Een uitnodigende omgevingsvisie, hoe maak je die?
Column Peter van de Laak: Een uitnodigende omgevingsvisie, hoe maak je die?
Door de visie vooral niet zelf te willen schrijven! Draai het om. Nodig maatschappelijke en professionele partijen uit om zelf met een verbeeldende visie te komen. Wellicht door een prijsvraag uit te schrijven. Als loslaten en faciliteren de nieuwe rol is van de overheid, dan kan je daar maar meteen mee beginnen.
Dat is één van de zaken die ik meenam van de bijeenkomst van Platform31 in de excursiereeks ‘Nu al eenvoudig beter’. Organiseer het debat met verrassende vergezichten die uitnodigen en verleiden. Zorg voor een meeslepend en schurend verhaal dat uitdaagt, aldus Frans Soeterbroek, één van de sprekers die middag. De controle loslaten is nog niet zo eenvoudig, wanneer er de overtuiging is dat de overheid moet sturen en kaders stellen.
Sturen doe je met een visie en de kaders staan in de verordening. Gelderland heeft ervoor gekozen het proces van de omgevingsvisie gelijk op te laten lopen met de nieuwe omgevingsverordening. Niet eerst een visie vaststellen en op een later moment de verordening. Als je uitgaat van loslaten, moet je beginnen met het tegen het licht houden van de bestaande verordening(en). Welke regels durf je te schrappen, omdat die onnodig zijn of belemmerend werken? Met die vraag kom je wellicht bij de essentie: wat vind je als provincie echt belangrijk? En durf dan ook de vraag te stellen naar de maakbaarheid: tot hoever reikt het sturend vermogen van de provincie om bepaalde doelen te realiseren? Dat zijn vragen waar de Staten bij de start van het proces zich over kunnen uitspreken. Een dergelijke aanpak past goed in een zorgvuldige communicatie, waarin het draait om duidelijkheid en het managen van verwachtingen naar betrokken partijen.
Een omgevingsvisie is vaak erg abstract om het gesprek te arrangeren met burgers, ondernemers en belanghebbende partijen. Dat geldt zeker voor een provinciale omgevingsvisie, omdat die niet gaat over de achtertuin en de straat waarin je woont. Is de provinciale omgevingsvisie dan wel bedoeld voor de burger, was één van de goede vragen deze middag. Of juist voor gemeenten, waterschappen en natuur- en landbouworganisaties? De provincie Gelderland is met zes regio’s in gesprek gegaan om de opgaven concreet te krijgen. Dat is niet helemaal gelukt, want de doelen laten nog veel ruimte voor interpretatie. Een dilemma: hoe SMART moeten/mogen de doelstellingen en kwaliteiten zijn waarop je wilt sturen, als verleiden is wat je beoogt? En met heel veel doelen voor het omgevingsbeleid – iedereen een plekje geven onder de zon - is het weer lastig sturen.
De provincie Limburg laat de regio’s Noord, Midden en Zuid zelf hun visie maken. Partijen in de regio maken onderling afspraken over de spelregels. In de ene regio is er voldoende vertrouwen en is gekozen voor een convenant. In een andere regio gaan de partijen de afspraken schriftelijk vastleggen in een verordening. De provincie faciliteert dat proces op afstand of meer intensief al naar de behoefte van de regio. Een mooi voorbeeld van loslaten dat wellicht doet volgen. Dat roept tevens de vraag op: is het wel nodig om te streven naar één integrale omgevingsvisie? Meerdere provincie dekkende omgevingsvisies kan ook en erkent regionale verschillen. Dat komt tegemoet aan de behoefte aan flexibiliteit en (gebiedsgericht) maatwerk.
Een uitnodigende omgevingsvisie maken is heel anders werken dan je gewend bent. Dat kan het vertrekpunt zijn, maar je valt ook gemakkelijk terug in bekende patronen, is de ervaring in Gelderland. Het blijft mensenwerk. Je moet elkaars taal leren snappen en vertrouwde werkwijzen loslaten. Daar is tijd voor nodig.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.