Wie schrijft de best begrijpelijke zin?

Op 3 november barst de eerste Landelijke Taalstrijd los. Gebruiker Centraal organiseert een wedstrijd tussen bestuurders, taalprofessionals, inwoners en inhoudelijke experts (zoals beleidsambtenaren en juristen). Zij buigen zich over ambtelijke gedrochten en herschrijven ze tot glasheldere teksten.

Het kan simpeler

Het sluipt er in. Als je maar lang genoeg bij een gemeente werkt, worden ‘leges’ en ‘beschikking’ vanzelf doodnormale woorden. Maar vraag een inwoner wat het betekent, en de kans is groot dat een antwoord uitblijft. Om nog maar te zwijgen van ‘ Uw indicatie vanuit de Wmo is geëindigd of gaat binnenkort eindigen.’ Dat kan simpeler: ‘Uw hulp bij het huishouden stopt binnenkort.’

Aandacht blijven geven

‘Aan duidelijke overheidscommunicatie moet je constant aandacht blijven geven,’ zegt Talissa Oude Bennink, projectleider duidelijke overheidscommunicatie bij Gebruiker Centraal. ‘De Landelijke Taalstrijd staat dan ook niet op zichzelf, maar is één van de manieren om de stem van inwoners bij organisaties naar binnen te brengen.’ Dat begint al bij de aanloop: iedereen kan zinnen insturen voor de wedstrijd.

Ervaringsdeskundigen in jury

De deelnemers aan de Landelijke Taalstrijd nemen het tegen elkaar op in het Gooiland Theater in Hilversum. Per groep herschrijven ze vijf onduidelijke, moeilijke zinnen. Een jury beoordeelt welke groep het er het beste van af brengt. Een aantal juryleden zijn ervaringsdeskundigen van Steffie (die van de sticker) en Stichting ABC. Ook Vibeke Roeper, directeur van Onze Taal, en Marije van den Berg, schrijver van De Beleidsbubbel, nemen plaats in de jury.

Live verbinding met lokale battles

De Landelijke Taalstrijd is geïnspireerd op lokale ‘taalbattles’. Utrecht was in 2016 de eerste gemeente die er een organiseerde. Enschede en Den Haag volgden. Gebruiker Centraal hoopt dat zo veel mogelijk organisaties op 3 november een eigen, lokale variant van de Taalstrijd organiseren en biedt daarvoor een informatiepakket aan. ‘Wij brengen een live verbinding tot stand met de lokale organisaties,’ zegt Oude Bennink. ‘Zij buigen zich over dezelfde zinnen als de deelnemers van de Landelijk Taalstrijd. Je kunt het zo klein of groot maken als je zelf wilt. Daag bijvoorbeeld raadsleden, inwoners en ambtenaren uit om de onderlinge strijd aan te gaan.’ Het is ook mogelijk op een ander moment een lokale taalstrijd te organiseren.

Publieksprijs

Een andere optie is om als publiek deel te nemen aan de Landelijke Taalstrijd en mee te dingen naar de Publieksprijs voor de beste herschreven zin, of om achterover te leunen op de tribune om te zien hoe de vier groepen het er af brengen. Maar winnen de taalprofessionals uiteindelijk niet altijd? ‘De praktijk wijst uit van niet,’ zegt Oude Bennink. ‘In Den Haag wonnen de inwoners.’