In het rood, of in het groen
'Het gemeentelijke beleid in de ruimtelijke ordening raakt de uitvoering van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Ten eerste door voldoende woningen te bouwen die toegankelijk zijn voor zorgbehoevende burgers, zodat minder intramurale AWBZ-zorg, dat wil zeggen zorg in AWBZ-instellingen, nodig is. Ten tweede kan de doelmatigheid van de intramurale AWBZ-instellingen omhoog door hun de ruimte te geven hun bouwplannen zo veel mogelijk aan de zorgverlening aan te passen.'
Dit schrijft de commissie-Lazeroms, die moest bekijken hoe de langdurige zorg twintig procent goedkoper kan. De gemeenten kunnen dus op twee manieren bijdragen om de AWBZ goedkoper te maken. De commissie heeft natuurlijk helemaal gelijk. Stom eigenlijk dat de andere negentien commissies deze voor de hand liggende mogelijkheid over het hoofd hebben gezien!
Als we een beetje willen inleveren van ons groen, van onze leefbaarheid, van onze wensen bij de ruimtelijke ordening en van onze milieuwensen, als we een wat grotere schaal accepteren van allerlei gebouwen en voorzieningen, dan kunnen we miljarden besparen op de bouw van nieuwe woningen, op de aanleg van wegen, op de kosten van belastingkantoren, gevangenissen, opvangcentra voor verslaafden, enzovoort.
Eigenlijk heeft Nederland helemaal geen financieel probleem, en de meeste gemeenten al helemaal niet. We hebben een ruimtelijkeordeningswens. Er ligt enorm veel groen, in de bebouwde kom en daarbuiten, in de Randstad en daarbuiten. Als bouwgrond zou dat miljarden waard zijn. Maar we willen dat bewaren, koste wat het kost. Als we daar wat randjes van zouden afknabbelen, dan gaat dat nauwelijks ten koste van ons groen, onze leefbaarheid of ons milieu. Heel verleidelijk...
Toch durft niemand daarvoor te pleiten - op de commissie-Lazeroms na. Blijkbaar zijn ruimtelijke ordening, groen en milieu onaantastbaar, en speelt geld geen enkele rol bij het bewaren daarvan. We vinden het blijkbaar normaal dat een AWBZ-instelling niet kan uitbreiden, en dus inefficiënt moet werken, omdat uitbreiding strijdig zou zijn met het bestemmingsplan. We vinden het blijkbaar normaal dat tuinen, parkjes en trapveldjes tot in de eeuwigheid tuin, parkje en trapveld blijven.
Niemand die ooit kijkt of de aanwezige lege plekken wel voldoende worden gebruikt om af te zien van de miljoenen die ze kunnen opleveren. Niemand die bijvoorbeeld ooit bekijkt of het trapveldje nog nodig is als een sportveld in de buurt opengesteld wordt.
We vinden het in Nederland bovendien blijkbaar volstrekt normaal dat mensen moeten verhuizen, en vele tienduizenden euro’s kosten daarbij maken, omdat het bestemmingsplan niet toestaat dat hun huidige woning wordt uitgebreid. Alle beleid moet om de vier jaar geëvalueerd worden, behalve de uitwerking van het ruimtelijkeordeningsbeleid?
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.