Positieve aanpak moet gedrag risicojongeren veranderen
Door te leren over groepsgedrag, sfeer, sociale vaardigheden en morele dilemma's moet het gedrag van a-sociale en risicojongeren verbeterd worden.
Een nieuwe aanpak die, gebaseerd op wetenschappelijke inzichten, het gedrag van risicojongeren moet veranderen. De aanpak TOPs wordt vandaag gepresenteerd in de jeugdinstelling Horizon in Sassenheim en is geschikt voor zowel gesloten instellingen als ambulante hulp.
Wetenschappelijk onderbouwd
Jeugdige delinquenten, jongeren die zich a-sociaal gedragen en risicojongeren hebben vaak te maken met een negatieve benadering. De nadruk ligt op wat er allemaal niet goed gaat. Met TOPs, de nieuwe aanpak van kennisinstituut 180, wordt juist de nadruk gelegd op zaken die wel goed gaan. ‘De methode is wetenschappelijk onderbouwd’, aldus directeur Irma van der Veen van 180. ‘Zo is gebleken dat competentiegericht werken en het betrekken van de ouders belangrijk is om gedragsverandering te brengen.’
Speciaal getraind
De jongeren werken in groepen van 6 tot 10 die geleid worden door een speciaal getrainde hbo-opgeleide hulpverlener. Dat kan een groepswerker, een docent of een gedragstherapeut. De aanpak bestaat uit vier onderdelen. In de eerste module leren de jongeren sociale vaardigheden. Daarna volgt een module waarin jongeren leren omgaan met agressie en boosheid.
Naaktfoto van je vriendin
Ook is er een module moreel redeneren waarin dilemma’s besproken worden waar jongeren mee kampen. Van der Veen: ‘Dat kan een dilemma zijn als “wat doe je als iemand een naaktfoto van je vriendin op facebook zet”.’ Als vierde en laatste onderdeel wordt gekeken naar een positieve groepscultuur en hoe je die creëert. Jongeren brengen daarbij zelf een probleem in en gaan samen kijken hoe dit op te lossen. Bij enkele pilots van de aanpak is nu al gebleken dat jongeren erg enthousiast zijn. ‘Vooral het feit dat ze positief benaderd worden zorgt voor het enthousiasme’, aldus Van der Veen.
Geen wondermiddel
Naast de jongeren is er ook aandacht voor de ouders. Zij krijgen bijeenkomsten met voorlichting over wat de jongeren leren, de taal die ze spreken en krijgen handvatten aangereikt over hoe ze zelf thuis een vervolg aan de aanpak kunnen geven. Het hele traject duurt drie maanden waarin jongeren zo’n drie keer per week een uur samenkomen. Dat lijkt niet veel, maar volgens Van der Veen blijft het hier niet bij. ‘Jongeren moeten thuis ook aan de slag waardoor het meer is dan af en toe een uurtje. Bovendien is het natuurlijk geen wondermiddel waarmee je meteen alle problemen van de moeilijkste jongeren aanpakt.’ De resultaten van de aanpak zullen door wetenschappers worden onderzocht. Welke universiteit dat gaat doen, is nog niet bekend.
Schoolvariant
De aanpak TOPs loopt al in een aantal instellingen in pilotvorm. In de loop van het jaar gaan zo’n 25 instellingen met TOPs werken. Dat kan gaan om gesloten jeugdinstellingen, maar ook ambulante jeugdzorg. Binnenkort komt er een ‘schoolvariant’ van TOPs die zich richt op preventie. Ruim 20 scholen, voornamelijk voor speciaal onderwijs, en ‘reboundvoorzieningen’ stappen dan over op de Nederlandse variant van het programma.
Door gerichte feed back te geven verander je een omgeving waarin alle vrijheid bestaat in een omgeving waarin die vrijheid wordt beperkt tot 'vertrouwensgedrag', wie het vertrouwen schendt wordt aangepakt.
15 jaar geleden stelde ik de volgende vraag aan een nieuwe medewerker, Samir, over de probleemjongeren op Kanaleneiland in Utrecht:
"Samir als deze jongens op vakantie zijn in het Rif gebergte en zij stelen een fiets, wat gebeurd er dan?" "Dan komt het hele dorp achter ze aan om ze bij de kladden te pakken, dus stelen zij daar geen fiets."
De zelfde jongeren, dezelfde ouders, maar andere (woon) omstandigheden en daardoor andere feedback en andere gedragsresultaten.
De manier waarop feed back in onze omgeving is georganiseerd, is bepalend voor gedrag. Dat geldt voor buren, voor kerkgemeenschappen, voor accountants, voor politici, voor bestuurders van multinationals en ook voor het opvoeden van kinderen.
Het gemak waarmee iedereen aan die corrigerende feed back kan ontsnappen, geeft overal hetzelfde resultaat; 'Pak wat je pakken kunt.'