Advertentie
ruimte en milieu / Column

Wiebelen met de Herzieningswet

Van schuren en schaven is de Herzieningswet voor woningcorporaties er niet beter op geworden, betoogt columnist Michael de Groot.

19 februari 2015

Misschien kent u het, een stoel wiebelt vanwege ongelijke poten. Iemand legt er iets onder. Tevergeefs. Hij pakt een zaag. Met één poot korter, zijn de andere te lang. Uiteindelijk koopt hij nieuwe poten. Zo werkt het ook vaak met documenten. Soms moet je opnieuw opbouwen en stoppen met bijschaven door er steeds iets bij te schrijven en te deleten.

De Eerste Kamer zal binnenkort de Herzieningswet beoordelen, waarin de spelregels voor woningcorporaties opnieuw zijn vastgelegd. De recente memorie van antwoord beantwoordt de vraag waarom punten uit het regeerakkoord in het al goedgekeurde wetsvoorstel zijn verwerkt met een novelle en niet door volledige herziening. De tijdelijke DAEB-regeling zou anders vervallen. Het lijkt echter moeilijk voorstelbaar dat verlenging of andere oplossingen onmogelijk zijn.

Voor snelle invoering op basis van aanpassingen met een novelle in plaats van een fundamentele herziening, zou voorts de urgentie pleiten vooral gezien het werkdomein en het toezicht. Aspecten die eerder pleiten voor een fundamentele aanpak, zeker nu de politiek discussie voerde naar aanleiding van incidenten. Positieve verworvenheden bleven onderbelicht. Het gaat om besteding van veel maatschappelijk vermogen. Discussiëren over afremming van besteding levert minder op dan spreken over adresseren van maatschappelijk vermogen.

Onleesbaar

Verder zou de Herzieningswet al een stap in de goede richting zijn. Gezien de onleesbaarheid van het huidige resultaat door de ingewikkeldheid (men leze het wetsvoorstel en oordele zelf), evenmin overtuigend. Het wetsvoorstel was vóór indiening in 2011 al aangepast aan het toenmalige regeerakkoord. De Tweede Kamer amendeerde in 2012 intensief. Voordat de Eerste Kamer kon beslissen leidden incidenten tot rapporten, discussies en drie Nota’s van Wijziging.  De Tweede Kamer amendeerde vervolgens 17 maal op het met een novelle aangepaste wetsvoorstel. De stappen gingen dus vele richtingen op.

Neem het werkdomein. Dat ging van alleen de kerntaak in 1993, naar toevoeging van twee prestatievelden, aangevuld met nevenactiviteiten, naar een splitsing in DAEB / niet-DAEB (bij uitstek een financieel onderwerp dat stilzwijgend overging in een discussie over het werkdomein) met behoud van 6 prestatievelden, terug naar de kerntaak met afschaffing van de leefbaarheidstaak, naar nu gedeeltelijk behoud van de leefbaarheidstaak in een stelsel met allerlei uitzonderingen op de hoofdregel.

Toezicht in vele vormen 

Of toezicht. De keuze voor prestatievelden met toezicht op afstand kent – weten wij nu – nadelen. Dat maakte vooral de introductie van leefbaarheid duidelijk. Thematische, geografische én commerciële grenzen in de volkshuisvesting werden opgerekt. Werkdomein en bestedingsrichtingen van het maatschappelijk vermogen werden onbepaald. Een grondwettelijke zorgplicht van de overheid – huisvesting – vereist bij toezicht op afstand dan minstens intensieve monitoring, die echter overwegend uitbleef hoewel Woningwet en BBSH alle middelen bood. De politieke bekeek vooral de verschijningsvormen van de toezichthouder: toezicht op afstand door minister en CFV (het BBSH), een zbo dat financieel én volkshuisvestelijk toeziet (de ministeriële brief van juni 2009), een (enkel) Financiële Autoriteit en de nadruk op intern toezicht (oorspronkelijk wetsvoorstel), volledig ministerieel toezicht (de novelle), naar een orgaan ressorterend onder de minister dat tóch onafhankelijk moet zijn (huidig wetsvoorstel).

De Herzieningswet is door haar wordingsgeschiedenis moeilijk leesbaar. Wij zouden toch lessen moeten hebben getrokken uit een wet met onduidelijk kaders? Maar pregnanter zijn de leemtes. Gemeenten zouden meer regie krijgen. Aanbevelingen van de enquêtecommissie tot volkshuisvestingbeleid en prestatieafspraken te verplichten zijn niet opgevolgd, laat staan dat de Herzieningswet een structuur biedt. Regie zonder draaiboek kennelijk. Het huidige wetsvoorstel biedt ministeriële ondersteuning. Versterking van gemeentelijke regie? Een duidelijke structuur zou gemeenten meer bieden bij regievoering, nu veel – vooral kleinere – gemeenten vaak kennis en mankracht ontberen.

Inwerkingtreding is op 1 juli 2015 voorzien, maar eerst besluit de Eerste Kamer. Ik nodig haar leden uit te gaan zitten op de stoel die Herzieningswet heet. En te ondervinden of die goed zit.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

criticus
Als je een draaikont bent, voel je niet dat de stoel wiebelt.
Advertentie