oplossingsgerichte checklists.
Hoe verleiden we jongeren die we wel in het vizier hebben tot hulp?
- Zorg voor een volledig en integraal beeld op alle leefgebieden (school, werk, thuis, straat).
- Inventariseer problemen en bedreigingen, maar ook ambities en kansen.
- Bevraag en betrek professionals uit andere werkvelden en contactpersonen die dicht bij de jongeren staan.
- Gebruik alle beschikbare informatie, want er is al veel geregistreerd.
- Combineer altijd de domeinen zorg en veiligheid.
Hoe kunnen we optimaal aansluiten bij de belevingswereld en taal van de jongere?
- Begin voor de beste resultaten zo vroeg mogelijk.
- Oordeel niet, maar luister naar de wensen van de jongere zelf en maak op basis daarvan samen een plan.
- Betrek het eigen netwerk van de jongeren, met inachtneming van eventuele gevoeligheden.
- Geef duidelijke informatie en heldere termijnen.
- Wees eenvoudig, open en eerlijk.
- Focus op successen die in korte tijd haalbaar zijn en vier die successen.
- Stel het belang van de jongere boven dat van organisaties.
- Realiseer de randvoorwaarden alvorens andere problemen aan te pakken. Dat betekent:
- Regel een goede woonplek.
- Vermijd foute vrienden.
- Stabiliseer schulden.
- Maak de jongere leidend en zorg dat de professional vooral coacht.
- Creëer een vertrouwensband. Daarom is het zo belangrijk dat er een goede klik bestaat tussen hulpverlener en jongere.
Hoe brengen we de integrale aanpak in de praktijk?
- Zorg allereerst voor de reeds genoemde rode draad, met zo min mogelijk overdrachtsmomenten.
- Bied maatwerk. Dat vraagt om een alternatieve aanpak, omdat de doelgroep buiten het systeem staat.
- Soms is laagdrempelige opvang nodig, een plek waar de jongere een time out kan nemen om te overnachten en op adem te komen.
- Overtuig bestuur, beleidsmakers en gemeenteraad van de noodzaak van maatwerk. Nodig ze uit voor een werkbezoek, of laat ze meelopen om de praktijk te leren kennen.
- Houd vol, blijf prikkelen, maar accepteer ook tussentijdse terugval. De aanhouder wint, het gaat om de lange adem. Werken met deze doelgroep is niet gemakkelijk.
- Gebruik best persons, mensen met aanzien bij de jongeren die contact met ze kunnen leggen. Geef deze mensen professionele ondersteuning, maar formaliseer dit niet te veel omdat anders weer extra regeltjes ontstaan.
- Onderstreep en waardeer de meerwaarde van de jongerenwerker. Dat is één van de (weinige) professionals die naast de jongere kan staan en gezamenlijk een route kan uitstippelen, los van organisatiebelangen.
- Creëer positieve prikkels voor aanbieders in inkoopprocedures.
- Zorg voor een eenduidige registratie en monitoring. Zeker bij complexe gevallen blijkt de Verwijsindex onvoldoende te werken.
- Maak geen strakke leeftijdsafbakening, er zijn ook dark numbers van 27 jaar.
Meer weten
Om vrijblijvend van gedachten te wisselen over dark numbers kunt u contact opnemen met
Ferdinand Oort (f.oort@radaradvies.nl) of Arnaud Brix (a.brix@radaradvies.nl).
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.