Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

Grenzen aan flexibiliteit

De gemeenteraad van Almere mag niet ‘incidenteel’ een grotere bouwhoogte toestaan met het oog op flexibiliteit. Dat begrip is te onbegrensd.

13 november 2009

Langs de spoorlijn van Almere Centrum naar Almere Buiten Oost wil de gemeenteraad van Almere hoogwaardige stedelijke bebouwing. Om langs de lijn tussen het Meridiaanpark en de Buitenring Oost de bouw van bijvoorbeeld een ‘landmark’ mogelijk te maken, past de gemeenteraad in april 2008 het concept-bestemmingsplan aan.

 

Het college van B en W krijgt de bevoegdheid met een vrijstelling ‘incidenteel’ een bouwhoogte toe te staan van maximaal 60 meter in plaats van 40 meter. Voorwaarde is wel dat deze uitzonderingen ‘uit het oogpunt van bezonning en/of windhinder’ geen onevenredige benadeling tot gevolg hebben voor aangrenzende percelen.

 

De gemeenteraad definieert bewust niet wat ‘incidenteel’ precies inhoudt. Daarmee behoudt de raad ruimte om het begrip flexibel in te vullen. Bovendien blijft het op deze manier mogelijk eventueel op meerdere locaties 60 meter hoge bouwwerken neer te zetten.

 

In het noordoosten van Almere Buiten liggen aan weerszijden van de beoogde bouwstrook twee laagbouwwijken: de Sieraden- en de Stripheldenbuurt. Ongeveer 500 bewoners zetten hun handtekening tegen de vrijstellingsmogelijkheid. Wanneer Gedeputeerde Staten van Flevoland de wijziging van het bestemmingsplan goedkeuren, stappen veertien wijkbewoners naar de Raad van State. Want ook al zou de toren op minstens 110 meter afstand komen - zo’n hoog gebouw vormt een inbreuk op ons uitzicht en privacy, zeggen zij.

 

Bij de Raad van State voeren de bewoners onder meer aan dat de incidentele vrijstellingsbevoegdheid veel te vaag is. ‘Het is niet duidelijk hoeveel torens er komen en ook niet waar deze komen,’ zegt advocate Ingrid Maste, die namens de bewoners optreedt en zelf in de Sieradenbuurt woont.

 

Dat vindt de Raad van State ook. Tijdens de procedure is gebleken dat de gemeenteraad het begrip incidenteel anders uitlegt dan Gedeputeerde Staten. Alleen al daarom ontbreekt volgens de Raad een duidelijk antwoord op de vraag hoeveel gebouwen van 60 meter hoogte incidenteel kunnen worden gebouwd. Daardoor is het bestreden planonderdeel onvoldoende objectief begrensd en in strijd met de rechtszekerheid.

 

Het college van B en W heeft toegezegd eerst de gemeenteraad te raadplegen alvorens een vrijstelling te verlenen, terwijl de gemeenteraad het begrip incidenteel eng zal uitleggen. Maar deze toezegging stemt de hoogste bestuursrechter niet milder. Want het is desondanks onvoldoende zeker dat de vrijstelling voor slechts één gebouw zal worden verleend.

 

De gemeente is tevreden met de uitspraak omdat alle lopende projecten kunnen doorgaan. Woordvoerster Kim van der Velden: ‘Als een meerderheid van de gemeenteraad straks tegen een gebouw van 60 meter hoogte is, gaat dat plan niet door.’

 

Vindplaats: LJN BK1365

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie