Advertentie
sociaal / Nieuws

'Aanpak laaggeletterdheid is nu veel te versnipperd'

Vanaf 2025 krijgen gemeenten de regie. De grote vraag is of ze hiervoor ook voldoende geld ontvangen van het rijk.

11 september 2022
letters.jpg

Kinderen uit kansarme gezinnen lopen op 5-jarige leeftijd gemiddeld twee jaar achter in hun taalontwikkeling – een achterstand die ze meestal nooit meer inhalen. De nieuwe Gemeentelijke Gezinsaanpak Geletterdheid moet voorkomen dat laaggeletterdheid generatie na generatie blijft bestaan.

Coördinator Planning en Managementinformatie S12

JS Consultancy
Coördinator Planning en Managementinformatie S12

Interim Teammanager Ruimtelijk Domein

JS Consultancy
Interim Teammanager Ruimtelijk Domein

Moeilijk

In Nederland is 1 op de 9 ouders van minderjarige kinderen laaggeletterd. Gemeenten kunnen veel doen om te voorkomen dat ook hun kinderen taalproblemen ontwikkelen. Daarover was iedereen het donderdag eens tijdens een bijeenkomst voor gemeenten over laaggeletterdheid, op de eerste dag van de Week van Lezen en Schrijven. Maar, zo verzuchtten veel aanwezigen, het wordt ze wel heel moeilijk gemaakt om hier ook op een goede manier mee aan de slag te gaan. 

Structureel

Jaarlijks geeft het rijk 65 miljoen euro voor de aanpak van laaggeletterdheid, dat bedrag wordt verdeeld onder alle gemeenten. Daarnaast zijn er allerlei projectsubsidies, maar die zijn tijdelijk. ‘Het is gewoon niet genoeg. Gemeenten moeten nu eindelijk voldoende geld krijgen om ook echt structureel iets aan laaggeletterdheid te kunnen doen’, aldus directeur Geke van Velzen van Stichting Lezen en Schrijven.  

Voorschoolse educatie

De bijeenkomst vond plaats in het Buurthuis Mandelaplein, midden in de Haagse Transvaalbuurt - een wijk waarin relatief veel bewoners laaggeletterd zijn. Om te voorkomen ook volgende generaties met dit probleem kampen, biedt het buurthuis voorschoolse educatie aan 'doelgroeppeuters' met een taalachterstand.

Basisvaardigheden

'We werken daarbij nauw samen met drie basisscholen in onze de directe nabijheid - een islamitische, een christelijke en een openbare - die vroegschoolse educatie verzorgen voor kinderen uit groep 1 en 2', zegt buurthuis-directeur Marije Talstra. 'Voor de moeders zijn er conversatielessen die worden afgesloten met een diploma - de wachtlijst hiervoor zijn enorm.' 

Knippen

Het draait bij de voorschool in Transvaal niet alleen om taal maar ook om belangrijke basisvaardigheden. ‘Wij kijken naar hele de thuissituatie’, zegt leidster Wafaa Kabach.  ‘Soms geven we de kinderen ook speelgoed of kleurpotloden mee, het is heel treurig maar die hebben ze thuis vaak niet. Ook zien we ouders die niet weten hoe je kunt knippen met een schaar, of die geen puzzel kunnen leggen van zes stukjes.’

Kinderopvang

De financiering van de taalactiviteiten in Buurthuis Mandela is volgens directeur Talstra een groot struikelblok, vooral nu de voorschool sinds 2018 onder dezelfde regels valt als kinderdagverblijven. 'Voorheen betaalde iedereen hier een eigen bijdrage van 20 euro per maand. Nu zijn er tal van financieringsstromen en bijdragen. Ik heb twee extra mensen in dienst genomen om ouders te helpen met het aanvragen van de kinderopvangtoeslag en de gemeentelijke bijdrage. Dit werkt zo niet.'

Kloof

Kinderen uit kansarme gezinnen lopen op 5-jarige leeftijd gemiddeld twee jaar achter in hun ontwikkeling. En die achterstand halen ze volgens onderzoeker gelijke kansen Tijana Prokic-Breuer - verbonden aan de Universiteit Maastricht - tijdens de hele basisschoolperiode vrijwel nooit meer in. ‘Als je iets wilt doen aan deze hardnekkige kloof, deze kansenongelijkheid, moet je vooral in kinderen investeren voordat ze naar school gaan. Hoe ouder het kind is, hoe meer het dweilen met de kraan open wordt.’

Praktijkkaart

Vroegtijdige taalinterventie is, kortom, cruciaal als je laaggeletterdheid en kansenongelijkheid wilt tegengaan. ‘Maar zo’n interventie moet dan wel gedurende langere tijd worden aangeboden en met programma’s die goed zijn onderzocht’, aldus Prokic-Breuer. ‘Een keer een aantal weken of maanden iets aanbieden, en daarna niks meer, dat helpt niet. Er moet een follow-up zijn.’ Het door Prokic-Breuer opgerichte Education Lab ontwikkelde de Praktijkkaart Stimuleren van Thuis lezen, onder meer voor gemeenten. 

Gezinsaanpak

In opdracht van het rijk wordt op dit moment de Gemeentelijke Gezinsaanpak Geletterdheid ontwikkeld. In een tiental gemeenten vinden er dit jaar pilots plaats, in 2023 gaan er 25 nieuwe mee aan de slag. Eind 2024 moeten een stappenplan en een toolkit klaarliggen - op dat moment krijgen gemeenten de 'zelfstandige regierol' over de aanpak van laaggeletterdheid.

Samenwerken

Kenmerkend voor de gezinsgerichte aanpak is dat meerdere lokale organisaties hierbij nauw samenwerken, zoals welzijnsorganisaties, bibliotheken en consultatiebureaus. Ook binnen gemeenten zijn er meerdere afdelingen bij betrokken zoals onderwijs, het sociaal domein en cultuur. ‘Ik ben veel meer gaan samenwerken met mijn collega die zich bezighoudt met achterstandenbeleid’, zegt Sarah Janssen, verantwoordelijk voor volwasseneneducatie bij de gemeente Harderwijk, een van de deelnemers aan de pilot. 

Evaluatie

Harderwijk heeft de pilot inmiddels geëvalueerd. Janssen: 'Wij zijn tot de conclusie gekomen dat het voor ons een goede aanpak is waarmee wij ook de ouders kunnen bereiken. Aan laaggeletterdheid kleven vaak veel andere problemen. Ouders lezen bijvoorbeeld niet alleen minder vaak voor, maar begrijpen ook niet zo goed het belang van onderwijs.'

Trefpunt

Harderwijk ziet kinderen van laaggeletterde ouders vaak terug als ze volwassenen zijn. 'Dan komen ze bijvoorbeeld naar ons Financieel Trefpunt omdat ze formulieren niet zelf kunnen invullen. Ook op dat soort plekken gaan wij inwoners stimuleren om hun taalvaardigheid te verbeteren.' 

Versnippering

Volgens Stichting Lezen en Schrijven kan de Gemeentelijke Gezinsaanpak Geletterdheid mogelijk een einde maken aan de huidige versnippering in de aanpak van laaggeletterdheid. ‘Ik hoop echt dat gemeenten en rijk gaan zeggen: wij gaan de aanpak van laaggeletterdheid vanaf nu structureel regelen in Nederland, met voldoende financiering’, zegt directeur Van Velzen. 'Zodat we niet langer afhankelijk zijn van allerlei lokale initiatieven waarbij iedereen zelf het wiel moet uitvinden.'

Onenigheid

De afgelopen jaren was de eensgezindheid tussen het rijk en gemeenten ver te zoeken. In 2020 trok de VNG haar handtekening terug onder de Bestuurlijke afspraken laaggeletterdheid 2020-2024, onder meer vanwege onenigheid over de hoogte van de rijksbijdrage. Betrokkenen, zoals de VNG, kijken nu met spanning uit naar Prinsjesdag. 

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Nico Bos
Ik zou het geld besteden aan de terugkeer van de discipline in het onderwijs zoals het vroeger in mijn jeugd was. Ik lees hier dat het probleem vooral een gebrek aan motivatie is dat blijkbaar van generatie op generatie wordt overgenomen. Dit in tegenstelling met de gretigheid om te presteren zoals we bijvoorbeeld zien in veel Aziatische landen. Het wordt tijd dat er goede wetenschappelijke onderzoeken komen die daadwerkelijk het effect van interventies aantonen met significante uitkomsten, anders is dit dweilen met de kraan open met al die pilots.
Toine Goossens
@Nico,

Dat gaat het niet worden als het aan de huidige directies en beleidsambtenaren ligt. Die breiden bij ieder probleem het aantal adviezen, voorschriften en normen uit. Het resultaat? De chaos neemt toe. Om die chaos te verminderen is geen wetenschappelijk onderzoek nodig. Er zijn kernwoorden nodig waarin de doelstellingen van het onderwijs tot uitdrukking komen. Alles wat er wordt ondernomen dient aan die kernwoorden te worden getoetst.

Denk aan:

* stabiliteit in de klas. het aantal veranderingen mag de stabiliteit in de klas niet aan te tasten;
* duidelijkheid van beleid. Zodra iets niet duidelijk is, weg ermee;
* eenduidigheid van beleid en begrippen. Alles dat dat verstoord is uit den boze;
* begrijpelijkheid van beleid en begrippen. Wat niet begrepen wordt dringt niet door.

Schoolbestuurders en beleidsambtenaren dienen deze begrippen boven hun bed op te hangen zodat zij dagelijks zullen sturen op rust en orde. Als zij die discipline niet op brengen, dan wordt het nooit meer iets met de discipline in het onderwijs.
Advertentie