Advertentie
sociaal / Redactioneel

Mismatch

In navolging van de commissie-Bakker heeft nu ook een commissie onder leiding van oud-minister van Sociale Zaken Klaas de Vries zich gebogen over de vraag hoe er meer mensen aan het werk kunnen worden geholpen in een tijd waarin het tekort aan arbeidskrachten alsmaar nijpender wordt.

20 oktober 2008

De commissie-De Vries was een initiatief van de Algemene Bond Uitzendondernemingen (ABU), die meent dat Bakker cum suis in haar advies geen aandacht heeft besteed aan de flexwerkers. Ten onrechte, meent ABU-voorzitter Kamps, want de uitzendbranche is de grootste werkgever in Nederland met het hoogste aandeel ‘moeilijk bemiddelbaren’.

 

De commissie-De Vries komt tot de conclusie dat de branche aanzienlijk meer kan betekenen voor werkzoekenden en het bevorderen van de arbeidsparticipatie dan nu reeds het geval is. Al in 2009 zouden ruim 37.000 mensen extra aan het werk kunnen worden geholpen en dat aantal kan oplopen tot ruim 77.000 in 2012.

 

Om die doelstellingen te realiseren zouden uitzendbureaus onder meer een veel grotere rol zouden moeten spelen als opleiders en begeleiders van onder meer langdurig werklozen, jonggehandicapten en flexwerkers. Voorts zouden de loonkostensubsidies bij de reïntegratie van langdurig werklozen overdraagbaar moeten worden zonder dat daaraan de eis verbonden is van een jaarcontract. Momenteel komen werkgevers alleen voor loonkostensubsidie in aanmerking als zij een jaarcontract aanbieden.

 

De voorstellen van de commissie-De Vries verdienen zeker serieuze aandacht, ook al omdat de belofte van het kabinet om tweehonderdduizend banen extra te creëren het totnogtoe zonder concrete plannen moet doen. De vraag is echter of de adviezen van de commissie al niet zijn achterhaald door de snelle ontwikkelingen van de laatste tijd.

 

In de huidige kredietcrisis lijkt de uitzendbranche als aanjager van de werkgelegenheid niet het meest geschikte instrument. De gevolgen van de crisis beginnen al voelbaar te worden in de industrie en traditiegetrouw krijgt de uitzendbranche daar als eerste mee te maken.

 

Chipmachinefabrikant ASML, die de afgelopen jaren meer gebruik maakt van flexwerkers, heeft al aangekondigd dat de werkgelegenheid van uitzendkrachten en ander tijdelijk personeel op de tocht staat. En in andere bedrijven in de maakindustrie, zeker in de kwetsbare sectoren, zal het er niet anders aan toegaan. En welk uitzendbureau is bereid meer te investeren in scholing van haar cliënten als het rendement daarvan op korte termijn uiterst onzeker is? Daar komt nog bij dat uit onderzoek van Ecorys blijkt dat veel flexwerkers onder hun niveau werken. Het is allereerst zaak om die mismatch ongedaan te maken en opleidingen nauwer te koppelen aan de bedrijven zelf.

 

Barry van Heijningen

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie