Ggz-cliënten Schiedam in Wmo-raad
Daklozen en (ex-)psychiatrische patiënten zijn moeilijk te betrekken bij cliëntenraden voor de Wmo. Dankzij een persoonlijke benadering praten ook deze doelgroepen nu mee over het Schiedamse zorgbeleid.
Het is de gemeente Schiedam gelukt de Wmo-adviesraad uit te breiden met mensen met een psychische stoornis. Vanaf januari hebben twee personen met ervaring als cliënt in de geestelijke gezondheidszorg zitting in de raad die de gemeente moet adviseren over het Wmo-beleid. De buurgemeenten Vlaardingen en Maasluis volgen op korte termijn.
Hoewel ggz-patiënten een belangrijke doelgroep zijn binnen de Wmo lukt het gemeenten niet of nauwelijks ze ook te betrekken bij inspraakorganen. Iedere gemeente moet een cliëntenraad oprichten waarin alle doelgroepen van de Wmo meedoen, maar deze mensen zijn nauwelijks vertegenwoordigd. Gert Jan Bloemendaal, programmamanager bij Zorgbelang Nederland, zei onlangs in Binnenlands Bestuur dat daklozen en mensen met een psychiatrische achtergrond per definitie niet geïnteresseerd zijn om zich bij een overlegorgaan aan te sluiten.
Persoonlijk
De gemeente Schiedam is vast van plan het tegendeel te bewijzen en heeft daarvoor medewerking gezocht bij het Basisberaad Rijnmond, een platform dat opkomt voor de belangen van (ex-)cliënten van de geestelijke gezondheidszorg, maatschappelijke opvang en verslavingszorg. Een medewerker heeft persoonlijk mensen benaderd op bijeenkomsten, in Ggz-instellingen en dagactiviteitencentra. Er worden een aantal maatregelen getroffen om te zorgen dat deze mensen ook blijven komen en niet direct weer afhaken, vertelt Suzanne Konijnendijk, projectleider Wmo voor Schiedam, Vlaardingen en Maassluis.
'Drie van de negen prestatievelden van de Wmo gaan over daklozen en psychiatrisch patiënten. Net als voor alle andere groepen willen we gewoon ook voor hen een goede vertegenwoordiging, maar dan heb je wel wat om rekening mee te houden. Vergaderingen zijn normaal een enorm papieren gebeuren. Deze mensen staan toch iets anders in het leven. Het komt aan op een open houding.' Sowieso wordt gestreefd naar steeds twee vertegenwoordigers, zodat ze niet het gevoel krijgen er alleen voor te staan. Daarnaast wordt goed over de agenda nagedacht.
Konijnendijk: 'We letten er bijvoorbeeld wel op dat die mensen straks niet voor niks komen, dat er geen enkel onderwerp wordt behandeld dat voor hen niet interessant is. Daarnaast worden de vertegenwoordigers van de drie gemeenten met elkaar in contact gebracht en zorgen we dat ze elkaar kunnen helpen en kunnen overleggen. Ook denken we na over achtervang. In principe gaan we ervan uit dat de mensen die we nu aanwijzen de vertegenwoordigers zijn, maar allicht is het handiger om te rouleren.'
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.