Aanpak bijstandsfraude verschilt per gemeente
Zestig procent van de gemeenten vordert altijd bijstand terug als mensen onjuiste informatie geven over hun thuissituatie of inkomsten. Eén op de drie gemeenten doet bovendien geen aangifte bij fraude voor een bedrag tot 6.000 euro als een verdachte geen uitkering meer krijgt, maar vordert het wel bij verdachte bijstandsontvangers.
Dat staat in het rapport ‘gemeentelijke afdoening, de laatste schakel in de handhavingsketen’ van de Inspectie Werk en Inkomen. Gemeenten zijn volgens de Wet werk en bijstand vrij om te bepalen wanneer de informatieplicht wordt geschonden en welke straf daarbij hoort.
Bij fraude door onjuiste informatie van bedragen boven de 6.000 euro doet een gemeente volgens de inspectie in principe altijd aangifte. Daaronder mag de gemeente bijstand terugvorderen, maar dat kan alleen als de verdachte nog een uitkering krijgt. Als dat niet het geval is, kan aangifte worden gedaan bij het Openbaar Ministerie, maar dat gebeurt weinig. Twee derde van de gemeenten heeft zelfs beleid dat er dan geen aangifte wordt gedaan. Volgens de IWI kan dat leiden tot ongelijke behandeling van bijstandscliënten en niet-bijstandscliënten.
Dat gemeenten bepaalde zaken niet bestraffen, omdat bijvoorbeeld de incassokosten te hoog zijn ten opzichte van het te vorderen bedrag, begrijpt de IWI. De inspectie waarschuwt wel dat deze handelswijze het begrip voor het in stand houden van de sociale zekerheid kan aantasten.
Zie ook:
Meer eenheid in bestrijden van bijstandsfraude (04/01/2008)
Grote verschillen bestrijding bijstandsfraude (07/02/2005)
Reacties: 1
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.