Advertentie
sociaal / Nieuws

Jeugdzorg trekt de portemonnee

Het is een hardnekkig vooroordeel dat instellingen in de jeugdzorg en daarmee samenwerkende organisaties helemaal niet, of als ze het wel doen, gebrekkig samenwerken.

18 januari 2008

De werkelijkheid is anders. De sector is zeker niet doof gebleken voor kritiek uit de maatschappij van de laatste jaren na een reeks spraakmakende incidenten in de jeugdzorg. Gemene deler bij die voorvallen was meestal dat instellingen langs elkaar heen bleken te werken. Er zijn inmiddels veel voorbeelden waarbij organisaties een zogenoemde ' gesloten keten' vormen.

 

Dat bleek weer eens eerder deze week bij Jeugdpoort, een bijeenkomst van jeugdzorgorganisaties in Den Haag. CDA-staatssecretaris Marja van Bijsterveldt van Onderwijs was daar aanwezig. Ze bepleitte een betere samenwerking van jeugdzorginstellingen met scholen. In de 26 uren les die leerlingen krijgen, kan nooit alles worden goedgemaakt wat in alle overige uren van de week allemaal mis kan gaan, maar als ergens problemen vroegtijdig te signaleren zijn is het wel op school. Dus daar moeten de jeugdzorgorganisaties aanwezig zijn, betoogde de staatssecretaris.

 

Ze vond een gewillig oor bij de aanwezige professionals, niemand die het met de bewindsvrouw oneens was. Sterker nog, er werden genoeg voorbeelden genoemd van jeugdzorginstellingen die al op allerlei manieren samenwerken, ook op scholen. Onder meer kwam Dordrecht ter sprake, waar de GGZ op scholen een drugspolikliniek opent.

 

Eens te meer werd tijdens de bijeenkomst in Den Haag duidelijk dat het heel vaak geen onwil is als samenwerking niet of slechts moeizaam van de grond komt. De vertegenwoordigers van de jeugdzorginstellingen hielden de staatssecretaris fijntjes voor dat de krakkemikkige, vaak incidentele financiering en de 'krankzinnige' verantwoordingseisen een goede samenwerking vaak in de weg zitten. De ene organisatie wordt betaald door de provincie, een andere instelling door de gemeente en een derde club door de zorgkantoren. En al die financiers hebben hun eigen regels, formulieren en verantwoordingslast tot op de cent.

 

Aan de orde kwam ook de vraag wie al die preventieve samenwerkingsverbanden waar zo luid om wordt geroepen eigenlijk betaalt. Wie vergoedt de GGZ als die participeert in een zorgadviesteam op school? Vaak niet de verzekeraar. Soms betaalt de gemeente de rekening, maar lang niet in alle gemeenten in Nederland. In dat doolhof worden jeugdzorgorganisaties geacht de handen ineen te slaan.

 

De instellingen die bij Jeugdpoort aangaven toch de door iedereen zo gewenste samenwerking te realiseren, zeiden bijna allemaal: 'Wat wij doen mag van de boekhouders aan wie wij verantwoording moeten afleggen eigenlijk helemaal niet. Maar we doen het toch, en als we ervoor op de vingers worden getikt zien we wel weer verder.'

 

Met andere woorden: om de gewenste zorg te realiseren, nemen steeds meer jeugdzorgen GGZ-instellingen en GGD'en flinke financiële risico's. Het is dan ook wachten op het eerste echte grote conflict met een financier. De zorgverleners hebben het tij mee. Zolang ze kunnen aantonen dat het geld niet is opgegaan aan gouden kranen, maar daadwerkelijk is aangewend om hun maatschappelijke taak te vervullen, is het onwaarschijnlijk dat ze een dergelijk conflict in de publieke opinie verliezen.

 

 

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie