Winkelleegstand daalt ondanks corona

Er lopen nog steeds veel minder mensen door de winkelstraten, maar dat is niet terug te zien in de leegstandscijfers. In 2021 daalde de winkelleegstand elke maand, schrijft onderzoeksbureau Locatus in een blog over ‘de paradox van de winkelleegstand in coronatijd’. De grootste binnensteden hebben het echter wel moeilijk.

600 panden minder

‘In absolute aantallen stonden er op 1 augustus 600 panden minder leeg dan op 1 januari 2021’, becijfert Locatus. In het begin van de coronacrisis liep de leegstand heel licht op van 7,4 procent naar 7,5 procent in juli 2020, waarna de leegstand gelijk bleef en begin dit jaar zette de daling in.

Bron: Locatus

Financiële regelingen

Locatus had zelf in september voorspeld dat de leegstand zou stijgen naar 10 procent. Dat gebeurt voorlopig niet en het onderzoeksbureau geeft daar twee redenen voor: de door economen voorspelde recessie lijkt uit te blijven en Locatus had vorig jaar niet verwacht dat corona zo lang zou blijven heersen. De financiële steunmaatregelen van de rijksoverheid houden veel ondernemers nog steeds overeind.

Alsnog

‘Zodra die steun stopt kan elke kleine tegenslag, als een ziek personeelslid of tegenvallende seizoensverkopen voor een ondernemer fataal zijn en zullen alsnog een aantal ondernemers de boeken moeten sluiten. Voor de langere termijn verwachten we dus nog wel enige stijging van de leegstand.’

Grootste binnensteden

Er zijn wel duidelijke verschillen tussen branches en de soorten winkelgebieden. Dagelijkse winkels (zoals supermarkten en slagers) en meubelboulevards doen het bijvoorbeeld goed, en zijn de voornaamste aanjagers van de dalende leegstand, maar de zeventien grootste binnensteden van Nederland hebben het moeilijk. Hier steeg de leegstand sinds begin dit jaar van 7,9 naar 8,3 procent. En de transformatie van winkelpanden naar andere functies (zoals kantoren) is volgens Locatus ‘een minstens zo belangrijke reden voor de teruglopende leegstand’.