Jonge ambtenaren: Ambtenaren makkelijker ontslaan

Dat blijkt uit de Futur thermometer, de periodieke enquête onder leden van het netwerk. Het signaal dat uit de antwoorden van honderd ambtenaren naar voren komt is duidelijk, zegt Joost Koomen, voorzitter van Futur. Ontslagbescherming is voor de nieuwste generatie geen reden om voor het openbaar bestuur te kiezen. Jonge ambtenaren werken bij de overheid vanwege de maatschappelijk toegevoegde waarde (48 procent), de secundaire arbeidsvoorwaarden (22 procent) en de flexibele werktijden (18 procent).

Koomen herkent het beeld. ‘We zijn verwend, er zijn banen in overvloed. Als het je ergens niet bevalt, ga je op een andere plek aan de slag. Waar heb je ontslagbescherming dan voor nodig?’ Sterker, de ontslagbescherming, belemmert de vernieuwing en verbetering van het werk van de overheid, maakt Koomen op uit de enquêteresultaten. ‘Ze missen de koppeling tussen prestatie en beloning. Goed presteren leidt niet tot betere doorgroeimogelijkheden; je weet vooraf al waar je eind van het jaar staat.’

Jonge ambtenaren vinden verder dat de vernieuwing van de overheid veel beter kan en sneller moet. Bijna de helft van de invullers vindt dat de overheid moet ‘kiezen in plaats van kaasschaven’. Een op de vijf wil ‘kappen met de parafencultuur’ en 15 procent verlangt naar ‘prestatiebeloning’.

Maar liefst 88 procent vindt dat het imago van de ambtenaar verbeterd moet worden. Het beeld dat de ambtenaar lui en saai is en de burger niet serieus neemt, moet dringend worden bijgesteld, vinden de ondervraagden.

Opvallende uitkomst van de enquête is ook dat 41 procent zichzelf over vijf jaar niet meer ziet werken bij de overheid. Naar het bedrijfsleven, het buitenland, het gezin of werken als zelfstandige worden genoemd als alternatieven. Koomen waarschuwt. ‘Je moet blijven investeren in de overheid om jonge mensen te trekken.’