Omgevingswet wordt opnieuw uitgesteld
De invoering van de Omgevingswet wordt opnieuw uitgesteld. 1 oktober 2022 en 1 januari 2023 worden genoemd als nieuwe data.
De invoering van de Omgevingswet wordt voor de vijfde keer uitgesteld. Minister De Jonge (Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, CDA) noemt 1 oktober 2022 of 1 januari 2023 als nieuwe data. Dat schrijft de minister vandaag in een brief aan de Eerste en Tweede Kamer. Hij wil dat de dienstverlening aan mensen en bedrijven niet in het geding komt en dat gebiedsontwikkeling niet belemmerd wordt.
Meer tijd
‘De afgelopen weken zijn er verschillende overleggen geweest met medeoverheden en experts over de invoering van de Omgevingswet. Daaruit kwam naar voren dat er meer tijd nodig is om goed te oefenen met de nieuwe systemen. Die tijd wil ik nemen voor een verantwoorde en zorgvuldige invoering,’ aldus De Jonge.
Onzekerheden
Volgens De Jonge functioneert de vergunningverlening goed, maar ‘zien we dat bij de zogeheten planketen, waar gemeenten, provincies en waterschappen met plansoftware nieuwe omgevingsplannen kunnen publiceren, er verschillende onzekerheden zijn.’ De komende weken moet duidelijk worden of de invoeringsdatum 1 oktober 2022 of 1 januari 2023 zal worden.
Onvermijdelijk want de systemen van (sommige) marktpartijen VTH software doen het nog niet. Dus vasthouden aan de invoeringsdatum zou een zelf gecreëerde code zwart zijn voor de vergunningverleners, toezichthouders en handhavers van die ca 30% van alle lagere overheden die de pech hebben volledig afhankelijk te zijn van een softwareleverancier die het niet lukt om te leveren zoals beloofd.
Maar vanaf wat meer afstand toch vooral onbegrijpelijk. De omgevingswet was een poging om het benutten en beschermen van de fysieke leefomgeving nu eens helemaal vanuit de bedoeling en integraal aan te vliegen ipv in hokjes gedacht met regels vanuit de systeemwereld. Nieuwe ICT toepassingen zijn dan helemaal niet nodig, hooguit een extra hulpje bij het faciliteren van de transformatie. Het DSO (Digitaal Stelsel Omgevingswet) is nu helaas verworden van een hulpmiddel voor het nieuwe stelsel tot de kern -en achilleshiel- er van. En dus is het middel nu het nieuwe doel: Als het maar werkt straks.
Dat toont helaas aan dat de omgevingswet zelf een schoolvoorbeeld van de ontsporende systeemwereld is geworden. Door alles aan alles te koppelen en overal systemen bij te willen ontwikkelen is het niet meer behapbaar en raakt de transformatieve bedoeling van de Omgevingswet uit beeld. Veel gemeenten hebben hun ambities al afgeschaald naar: “met zo min mogelijk -maar toch aanzienlijke- extra kosten zo goed en kwaad als dat gaat dezelfde dienstverlening aan burger en politiek kunnen blijven bieden”. En dat is doodzonde.