Rekenkamer kritisch op snelfietspaden
De co-financiering van provinciale snelfietspalen heeft niet tot de gewenste afname van het autogebruik geleid. Dat stelt de Algemene Rekenkamer vandaag. Ook op een andere voorbeeld van duurzame mobiliteit, de infrastructuur van laadpalen, heeft de Rekenkamer kritiek.
De co-financiering van provinciale snelfietspalen heeft niet tot de gewenste afname van het autogebruik geleid. Dat stelt de Algemene Rekenkamer vandaag. Ook op een andere voorbeeld van duurzame mobiliteit, de infrastructuur van laadpalen, heeft de Rekenkamer kritiek.
Snelfietsroutes
Het kabinet startte in 2018 met het co-financieren van snelfietsroutes. Eenmalig werd 26 miljoen euro uitgetrokken om de aanleg te versnellen, op voorwaarde dat de initiatiefnemers, meestal provincies, eenzelfde bedrag inlegden. De doelstelling was dat meer automobilisten door de snellere en veiligere fietsroutes de overstap zouden maken naar de tweewieler. De minister rekende erop dat 1% tot 4% van de automobilisten de auto zou laten staan.
Verdeling
Maar voor de helft van de fietsroutes ligt het overstappercentage onder de 1%, zo blijkt uit het onderzoek van de Rekenkamer. Slechts twee van de zestien onderzochte snelfietsroutes kwamen tot een overstappercentage van 2%. De rest zat tussen de 1% en 2%. Dat komt vooral doordat de minister voor een evenredige verdeling van de financiële middelen heeft gekozen, in plaats van te kiezen voor snelfietsroutes waarbij een hoger percentage ‘overstappers’ te verwachten was. Uit het onderzoek blijkt dat vooral de snelfietsroutes in de Randstad voor een hoger percentage overstappers zorgt.
Gepland
Daarnaast heeft het kabinet, door in te zetten op een snelle aanleg, bijgedragen aan fietspaden die er ook zonder steun van het rijk waarschijnlijk zouden zijn aangelegd. Doordat het ministerie van IenW bij het toekennen van de cofinanciering eiste dat de snelfietspaden in 2021 klaar moesten zijn, hebben provincies vooral projecten voorgedragen die als gepland waren, of waar al bijna met de aanleg was begonnen.
Laadpalen
De Algemene Rekenkamer heeft ook kritiek op een andere maatregel waarmee de mobiliteit moet worden verduurzaamd: de laadpaalinfrastructuur voor elektrische auto’s. De rijksoverheid stimuleert de aanleg van laadpalen en laadpaalstations, maar lijkt maar weinig toezicht te houden.
Meters
Inmiddels zijn er verschillende exploitanten die de laatste jaren veel laadpaalinstallatie hebben gebouwd, maar volgens de Rekenkamer kan een automobilist er niet op vertrouwen dat de hoeveelheid geladen kilowattuur waarvoor wordt betaald ook daadwerkelijk is afgenomen. De meters die dat bepalen, worden namelijk niet periodiek gecontroleerd. Zo is niet duidelijk of de meters wel aan de geldende regels voldoen.
Veiligheid
Daarnaast houdt de rijksoverheid ook geen toezicht op de naleving van de veiligheid van laadstations als die eenmaal zijn geplaatst. Er zijn wel afspraken gemaakt met de exploitanten over het waarborgen van de veiligheid, maar die hebben geen wettelijke verplichting, stelt de Rekenkamer.
Reacties: 4
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Het kabinet heeft in het regeerakkoord aangekondigd het Infrastructuurfonds te willen omvormen tot een Mobiliteitsfonds. Doel hiervan is het bevorderen van een integrale oplossing voor bereikbaarheidsvraagstukken. Dit betekent dat middelen niet langer op voorhand gealloceerd worden naar hoofdwegen, spoorwegen en hoofdvaarwegen. Snelfietspaden leveren ook een structurele bijdrage aan de bereikbaarheid van een regio of agglomeratie. Daarom bevelen we de minister aan om te overwegen om ook snelfietspaden deel te laten uitmaken van de (integrale) oplossing van bereikbaarheidsvraagstukken en hiervoor daadwerkelijk middelen uit het Mobiliteitsfonds beschikbaar te stellen.