Succesfactoren op de route naar circulaire economie
Hoe vergaat het nieuwe initiatieven op het gebied van circulaire economie?
Circulaire economie is ‘hot’, maar zienswijzen over hoe we daar moeten komen lopen uiteen. Hoe vergaat het nieuwe initiatieven op het gebied van circulaire economie? Waar lopen deze initiatieven tegenaan? Waar liggen de uitdagingen? En wat zijn kritische succesfactoren waardoor dergelijke initiatieven slagen? Een rondje langs de velden.
Sociale, beleidsmatige en juridische adaptatie
De afgelopen jaren hebben veel nieuwe technieken hun intrede gedaan in de markt voor grondstofrecycling. Zo wordt er in Nederland inmiddels op grote schaal vergisting toegepast en hebben we verschillende kunststofsorteerinstallaties om ons pmd te sorteren, die in capaciteit steeds verder worden uitgebreid. Tegelijkertijd is er nog veel onontgonnen terrein om uiteindelijk al het afval te recyclen en op te werken naar grondstoffen. Waste-2-chemicals is zo’n initiatief dat het gat tussen nascheiding en thermische recycling beoogt te vullen.
Het grootschalige project in de Rotterdamse haven kent uitdagingen op verschillende gebieden. Niet de technologische innovatie, maar de innovatie en adaptatie op het gebied van beleid en regelgeving is één van de grootste uitdagingen geweest, vertelt Henk Vooijs, vanuit Innovation Quarter betrokken bij het project. “Het idee dat chemische recycling een volwaardige vorm van recycling is, heeft moeten landen bij overheid en andere partners. Als het gaat om duurzaamheid wordt er snel gedacht aan energie of materiaalhergebruik. Niet aan recycling van kunststoffen tot nieuwe chemische producten.”
Dit heeft gevolgen voor regelgeving en vergoedingen vanuit de overheid. “Om te verduurzamen en technologische innovatie zoals chemische recycling toe te passen, moesten de kaders in beleid en regelgeving verbreed worden. Dit is bijvoorbeeld gelukt met de toevoeging van chemische recycling als vorm van recycling in LAP3.” Kortom: technologische innovatie vergt ook sociale, beleidsmatige en juridische adaptatie.
Bestuurlijk leiderschap
Op het gebied van nascheiding en sortering van kunststof is momenteel al veel mogelijk. De nascheidingsinstallaties schieten als paddenstoelen uit de grond. Zo ook in Alkmaar bij HVC. Hoe loopt zo’n proces nu en waarom lukt het daar? We spreken met Stefan de Beer, business ontwikkelaar bij HVC. HVC heeft sinds medio 2017 haar nascheidingsinstallatie in gebruik, maar voordat de installatie goed en wel staat heeft HVC een uitgebreid en zorgvuldig proces doorlopen om te komen tot de bouw van een nieuwe installatie. “Voor HVC begon het bij de uitdaging om de hoeveelheid restafval te reduceren en zoveel mogelijk waardevolle grondstoffen te recyclen uit het restafval. Vanuit dit vertrekpunt hebben de aandeelhouders HVC gevraagd om de mogelijkheden voor een nascheidingsinstallatie te verkennen als extra aanvulling op de bronscheidingsactiviteiten.”
HVC positioneert nascheiding nadrukkelijk als aanvulling wanneer bronscheiding niet of beperkt mogelijk is (zoals bij hoogbouw). Deze duidelijke positionering zorgde ervoor dat de verwachtingen van alle interne en externe stakeholders op elkaar waren afgestemd, er is hier duidelijk sprake van een gedeelde ambitie en doelstelling. Vanuit dit perspectief heeft HVC haar business case opgesteld. De gedegen business case speelde een cruciale rol in het overtuigen van stakeholders. Zo kan nascheiding zonder extra kosten (ten opzichte van verbranden) worden aangeboden aan de aandeelhoudende gemeenten. Uiteindelijk resulteerde dit in de beslissing van het HVC bestuur om de plannen voort te zetten en installatie te realiseren.
Samenwerken
Samenwerken in de route naar een circulaire economie is essentieel. Dit zien we terugkomen op bedrijventerreinen, waar veel potentieel is voor (lokale) circulaire economie. Door de korte afstand kunnen – in theorie – reststromen van het ene bedrijf worden ingezet voor de andere bedrijven op het terrein. Probleem is dat bedrijven niet van elkaar weten welke reststromen (afval, warmte, restproducten uit productieprocessen e.d.) ze produceren en hoe deze efficiënt kunnen worden afgevangen en ingezet.
Het bedrijventerrein IPKW in Arnhem is ook van plan om lokaal uitwisseling van grondstoffen te faciliteren. Daarbij geldt het credo ‘afval van de een is grondstof voor de ander’. Ook hier is het de uitdaging om de verschillende stromen inzichtelijk te krijgen. Het gebrek aan gegevens over reststromen zorgt echter ook weer voor onzekerheid: zijn er wel kansen? Welke bedrijven kunnen meedoen? Zijn er voldoende reststromen? Door deze onzekerheden is er weer een gebrek aan draagvlak om te investeren in een verkenning naar reststromen. Zo blijft het project vastzitten in een vicieuze cirkel.
Rob Westerdijk (Hogeschool van Arnhem en Nijmegen) herkent het probleem. “Om bedrijven te helpen met het maken van strategische beslissingen hebben Teun van Aken, Roel Riepma en ik de ‘OK-methode’ ontwikkeld. Met deze methode maken we voor verschillende stakeholders binnen en buiten het bedrijf inzichtelijk welke waardevolle stromen aanwezig zijn en waar er op verbeterd kan worden.” De methode is gebaseerd op het zes-waarden model, dat scores op financiële, natuurlijke, materiële, menselijke, sociaal-relationele en intellectuele aspecten inzichtelijk maakt.
Momenteel is Rob deze denkwijze verder aan het ontwikkelen met de HAN: “Wij zijn deze manier van ‘integrated thinking’ in kaart aan het brengen voor bedrijven terreinen in Nederland. We zien dat eigenaarschap het belangrijkste is. Daarom maken we teams waarin de verschillende bedrijven vertegenwoordigd zijn. Zo wordt samenwerking gefaciliteerd en kunnen er gezamenlijk strategische beslissingen genomen worden”.
Succesfactoren
Veel organisaties zijn bezig met het maken van stappen in de circulaire economie. Als gemene deler in deze initiatieven zien we dat er een vijftal succesfactoren zijn die bijdragen aan het succes en de slagingskans van het proces en de uitkomst, en daarmee bijdragen aan de circulaire economie:
- Zorg dat de projectambities en -doelstellingen scherp zijn. Op deze manier werkt iedereen samen aan hetzelfde doel en zorgt dit voor breed draagvlak, dit vergroot de slagingskans.
- Houd alle (interne en externe) stakeholders vanaf het eerste moment en gedurende het proces nauw betrokken. Belangrijke kennisdragers zoals een goed onderbouwde business case en een planning zijn hiervoor essentieel.
- Zet kennis, kunde en ervaring die intern in de organisatie aanwezig is intensief in om tot een goed doordacht plan te komen. Ontbreekt kennis? Trek deze dan buiten de organisatie aan door strategische samenwerkingen aan te gaan met andere partijen.
- Een goede voorbereiding draagt bij aan het soepel doorlopen van bijvoorbeeld een vergunningstraject of het verkrijgen van financiering. Dit verkleint de kans op vertragingen.
- Realiseer dat voor implementatie van innovatieve technologieën sociale, beleidsmatige en juridische adaptatie nodig is. Probeer hierop voor te sorteren door partijen te informeren en te betrekken.
Bovenstaand artikel is gepubliceerd in GRAM Magazine #7 van de NVRD (september 2018).
Heb je nog een andere vraag? Stel ‘m aan ons: Roel Bottema, MSc, Adviseur en onderzoeker / Niels Ahsmann, Adviseur
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.