Bonendoppers
Er was eens een land waar 90% van de kinderen gelukkig was. Met ouders die de eigen boontjes konden doppen. Zo’n 10% redde dat niet. Iedereen had medelijden met deze gezinnen of anders wel last van ze. Overal onstonden speciale boontjesdoppers die zich ontfermden over die 10%. Er ontstonden eerste-lijnsdoppers (die boden lichte boterboontjes aan), tweede-lijns (zware bruine bonen), derde-lijns-linzendoppers, doppers van nulde-lijns-gewone sperziebonen en er waren aanbieders van super specialistische bonen. Gezinnen die hun eigen boontjes wilden of moesten leren doppen, verdwaalden tussen al die bonendoppers. Het Rijk dacht toen: okee, dan richten we per provincie een Bureau Bonendop Zorg op. Die gaan het allemaal coördineren.
Vijftien jaar later.
Het was helaas nog niet gelukt om de doppers te coördineren. Ieder bleef zijn bruine, groene of gele bonen apart aanbieden. Gezinnen bleven verdwalen. Het Rijk dacht toen: we gaan het overdragen aan de gemeenten. Die staan dichter bij hun inwoners.
Naast de aparte bonendoppers, waren er inmiddels nieuwe doppers ontstaan die gezinnen thuis hun boontjes leerden doppen - welke kleur boon dan ook. Het zogeheten integrale ‘maatdoppen’.
Gemeenten zagen het integraal maatdoppen wel zitten. En ze dachten: de doppers in onze regio moeten gaan samenwerken, dan komt die integratie vanzelf. Het zogeheten ‘ketendoppen’. En dan wordt het ook goedkoper. Tegelijk richtten de gemeenten eigen Buurt Bonendop Teams (BBT) op. Daar moesten de gezinnen dan te rade en kon je je gewone sperzieboontjes leren doppen. En als je andere bonen moest leren doppen, dan zorgde het BBT voor snelle actie naar een van de erkende bonendoppers. Deze doppers moesten wel beloven dat ze gingen samenwerken. Maarre…. dat duurt even en kost geld. En de gemeenten beloofden tijd en geld.
De nieuwe integrale bonendoppers vielen toen een beetje buiten beeld. En vroegen zich af hoe ze het moesten rooien met hun integrale bonen? Klopt, zeiden de gemeenten, maar we kunnen moeilijk de andere bonendoppers meteen al dwingen om ook integraal te doppen. Enne, we hebben nu onze BBT’s; die zijn ook integraal en kunnen al veel doen met de nuldelijnsbonen. Dat kost een extra lieve cent, dat wel, ja. Maar op den duur….
De gezinnen moesten dus nog zoeken in de bonenjungle, wél geholpen door de gemeentelijke BBT’s met professionele boondeskundigen. Die deskundigen bleven ieder ‘voorlopig’ nog wel in dienst van de gemeentelijk erkende bonendoppers, maar op den duur moest het gaan werken.
Iedereen blij (behalve misschien de gezinnen over wier hoofden dit allemaal werd bedisseld.)
Vijftien jaar later….
Reacties: 2
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
En het klopt. Er wordt in ons land erg veel en ontfermend gedacht 'voor een ander'. De weg naar de hel is geplaveid met goede bedoelingen. Lees deFranse-Joodse filosoof Emmanuel Levinas er maar op na.
Mechtild
(ook vele jaren ambtenaar geweest, veelal op het stadhuis in Amsterdam).