Burgemeesters druk met nieuwe zorgwetten
Meer dan 9.400 keer gaven burgemeesters vorig jaar toestemming voor verplichte zorg aan een patiënt in een crisissituatie. Nog eens 1.416 keer legden zij een inbewaringstelling op, waarbij patiënten in een spoedsituatie verplicht werden opgenomen. Dat blijkt uit cijfers van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).
Ruim 9.400 keer gaven burgemeesters vorig jaar toestemming voor verplichte zorg aan een patiënt in een crisissituatie in hun gemeente. Nog eens 1.416 keer legden zij een inbewaringstelling op, waarbij patiënten in een spoedsituatie verplicht werden opgenomen. Dit gebeurde op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en de Wet zorg en dwang, die in 2020 van kracht zijn geworden.
Crisismaatregelen
Dat blijkt uit cijfers van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ). Uit voorlopige cijfers van de eerste vier maanden van dit jaar blijkt dat er door burgmeesters iets minder crisismaatregelen zijn opgelegd en iets meer inbewaringstellingen. Zo werden in de eerste vier maanden van vorig jaar 3.023 crisismaatregelen opgelegd in het kader van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Van januari tot en met april dit jaar is 2.862 keer toestemming tot verplichte zorg gegeven. Het aantal inbewaringstellingen, op grond van de Wet zorg en dwang (Wzd) is licht gestegen: van 440 in de eerste vier maanden van 2020 naar 485 van januari tot en met april dit jaar.
Jonge patiënten
Patiënten voor wie een crisismaatregel wordt afgegeven zijn relatief vaak jong, zo blijkt uit het overzicht van de IGJ. Het gaat veelal om patiënten tussen de 20 en 40 jaar. De gemiddelde leeftijd bij inbewaringstellingen daarentegen is hoog. Deze maatregel wordt vooral ingezet bij psychogeriatrische patiënten in de verpleging, verzorging en thuiszorg. Het gaat daarbij onder meer om ouderen met dementie.
Klachten
Doel van de twee wetten over onvrijwillige zorg is het zo min mogelijk toepassen van dwang in de zorg. Als het toch nodig is, moet die dwangmaatregelen zo zorgvuldig mogelijk worden toegepast. De rechten van patiënten en cliënten zijn versterkt. Klachtencommissies hebben vorig jaar 608 klachten behandeld, die op 955 gronden waren gebaseerd. De meeste klachten (44 procent) gingen over het toepassen van dwangmedicatie. Ook kwamen veel klachten binnen over het beperken van bewegingsvrijheid (15 procent), insluiting (12 procent), opname in een instelling (negen procent) en beperking in het gebruik van communicatiemiddelen (6 procent) zoals mobiele telefoon, tablet of laptop.
Schadevergoeding
Driekwart van de klachtgronden (703) zijn ongegrond verklaard. Nog eens 2015 zijn gegrond of deels gegrond verklaard. 39 mensen die een klacht indienden, hebben een schadevergoeding gekregen. Het toekennen van een schadevergoeding voor geleden materiële of immateriële schade is nieuw in de Wvggz. De hoogte van de toegekende schadevergoeding is van 29 uitspraken bij de IGJ bekend en varieert van 5 euro tot 1280 euro, met een gemiddelde van 211 euro.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.