Mensen met dementie van het kastje naar de muur
Woningcorporaties, gemeenten en zorgaanbieders moeten over de muren van hun organisatie kijken en hun eigen verantwoordelijkheden nemen.
Meneer De Vries is een alleenstaande man van achter in de zeventig, hij heeft dementie. Hij woont in galerijflat op driehoog. Door z'n ziekte vermijdt hij sociale activiteiten. Ook heeft hij moeite met de dagelijkse dingen, zoals koken, boodschappen doen en z'n huis onderhouden. Hij heeft een neef, dat is zijn mantelzorger, maar die woont op een anderhalf uur rijden bij hem vandaan. Hij kent zijn buren wel, maar iedereen is druk bezig met z'n eigen leven. Kortom, niemand houdt vinger aan de pols bij meneer de Vries.
Zijn thuissituatie verslechtert. Hij raakt in een sociaal isolement, zijn koelkast is praktisch leeg en hij heeft al een tijd niet meer de medicijnen voor zijn diabetes genomen. Uiteindelijk valt hij van de trap en breekt hij zijn heup. Pas vanaf dat moment komt meneer De Vries in beeld bij de zorg en ondersteuning. Inmiddels kan er niks meer georganiseerd worden en hij wordt, na een lang ziekbed in het ziekenhuis, opgenomen in een verpleeghuis.
In Nederland wonen 290.000 mensen met dementie. Dat aantal verdubbelt naar ruim een half miljoen in 2040. De meeste mensen met dementie (ca. 70 procent) wonen thuis. De tijd dringt en we moeten alle zeilen bij zetten. Anders ontstaat er crisis achter de voordeur, net als bij meneer De Vries. We zien momenteel al wachtlijsten in de zorg, een gebrek aan passend woonaanbod en een tekort aan ontmoetingsplekken. Ook zien we dat mensen met dementie van het kastje naar de muur worden gestuurd. Soms komen er wel drie of vier verschillende personen over de vloer voor indicaties of intakegesprekken. Zonde van de tijd van het schaarse personeel en ook voor de persoon met dementie is dit heel vervelend, vermoeiend en verwarrend. Met het toenemende aantal mensen met dementie en het afnemende aantal zorgprofessionals en mantelzorgers, moeten we dit anders doen.
Alleen met samenwerking kunnen we mensen op een waardige manier toekomst bieden.
We kunnen het aantal zorgarme jaren laten toenemen als iemand met dementie in een geschikte woning in een fijne buurt woont, waar het sociaal veilig is, met ondersteuning en zorg in de buurt. Omdat dit een oplossing is die veel verschillende sectoren raakt, is samenwerking over de domeinen heen nodig. Er zijn plekken in het land waar dit al gebeurt, dus het kan! Alleen met samenwerking kunnen we mensen op een waardige manier toekomst bieden. Daarom zetten we ons in voor perspectief, actie en samenwerking, zonder dat schaarste de toekomstige discussie gaat beheersen.
Dat kan via de woonzorgvisie van de gemeente, die veel gemeentes nu of binnenkort gaan opstellen en die vanaf 2026 verplicht is. Hierin staan de ambities, de woonzorganalyses en de doelstellingen over wonen en zorg. Door de woonzorgvisie met de lokale of regionale sleutelfiguren én de doelgroep te maken en de verantwoordelijkheden en afspraken vast te leggen in de prestatieafspraken, komen we sneller tot uitvoering. De overheid moet de regie pakken om deze samenwerking minder vrijblijvend te maken en vaart maken met de bouwplannen. Immers, van alle nieuw te bouwen woningen moet een derde seniorenhuisvesting zijn. Dat zijn 290.000 woningen. Met een passend alternatief kunnen we mensen beter uitleggen hoe belangrijk het is om tijdig na te denken over hun toekomst en hun stimuleren om te verhuizen naar een passende plek met voorzieningen in de buurt.
Door dit nu te doen leg je een goede basis voor de toekomst. Het vergt net even wat extra tijd en inspanning, maar die krijg je dubbel en dwars terug. Zoals Nelson Mandela zei: Alleen gaan we sneller, maar samen komen we verder. Dat is hier bij uitstek van toepassing. En dan zal het verhaal van meneer De Vries er heel anders uitzien. Wij zetten hier met elkaar de schouders onder.
Gerjoke Wilmink Alzheimer Nederland
Tamara van Ark, dementierapporteur
Martin van Rijn, Aedes
Anneke Westerlaken, ActiZ,
Anja Prins, VNG
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.