Advertentie
sociaal / Nieuws

Ambtenaren doen alsof

Joost Heldeman (pseudoniem) verwerkte in zijn satirische roman Het geheim van Den Haag zijn jarenlange ervaring als ambtenaar op een ministerie. ‘Sommige dingen zijn zo absurd: als je het aan de buitenwereld vertelt, geloven ze het niet.’

30 oktober 2009

Joost Heldeman, de hoofdpersoon in het boek dat volgende week verschijnt, is eigenlijk een beetje een triest figuur. Hij werkt al jaren op hetzelfde ministerie, maar is net onder de echte top blijven hangen. Hij heeft goede ideeën, maar niemand luistert. Noodgedwongen slijt hij zijn dagen met het lezen en becommentariëren van beleidsstukken waar hij vervolgens nooit meer wat van hoort. Maar nadat de partij van Pim Fortuyn de verkiezingen wint, wordt alles anders.

 

De regering wil het vertrouwen van de burgers in de overheid herstellen en het ministerie moet daarom ‘transformeren’. En Joost Heldeman moet daarvoor zorgen. Hij krijgt van de secretaris-generaal de belangrijke opdracht om een verbeterplan op te stellen. Al snel raakt hij echter verdwaald tussen directies, wereldvreemde bestuurskundigen en vooral, eindeloze stapels papier.

 

De ambtenaren in uw boek voldoen aan alle vooroordelen: ze beginnen laat, zitten veel vergaderend aan de koffie, en vooral: er komt niks concreets uit hun handen.

 

‘Het is geen vriendelijk boek, maar dat is het voor niemand. Ook niet voor burgers en zogenaamde deskundigen. Ik ken de overheid goed, werk nu al meer dan vijftien jaar voor de rijksoverheid. Ik wilde een verhaal schrijven van binnenuit, laten zien hoe het er echt aan toe gaat. Ambtenaren zijn in Nederland feitelijk een heel onbekende groep. De Amerikaanse traditie van ambtenaren die schrijven over ‘What I saw at the White House’, die kennen wij niet. Niemand weet precies wat ze nu eigenlijk doen op zo’n ministerie.

 

'Ook zo raar: in het parlement worden alle maatschappelijke groepen wel op de een of andere manier gerepresenteerd, maar niemand komt op voor de ambtenaren. De buitenwereld kan vrij veilig zeggen: gooi er maar 25 procent uit, maar als ambtenaar kun je weinig terugzeggen, want je wordt geacht loyaal te zijn en je mond te houden. Van je bewindspersoon hoef je het ook niet te hebben, want het is politiek opportuun om te roepen dat je ambtenaren wilt ontslaan.

 

Bij het lezen krijg je ook niet direct het gevoel dat we wat missen als er veel ambtenaren ontslagen worden. Burgers met echte hulpvragen worden genegeerd en ze zijn verder vooral bezig met zichzelf.

 

‘Het verhaal is ingebed in een politieke context: die van een overheid waarover voortdurend wordt geroepen dat die moet veranderen, zonder dat duidelijk is hoe dat dan zou moeten. Op het ministerie waar ik werkte, werd letterlijk elke twee jaar een nieuw programma gepresenteerd waarmee het allemaal helemaal anders zou gaan. Maar de afrekenmechanismen op een ministerie zijn er helemaal niet op gemaakt dat er dan ook daadwerkelijk iets verandert.

 

'Ambtenaren zeggen wel dat ze het voor de burger doen, maar uiteindelijk staat zo’n heel ministerie ten dienste van de bewindslieden. Die moeten hun politieke programma uitvoeren. Als de burger daarbij ook nog is geholpen, dan is dat hooguit mooi meegenomen.

 

'Op mijn ministerie hebben we ooit voorgesteld om een enquête te houden onder burgers om te horen wat die van een bepaald idee vonden, maar dat wilde de staatssecretaris niet. Dat kon de boel alleen maar compliceren. Logisch vanuit de bewindspersoon, want zij moest het regeerakkoord uitvoeren. Dat is de opdracht die ze van haar partij had meegekregen en daarop werd ze afgerekend. Als ze het anders zou doen, zou ze beschuldigd worden van kiezersbedrog. Maar daardoor staat de burger niet op de eerste plaats.

 

'En dan is er nog de secretaris-generaal. Zijn eerste zorg is ook al niet de burger, maar zorgen dat de minister bediend wordt en de werknemers tevreden zijn, zodat de goede mensen niet vertrekken. Daar wordt hij weer op afgerekend. Mijn ervaring is dat ambtelijke organisaties erg gericht zijn op harmonie. Ik heb ook ervaring in de wetenschap en die wereld drijft juist op conflict, want zo maak je elkaar beter. Maar ambtenaren zoeken altijd naar overeenkomsten en willen graag dat iedereen tevreden blijft. Het motto van Pim Fortuyn ‘Ik zeg wat ik denk en doe wat ik zeg’, dat is bij de overheid onwerkbaar. Dan heb je geheid ruzie.’

 

Dus doen ministeries vooral alsof ze veranderen, zonder concreet iets in gang te zetten.

 

‘Ik heb meegewerkt aan verbetertrajecten zoals die in het boek worden omschreven. En die kwamen maar niet verder. Op een dag realiseerde ik me: dat is de bedoeling ook helemaal niet. We willen graag geloven dat we met iets goeds bezig zijn en dat aan de buitenwereld kunnen vertellen, maar zodra het bewaarheid dreigt te worden, dan gaat er een benadeelde aan de rem hangen. We willen heel graag beter, maar dan wel morgen, dat is de dynamiek op zo’n ministerie.

 

'Ik dacht weleens: ik werk bij het grootste tekstbureau van Nederland. Als je iets wilt, moet je een tekst verzinnen waar het dan om draait. Ik heb willen laten zien hoe die tekstproductie losgezongen kan zijn van de werkelijkheid. ‘In wezen zijn veel mensen op departementen bezig met overleven. Met vooral zorgen dat ze op het eind van de dag de chaos een beetje hebben bezworen, al is dat dan vooral door met papier te schuiven.

 

'Ik overdrijf natuurlijk een beetje, maar als je je voortdurend in chaos bevindt, is het wel zo gemakkelijk als je elke dag de wereld opnieuw kunt uitvinden. Dus dat gebeurt ook voortdurend. Besluiten worden genomen en daar hoor je vervolgens nooit meer wat van. Men herinnert zich afspraken niet, of je krijgt te horen dat je het toch niet helemaal goed begrepen hebt. Ik heb vaak genoeg meegemaakt dat je uren vergadert en later denkt: wat hebben we nu eigenlijk afgesproken?

 

‘Ik was geen hoge ambtenaar, maar ik heb vaak genoeg bij vergaderingen van de top gezeten. Zoals ik het in het boek omschrijf, zo vaag als daar gepraat wordt, nou, zo gaat het echt hoor. In het begin zocht ik de schuld bij mezelf als ik er weer eens niks van had begrepen. Ik heb vast niet goed geluisterd, dacht ik dan. Maar later realiseerde ik me: die mensen praten met opzet zo vaag. Want stel dat je een keertje heel concreet bent, dan moet je ook in actie komen. Natuurlijk hebben ze dat zelf ook door, mind you, het zijn geen domme mensen die op die ministeries rondlopen. Maar door de omstandigheden kunnen ze vaak niet anders.’

 

Maar waar is het goed voor dan?

 

‘De core business van de overheid is het kanaliseren van conflicten. En dat kan door in de toekomst te leven. Al die taskforces en commissies die worden ingesteld, dat is een prachtige techniek om besluiten uit te stellen. Degenen die boos zijn heb je tevreden gesteld, want er komt een onderzoek. En degenen wier belang op het spel staat zijn evengoed gerustgesteld, want het is slechts een onderzoek. Dat klinkt misschien cynisch, maar onderschat het belang daarvan niet.

 

‘Wat in deze populistische tijden nog weleens wordt vergeten, is dat de bevolking altijd verdeeld is. Er zal altijd conflict zijn. Maar mensen vinden ruzie met de buurman niet fijn, dus leggen ze dat bij de overheid neer. En als ze dan niet tevreden zijn, gaan ze over de overheid zeuren. Het risico is dat de uitkomst niet bevalt en dan krijgt de overheid de schuld. Die is eigenlijk een soort vuilnisbak voor problemen die de samenleving zelf niet kan oplossen.’

 

Joost Heldeman, Het geheim van Den Haag, Contact, 2009, ISBN 9789025432676, € 14,95

 

Reacties: 11

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Willem van Ravestijn
Ik ben sinds 2000 geen ambtenaar meer, werk sindsdien in het bedrijfsleven. Als consultant/interim manager werk ik nog wel vaak met ambtenaren. Ik deel de mening van Joost Heldeman absoluut niet en ik vind het beneden niveau dat hij in zijn ‘satirische roman’ collega’s bekritiseert. Zeker, er zitten zijn zeker minder goed functionerende ambtenaren, maar minder goed functionerende collega’s zijn overal. De ambtenaren die ik ken zijn doorgaans hardwerkende mannen en vrouwen, vaak met veel hart voor de zaak.

Als Heldeman ambtenaren tegen is gekomen die er een potje van gemaakt hebben, dan had hij moeten ingrijpen, dan had hij zijn plicht moeten doen. Daar zijn procedures voor.
Morsnova / commentator
Net als Willem van Ravestijn heb ik als ambtenaar gewerkt en werk ik nu in het bedrijfsleven en kom ik nog steeds vaak bij (lagere) overheden over de vloer. Maar in tegenstelling tot van Ravestijn herken ik me grotendeels in de thematiek van Heideman. Vaak verlaat ik ambtelijke gebouwen met een gevoel van plaatsvervangende schaamte. Weer uren vergaderd, waar bijna per defintitie niets concreets uitkomt. Weer op het laatste moment een besluit uitgesteld, weer een zoveelste controle op een beleidsvoornemen laten uitvoeren met de hoop dat nu niet alleen de scherpe kanten eraf zijn, maar ook de stompe kanten.

En dan heb ik het nog niet over, zoals ik gisteren weer ervoer, goed betaalde ambtenaren die onderuit hangen en vanuit een cynische houding alleen maar roepen dat je iets vooral niet moet gaan doen.

Het lijken wel inrichtingen van negatieve energie. En dat is niet een kenmerk van dienstverlening, zoals Pen suggereert. Dat is een kenmerk van organisaties, die niet door een doel (zoals het bedrijfsleven, dat winst moet maken) maar door macht gedreven worden. En dan heb ik het niet over de macht van de politiek, maar ook over de kleffe laag van hoge ambtenaren, die machtspolitiek bedrijven vanuit de comfortabele positie van een vaste baan.

Ambitieuze mensen houden het dan ook doorgaans niet lang uit bij de lagere overheid.
Hans Visser / Organisatievitalisator
Dit maakt duidelijk waarom 'de actuele organisatiecultuur' als issue zo'n terra-non-grata. Want als de actuele kenmerken daarvan worden benoemd worden de omstandigheden zichtbaar waarin goede mensen met veel vermogens te weinig met hun vermogens kunnen, mogen, durven en uiteindelijk willen doen en zich dan maar over geven aan hoe het zo gaat. Want alleen kan iemand daarin niets veranderen. Dat kan alleen maar als goed willende mensen elkaar gaan versterken in het samen creëren van die omstandigheden die zij nodig hebben om het beste te kunnen doen.
W.Wilkens
Leuk dat er eens een boek over wordt geschreven. Zelf heb ik al tientallen jaren dezelfde ervaring bij de lagere overheden, en hoor ze ook van talloze collega's.
Dit soort praktijken gaat natuurlijk ook op voor het bedrijfsleven waar weliswaar niet dezelfde doelen wordt nagestreefd, maar wel dezelfde methoden worden gehanteerd. Het is m.i. inherent aan dienstverlening, in welke vorm dan ook.
Ons land leeft nu eenmaal in hoofdzaak van dienstverlening, dus daarom valt dit verschijnsel ook nooit uit te bannen. Ook niet na het verschijnen van dit boek.
JHAGM Sneuf van Toetellaere / Ambtenaar
Gij zijt een held heer Heldeman
dat gij zo'n boekske schrijven kan.
Ik was jarenlang ambtenaar
maar werd van al ellende behoorlijk gaar
en ben er na 12 jaar nog steeds ziek van.
Het gaat nooit om het belang van het stemvee, nimmer houdt men daar rekening mee.Slechts scoren in de media
is het enige waarvoor men sta en dus een grote komediantenzee.
Paul / projectleider
Tja de grootste rol van de overheid is op de winkel passen die NL heet. Iedereen naar school, droge voeten, recht liggende stoeptegels.

Niks groots en meeslepend aan.
Hans Sietsma / organisateiadviseur
Ooit verdiepte ik mij voor een buitenlandse opdracht in hoe Nederland industriebeleid maakt. In een gesprek met een hoge ambtenaar veronderstelde ik op zeker moment dat genomen maatregelen ergens in de beleidscyclus geëvalueerd worden.

Hoe naïef! Natuurlijk wordt er niet geëvalueerd, stel je voor dat er iets uitkomt.

Op mijn verbaasde - om niet te zeggen geschokte - blik was de reactie: 'dat is de prijs van democratie'.

Kijken naar de 'actuele organisatiecultuur' is niet alleen eng voor de organisatie, als het toch gebeurt gaat het ook echt niet helpen.
Adrik / Projectleider Dienstverlening
Mijns inziens is het zo dat over hoe meer schijven de (af)wegingen gaan, hoe vaker dit zal leiden tot het gesignaleerde onnut. Iedere schijf kent een eigen dynamiek en eigen gecumuleerde individuele belangen als groepsbelang. Eigen meningen van datgene wat moet of juist niet moet en een eigen wijze om daar al dan niet invulling aan te geven. Iedere schijf is daarmee een verstoring op het oorspronkelijke doel, ongeacht of dit doel top-down of bottom-up is bedacht.

En waarom treft dat dan in bijzondere mate de overheid? Omdat de overheid 'gaat' over iedereen. Er zijn dus schijven nodig om 16 miljoen mensen te bedienen in het meest brede assortiment denkbaar aan vaak tegengestelde producten. En om dit geheel ook maar een beetje geloofwaardig in de lucht te houden heb je al een bijzonder knappe organisatie nodig. Geen organisatie die koppen afhakt, maar een organisatie die het maaiveld laat groeien op de hoogte van de koppen die eruit steken. En daarvoor hebben we niet alleen helden in de top nodig maar ook een boel mensen die meer doen dan 'zeiken aan de achterkant'; mensen die daadwerkelijk oplossingen aandragen en zelf beginnen.

Ik heb het boek niet gelezen dus weet niet in hoeverre dhr. Heldeman ook oplossingen aandraagt, maar ik hoop van harte dat het meer is geworden dan de klaagzang die hierboven staat weergegeven. Dat levert Heldeman een nieuwe BMW op en ons uiteindelijk helemaal niets.
F. Menger
Helaas op een groot aantal fronten is het nog erger. Vooral de inteelt en vriendjespolitiek. Een aansprekend voorbeeld is juist het ministerie van V&W in dit geval. Kijk hoe men daar de burgers behandelt. Of juist investeringen van belang voor het land zachtjes de nek omdraait? Zie HSL-oost/Zuiderzeelijn of Spoor Utrecht-Breda. Plus minachting voor juist de regio's verder van Den Haag gelegen. Alleen de G4 zijn hip.
Rob / bestuursadviseur
Ik GELOOF dat Joost Heldeman een mooie combinatie is van Joost mag het weten en een mannetje die maar wat graag een cape omdoet om op een zelfverklaard superman te lijken. Voor mij is het simpel, als niemand wat met je adviezen DOET, deugen je adviezen niet. Dat is ook een betere verklaring dan te zeggen dat de hele wereld niet deugt.

MIjn idee: De nieuewe "Heldeman"-norm. Een beleidsambtenaar wiens adviezen 5 keer achterelkaar niet door het bestuur worden overgenomen neemt ontslag. Als hij toch wil blijven legt hij zijn zaak voor aan een forum van 30 belastingbetalende burgers waarom hij/zij dan zijn aanstelling waard is. Dat forum adviseert dan het bestuur over diens ontslag.
Michiel Jonker / ambtenaar bij een decentrale overheid
@ Rob (bestuursadviseur). Je kunt wel merken dat jij bestuurders faciliteert. De "Heldeman"-norm zou heel anders moeten zijn, namelijk: elke bestuurder die vijf keer achter elkaar een beleidsadvies niet overneemt, stapt op. Als hij toch wil blijven, legt hij de vijf beleidsadviezen per referendum voor aan de inwoners van het gebied dat hij bestuurt, of aan de cliënten van de instelling die hij bestuurt, met de vraag om bij elk advies "ja" of "nee" te stemmen. Als de inwoners/cliënten "ja" stemmen voor meer dan de helft van de niet overgenomen adviezen, dan stapt de bestuurder op.
Advertentie