Advertentie
sociaal / Column

Hofnar

Hofnarren van organisaties met als belangrijkste taak op zoek gaan naar de blinde vlek in de organisatie.

15 februari 2024

Bij Divosa werkte tot voor kort een markant figuur. Zo’n collega van wie je je niet hoefde af te vragen of hij op kantoor was, want dat kon je simpelweg niet ontgaan. Al was het maar omdat je hem overal steevast (te) hard hoorde lachen.

Waar andere collega’s spraken over ‘buiten de lijntjes kleuren’, deed hij dat als vanzelfsprekend. Door de grappen die hij maakte en de vragen die hij stelde. Het waren de vragen die anderen wel dachten, maar niet durfden te stellen. Hij leek ongevoelig voor de ongeschreven regels en stilzwijgende afspraken en maakte van zijn hart geen moordkuil.

Hoe belangrijk dat was, werd des te duidelijker toen hij eenmaal vertrokken was. We misten hem meteen. Niet alleen omdat hij zoveel lucht en humor bracht, maar ook omdat hij ons een spiegel voorhield. Juri Hoedemakers noemt ze de hofnarren van organisaties en het is zijn missie ze terug te brengen in de samenleving. Belangrijkste taak voor de hofnar: op zoek gaan naar de blinde vlek in de organisatie. En leidinggevenden daar mee confronteren. Dat is niet makkelijk, maar wel broodnodig.

Topambtenaar en filosoof Erik Pool noemt het ‘een onmisbare kracht, niet alleen in de democratie, maar ook in de bureaucratie.’ Hij zegt: ‘Als ambtenaren hun baas alleen maar naar de mond praten, wordt hun expertise niet aangesproken. Dit is slecht voor de kwaliteit, uitvoerbaarheid en rechtsstatelijkheid van het beleid.’ Hoe erg het mis kan gaan als mensen hun mond niet durven op te doen, blijkt ook nu maar weer uit het rapport van de commissie-Van Rijn over misstanden bij de NPO. Om over het Toeslagenschandaal nog maar te zwijgen. We houden in organisaties nog veel te vaak de rijen gesloten. Misstanden komen pas aan het licht als alles uit de hand is gelopen. En dan richten we een klokkenluidersregeling in, maar dan is het leed al geleden. Blijkbaar vinden we het lastig om op tijd en laagdrempelig tegenspraak te organiseren.

En eigenlijk zouden we dat ook niet moeten willen. Want voor je het weet organiseer je precies datgene weg dat je juist wilt stimuleren. In groepen ontstaat immers als van nature een tegengeluid. Er is altijd wel iemand die de rol van tegenspreker op zich neemt, mits hij daar de ruimte voor krijgt. Het is aan ons om daar voor te zorgen, om die voorwaarden te scheppen en die ruimte te bieden. Omdat het ons als organisatie ontzettend veel oplevert, omdat het lucht geeft en voorkomt dat er misstanden ontstaan. En niet in de laatste plaats omdat het de broodnodige humor op de werkvloer brengt. Want wat heb ik gelachen om onze eigen hofnar en niet in de laatste plaats om mezelf. En dat is zo waardevol, want als we niet meer om onszelf kunnen lachen, dan hebben we pas écht een probleem.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

P. Smit
We hebben sowieso een tekort aan vrije geesten in onze samenleving en die er nog zijn wordt de mond gesnoerd omdat ze het door enorm veel niet zelf-nadenkende mensen geaccepteerde narratief niet uitdragen.
Advertentie