Minister betreurt einde afspraken laaggeletterdheid

Minister Van Engelshoven (Onderwijs, D66) betreurt het dat de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) de afspraken om laaggeletterdheid aan te pakken, heeft opgezegd. Volgens de VNG hielpen de afspraken laaggeletterde inwoners niet verder. De minister bespreekt met gemeenten in hoeverre zij nog verder willen met de bestuurlijke afspraken.

Bureaucratie en beknibbeling

Gemeenten en het rijk hebben elkaar nodig bij de aanpak van laaggeletterdheid, schrijft Van Engelshoven. Dat was de reden dat een jaar geleden werd afgesproken dat gemeenten op dezelfde wijze informatie zouden gaan verzamelen en dat ze zouden zorgen voor een kwaliteitsimpuls voor het non-formele aanbod (wat niet gericht is op het behalen van een diploma). Begin juli zegde de VNG de afspraken op omdat ze alleen zouden zorgen voor bureaucratie, controle en beknibbeling.

Impact op werkwijze

‘Dat is uitdrukkelijk niet de bedoeling geweest’, reageert Van Engelshoven. De reden voor de concrete afspraken was dat niet alle gemeenten een kwaliteitsbeleid en een kwaliteitskader hadden. ‘De introductie van een landelijk systeem van monitoring en registratie en een kwaliteitslabel voor de non-formele cursusaanbieders hebben ontegenzeggelijk impact op de werkwijze van gemeenten en de cursusaanbieders', erkent ze. 'Het voorkomen van bureaucratie heeft daarbij mijn aandacht.'

Geen geknibbeling

De minister is het er niet mee eens dat er beknibbeld is bij het maken van de afspraken. ‘Dit kabinet trekt in de periode 2020 – 2024 jaarlijks meer dan € 85 miljoen uit voor de aanpak van laaggeletterdheid (€ 7 miljoen per jaar méér dan het vorige kabinet), waarvan ruim € 65 miljoen per jaar rechtstreeks wordt uitgekeerd aan gemeenten.’

Activiteiten voortzetten

Van Engelshoven is blij dat gemeenten hebben ‘hebben aangegeven dat zij hun onderwijsactiviteiten voor laaggeletterde inwoners onverminderd voortzetten.’ De gevolgen voor de laaggeletterden zouden daardoor meevallen. Welke gevolgen de opzegging heeft voor de aanpak en de samenwerking is nog niet duidelijk, daar wil de minister later op terugkomen. Begint volgend jaar stuurt ze bovendien een eerste voortgangsrapportage van de resultaten van de maatregelen en initiatieven.