Een slecht kader maakt meer kapot dan je lief is
Gemeenteraden willen graag de lokale democratie vernieuwen en de samenleving ruimte bieden om eigen verantwoordelijkheid te nemen. De raad moet daarvoor kaders stellen, maar oh, wat is dat moeilijk, betoogt columnist Dick van Ginkel.
Gemeenteraden willen graag de lokale democratie vernieuwen en de samenleving ruimte bieden om eigen verantwoordelijkheid te nemen. Ze willen oplossingen niet van bovenaf bepalen maar in samenspraak met of nog liever op initiatief van inwoners vinden. Een belangrijke rol van de gemeenteraad daarbij is dit alles mogelijk te maken door het stellen van kaders, maar oh, wat is dat moeilijk.
In mijn werk als organisatieadviseur begeleid ik regelmatig bestuurders bij organisatieveranderingen, bijvoorbeeld bij het vergroten van zelfsturing en eigen verantwoordelijkheid van medewerkers in hun organisatie. Eén vraag die ik in een vroeg stadium graag aan de bestuurders stel is “wat wil je dat medewerkers gaan bereiken en wat mogen ze daarbij niet veranderen?”.
Als de bestuurders dan met meer dan twee tot drie voorwaarden komen, moet er allereerst maar eens een goed gesprek met hen komen over de vraag of ze wel echt verandering willen. Immers, hoe meer voorwaarden vooraf worden gesteld, hoe minder ruimte voor creativiteit. En nog erger wordt het als de voorwaarden vooraf onhelder of multi-interpretabel zijn, en medewerkers de in hun ogen goede ideeën achteraf op onduidelijke redenen afgewezen zien.
Met gemeenteraden is iets vergelijkbaars aan de hand. In Zeist hebben we het voorbeeld gehad van een binnenstedelijke locatieontwikkeling, met veel discussie over het mogelijk aantal woningen. Door de gemeenteraad werden de kaders voor het aantal woningen geformuleerd als “richtinggevend 200”. De wijk heeft het proces met grote inzet en betrokkenheid uitgevoerd en kwam tot een breed gedragen plan met daarin qua aantal woningen 60. U voelt het al aan, het project leidde achteraf tot heftige discussies in de raad en is niet doorgegaan.
Teveel kaders met als gevolg onvoldoende beweegruimte voor de samenleving, of nog erger onduidelijke kaders die ertoe leiden dat achteraf alsnog heisa ontstaat, hebben een desastreus effect. Niet alleen één project gaat niet door, het langetermijneffect is dat de het vertrouwen in de politiek verdwijnt. En we weten “vertrouwen komt te voet en gaat te paard”.
Zeist is niet stil gaan zitten. Er is geleerd en het laatste jaar is geëxperimenteerd met een nieuwe benadering voor het stellen van kaders. In drie gevallen is recent gewerkt met een werkvorm die “sleutelbijeenkomst” is gaan heten. Op één avond buigen raadsleden en wethouders zich gezamenlijk over het dossier. Ambtelijk zijn vooraf alle feiten/data verzameld waardoor iedereen een gelijk informatieniveau heeft. Ambtenaren zijn aanwezig als vraagbaak en dragen ook zorg voor vastlegging. De deelnemers gaan met elkaar in dialoog en formuleren de essentiële vragen die aan de samenleving gesteld gaan worden, en de condities die de raad belangrijk vindt met de uitspraak van Goethe in gedachten: “In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister”. Daarbij is het streven die condities zodanig te formuleren dat het duidelijk is dat als de voorstellen van de samenleving aan deze condities voldoen, zij kunnen rekenen op een bekrachtiging ervan later door de raad.
Op deze wijze zijn inmiddels ervaringen opgedaan met de voorbereiding van een interactief Woonvisietraject, een vraag aan de samenleving om plannen te maken voor de toekomstige exploitatie van ‘Het Slot Zeist’, en een oproep aan de samenleving om te komen met initiatieven voor vernieuwing van de lokale democratie later dit jaar (“Z-Battle”).
Ik ben er van overtuigd dat een gemeenteraad die zorgvuldig omgaat met kaderstelling, zich daarin weet te beperken en vooraf duidelijkheid geeft aan de samenleving, kan rekenen op groeiend vertrouwen in de politiek en het bestuur. En dat is hard nodig!
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.