Keijzer versoepelt financieel toezicht woningcorporaties
Straks zijn nog 25 corporaties een Organisaties van Openbaar Belang.
Twee jaar nadat in 2012 de financiële schandalen bij woningcorporaties als Vestia en Rochdale naar buiten waren gekomen, adviseerde de daarna opgerichte parlementaire onderzoekscommissie: geef woningcorporaties de status van Organisaties van Openbaar Belang (OOB). Daarmee kwamen de woningcorporaties onder een vergelijk financieel toezicht als banken, verzekeraars en beursgenoteerde ondernemingen. Nu tien jaar later besluit minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting om 124 extra woningcorporaties onder dit regime vandaan te halen. Nog 25 van de 274 woningcorporaties blijven gelden als OOB's.
Niet zozeer omstreden
Omstreden is deze stap, die Keijzer woensdag in een Kamerbrief aankondigt, niet zozeer. Corporatiekoepel Aedes en de Vereniging van Toezichthouders in Woningcorporaties (VTW) hadden eerder zelf onderzoek laten doen naar de meerwaarde van de OOB-status: die zou gering zijn in het licht van alle andere voorwaarden waaraan woningcorporaties al moeten voldoen sinds de nieuwe Woningwet van 2015. Zo is er een Autoriteit Woningbouwcorporaties (AW) opgericht, zijn maatschappelijke en commerciële activiteiten sterker gescheiden, en kregen zowel gemeenten als huurdersorganisaties meer zeggenschap over de corporaties. Daar komt volgens Aedes bij dat het verscherpte toezicht extra accountantsbetalingen met zich brengt, een extra beroep doet op menskracht en slechts zes accountskantoren OOB-jaarrekeningen mogen keuren.
Aedes
De OOB-status, die overigens pas zes jaar na het rapport van de parlementaire commissie werd ingevoerd, dus in 2020, geldt voor woningcorporaties met minstens 5000 verhuureenheden. Dat zijn er 149. Aedes en VTW willen een ophoging naar 35.000 verhuureenheden. Keijzers voorganger Hugo de Jonge opteerde voor 10.000 eenheden. Keijzer zelf besluit nu tot een ophoging naar 20.000, waardoor er 25 woningcorporaties een OOB blijven. Overigens is de Autoriteit Woningbouwcorporaties wel voorstander van een lagere OOB-status, maar was ze vanwege de onrust bereid tot een andere ondergrens.
Leen Pape
Keijzer baseert zich nu met name op een advies van Leen Pape, emeritus hoogleraar Corporate Governance en eigenaar van LePa Advies. Hij adviseert de grens eerst naar 10.000 verhuureenheden op te hogen, met de belofte na drie jaar te evalueren. Bij een verhoging na 20.000 kunnen extra voorwaarden worden gesteld aan de betreffende corporaties. Pape sprak onder meer de Autoriteit Financiële Markten (AFM), die stelt dat een objectief aan te wijzen grens in dit geval niet bestaat en de uiteindelijk keuze ten dele politiek is.
Keijzer schrijft nu: ‘Naar aanleiding van het onderzoek heb ik besloten om grens voor de OOB-status van woningcorporaties te verhogen tot 20.000 gewogen verhuureenheden. Hoewel ik eerder een verhoging naar 10.000 vhe heb toegezegd, blijkt uit het onderzoek deze verdere verhoging naar verwachting niet tot grotere risico’s leidt. Met deze extra stap beoog ik de regeldruk voor een grotere groep woningcorporaties te beperken. Na verhoging van de grens blijven op basis van de huidige gegevens 25 woningcorporaties over met de OOB-status.’
Een disclaimer
De auteur zelf van het onderzoek, Leen Pape, formuleert voorzichtiger. Exemplarisch is zijn eigen disclaimer: ‘Volledigheidshalve wordt gemeld dat dit onderzoek ook geen wetenschappelijk onderzoek is geweest en dat daarom conclusies zijn gebaseerd op meer subjectieve en kwalitatieve analyses en afwegingen, gebaseerd op de gevoerde gesprekken en (...) documentatie (...).’
Relativering
Tegelijkertijd hoorde ook Paape, tijdens de gesprekken die hij voerde, veel relativering van het belang. ‘WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw, red) hecht beperkte waarde aan die OOB-status, voor accountants maakt het geen verschil in de wijze waarop ze hun controlewerkzaamheden uitvoeren of er nu wel of een sprake is van een OOB-regime, de financiers bij monde van de NWB Bank (Nederlandse Waterschapsban, red) hechten er niet aan. Accountants denken er soms genuanceerd over, maar ook bij hen is de overwegende conclusie dat die meerwaarde beperkt is (...) De AFM laat het over aan de politiek om een keuze te maken. Aedes en VTW willen er graag helemaal vanaf.’
De aanpassing in de OOB-statussen zal gaan via het Besluit toezicht accountantsorganisaties (Bta) een onderdeel van de Wijzigingswet accountancysector. Die moet gelden vanaf 2026.
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.