Spel levert waardevolle info voor gemeente op

Gratis onderzoek naar wat er goed is in de stad en juist niet. In de stad Groningen lijken ze het voor elkaar te hebben. Door het populaire spel ‘geocaching’ in te zetten, wordt de mening van inwoners en toeristen over specifieke plekken in de stad op een bordje aan het gemeentebestuur gepresenteerd. 

Interessante data
Gemeenten willen graag weten waar de zogenoemde ‘hot- en coldspots’ zijn en wat burgers daarvan vinden. De Groningen Talent Group heeft het spel geocaching met deze informatiebehoefte gecombineerd. ‘We kwamen erachter dat wanneer je bij het geocaching in de stad specifieke vragen stelt, dit een bron van interessante data oplevert,’ zegt  Nicole Dijk, bestuurslid van de Groningen Talent Group.
 
Speurtocht

Geocaching is het volwassen equivalent van een speurtocht. Met een GPS-apparaatje in de hand worden deelnemers door een gebied geloodst om uiteindelijk een schat te vinden. Deze ‘sport’ is wereldwijd populair, miljoenen speurders doen dit als hobby. Velen brengen op deze manier zelfs hun vakantie door. Onderweg valt er natuurlijk veel te zien, en daar kun je iets mee doen, bedacht de Groninger denktank Groningen Talent Group.

Jonge professionals
Deze denktank bestaat uit tientallen jonge professionals onder meer afkomstig van de Rijksuniversiteit Groningen het ziekenhuis UMCG, kunstenaars en verschillende bedrijven. De groep heeft als doel vraagstukken met innovatieve ideeën op te lossen. De gemeente Groningen vergoedt de onkosten van de denktank.

Frisse blik
De gemeente heeft enthousiast gereageerd op het initiatief en heeft al beloofd iets aan de coldspots te doen. ‘Coldspots kunnen bijvoorbeeld lelijke plekken zijn. Maar ook gevaarlijke, als het om verkeerssituaties gaat bijvoorbeeld,’ zegt Nicole Dijk. ‘En dat is prettig als het om je eigen inwoners gaat, maar ook heel nuttig als buitenstaanders er met een frisse blik tegenaan kijken. We verzamelen overigens niet alleen de mening over onze geselecteerde locaties maar moedigen ook eigen initiatief aan. Zelf ontdekte ‘spots’ horen wij ook erg graag.’