Niet kiezen is verliezen
Column van Liesbeth van Leijen over illegaal grondgebruik.
“Nee, wij van groenbeheer willen die strook snippergroen helemaal niet terug. Als die ontruimd is, moeten wij het beheren en we kunnen er niet eens bij, joh.”
“Nee, wij van handhaving hebben geen tijd voor ontruiming van grond, want daar voorziet ons beleid niet in.”
“Als jurist die bewoners aanspreken op gebruik van gemeentegrond? Nee, ik moet eerst nog die cursus communicatie volgen. En dat is toch allang verjaard? Veel te ingewikkeld!”
“Dus die mensen gebruiken die gemeentegrond al jaren voor niks? Ach, wat geeft dat nou…”
Al jaren is de rechtspraak zeer streng voor lieden die het ‘wagen’ om een beroep te doen op verjaring. Dat gaat zo maar niet! Opmerkelijk is echter dat die strengheid niet langer alleen degene treft die een beroep doet op verjaring, maar ook de eigenaar, zeker als die eigenaar de overheid is. Het is niet (meer) de bedoeling dat de rechtspraak de kastanjes uit het juridische vuur haalt en voor een eigenaar zijn eigendom veilig stelt. Nee, de eigenaar moet zich bekommeren om zijn eigendom.
Oei, dat is vaak geen goed geoliede machine. Veel overheden weten niet eens waar al hun eigendommen liggen, hebben ooit vage afspraken gemaakt over het gebruik of hebben helemaal nooit iets afgesproken en laten al jaren toe dat derden ‘zo maar’ hun grond voor eigen doeleinden gebruiken. En de administratie is vaak niet op orde.
Op veel gemeentehuizen is de aanpak van illegaal grondgebruik een ondergeschoven kindje: lang niet zo sexy als ruimtelijke ordening, die immers de prestige-projecten doet zoals een nieuw bedrijventerrein of het centrumplan. Bij illegaal grondgebruik vallen weinig linten door te knippen. En dus zit de afdeling grondzaken vaak naast het archief, ergens in een vergeten hoekje van het gemeentehuis. Dáár lijkt de rechtspraak geen genoegen meer mee te nemen.
Niet voor Sinterklaas spelen
Het beheer van onroerende zaken die van belang zijn voor de taakuitoefening moet in beginsel voldoen aan goed publiekrechtelijk en financieel beheer, veilig technisch onderhoud en bescherming van het juridisch eigendom. Deze zijn bij voorkeur in één hand en goed op elkaar afgestemd. En dáár gaat het in de praktijk dus mis. Met name de financiën komen er bekaaid vanaf: gebruik van overheidsgrond door derden is vaak gratis of voor een prikkie. En dat terwijl de jongste wetgeving (zoals de Wet markt en overheid) toch steeds meer verlangt van de overheid dat deze niet langer voor Sinterklaas speelt en zich zakelijker opstelt.
Maar, ook van de betrokken professionals mag worden verwacht dat zij integraal naar de zaken kijken. Voldoende verstand hebben van alle aspecten die bij de materie komen kijken en die tegen elkaar kunnen afwegen. Een mooie overwinning in de rechtszaal (geen verjaring!) is niks waard als je duizenden euro’s aan advocaten kwijt bent en ‘opgescheept’ zit met grond die niet bereikbaar is en/of nauwelijks financiële waarde heeft. Grond koste wat het kost willen behouden omdat je die wellicht ooit nodig hebt (‘voor een wegreconstructie in 2035’), maar wel toestaan dat deze al decennia door anderen gratis wordt gebruikt, valt ook lastig uit te leggen. Brieven blijven schrijven naar burgers in plaats van de telefoon te pakken of even langs te gaan en de zaak uitpraten, is een verspilling van tijd en energie en levert je vaak weer meer Wob-verzoeken en bezwaarschriften op.
Ik kan me er altijd over verbazen: terwijl in de raadszaal verwoede discussies spelen over verhoging van het toegangskaartje van het zwembad met € 0,50 en de hoogte van de onroerende zaakbelasting, lekken 50 meter verderop in het gemeentehuis miljoenen weg als gevolg van slecht financieel of juridisch beheer. Een collega van mij verzuchtte jaren geleden al: "Het mag wat kosten".
Op 17 en 18 maart vindt het landelijk congres illegaal grondgebruik plaats.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.