Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Een min voor stadsregio's

Nu overal hardop wordt gefantaseerd over een kleinere overheid, verschijnt er een wonderlijk enthousiaste evaluatie van de stadsregio’s.

17 september 2010

Het rapport Plussen en Minnen, Evaluatie van de Wgr-plus heeft als uitkomst dat de Wgr-plusregio’s prima functioneren: alle taken en verplichtingen van deze acht regionale samenwerkingsverbanden zijn gerealiseerd; ze zorgen voor een regionale dynamiek en overbruggen tegenstellingen tussen gemeenten. En afgezien van de provincies en een enkele kleinere gemeente, zijn alle betrokkenen in het algemeen tevreden.

 

Een kritische kijk op het onderzoek toont een ander beeld. De onderzoekers geven aan dat ze het democratische gehalte en de effectiviteit van de bestuurlijke organisatie buiten beschouwing hebben gelaten. Dezelfde lijn zien we bij de keuze voor de gesprekspartners: dat waren ambtenaren, bestuurders, volksvertegenwoordigers en koepelorganisaties.

 

Maatschappelijke organisaties, burgers en bedrijven is niets gevraagd. Ook bij het beoordelen van de resultaten tellen de al dan niet bereikte maatschappelijke effecten maar zeer beperkt mee. Twee grote bezwaren die aan de Wgr-plusregio’s kleven, blijven buiten beschouwing. Ten eerste zijn de bestuurlijke drukte en de crisis in het middenbestuur er niet mee opgelost, maar juist verergerd. Ten tweede is er een bestuurslaag gecreëerd zonder directe democratische controle.

 

De stadsregio’s zijn opgericht omdat men van mening was dat de vraagstukken rond de grotere steden in regionale samenhang moesten worden bekeken en door centrumgemeente(n) en de omliggende gemeenten gezamenlijk moesten worden opgelost. De Wgr-plus was een bestuurlijke bypass in afwachting van een betere oplossing voor het middenbestuur.

 

Er wordt zelden of nooit iets afgeschaft in Nederland. Als zelfs tijdelijk bedoelde hulpconstructies het eeuwige leven hebben, hoe kunnen we dan ooit nog serieus praten over een kleinere, transparante, slagvaardige overheid? De relatieve buitenstaander kan zich niet aan de indruk onttrekken dat we even niet hebben opgelet en nu zitten opgescheept met weer een extra bestuurslaag die zichzelf stevig heeft gepositioneerd.

 

In de discussie over de stadsregio’s is de democratische legitimatie vanaf het begin een issue. Er zijn geen verkiezingen voor stadsregio’s. De vertegenwoordigers in de regiobesturen worden aangewezen door de gemeenteraden. Voor kiezers, maar vaak ook raadsleden, blijft de Wgr-plus een abstractie, waarvan zij geen idee hebben wat die doet, hoe zij invloed kunnen uitoefenen of wie zij ter verantwoording kunnen roepen. Dat is zeer dubieus gezien het belang van de keuzes die de stadsregio’s maken.

 

Uit dit onderzoek rijst het beeld op dat overheidsbeleid niet de uitkomst is van openbare afweging van belangen, maar van het onderhandelingsspel tussen gemeenten, en dat democratische verantwoording plaatsvindt als bestuurders daar toevallig voor open staan. Dit onderzoek laat bovendien zien dat institutionele en niet-maatschappelijke belangen de dienst uitmaken, en dat waar partijen autonomie en macht moeten inleveren, de Wgrplusregeling als ‘geldmachine’ de pijn verzacht.

 

We hebben de afgelopen anderhalf jaar drie keer gestemd, en in maart mogen we wéér, voor de provincie. En nu blijkt dat besluiten worden genomen door een bestuur waar de gemiddelde burger nooit van gehoord heeft. Verbetering van het middenbestuur is dringend nodig. Dit kan alleen door opschoning en bijvoorbeeld afschaffing van de provincies. Er kan van alles worden afgeschaft, maar nu juist niet de directe democratische controle.

 

Josine Meurs (voorzitter commissie verkiezingsprogramma D66 Zuid-Holland) en Gerard Schouw (D66-Tweede Kamerlid)

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Jacqueline Chamalaun / griffier gemeente Kapelle
Onder de titel ‘een min voor de stadsregio’s’ stond in Binnenlands Bestuur een reactie op het door ons, in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken opgestelde evaluatierapport over de Wgr-plusregio’s. Tenminste, we moesten de reactie drie keer herlezen om er zeker van te zijn dat ze echt ons rapport Plussen en Minnen werd bedoeld. Want de auteurs van deze reactie, Josine Meurs en Gerard Schouw, menen te moeten

constateren dat in ons rapport het democratisch gehalte en democratische controle van de Wgrplusregio’s, de effectiviteit van de organisatie, de bestuurlijke drukte en de maatschappelijke effecten niet aan de orde komen. Wel, aan het democratisch gehalte en de controle is heel hoofdstuk 3 gewijd, de effectiviteit van de organisatie komt in hoofdstuk 2 aan de orde, de bestuurlijke drukte is in het hele rapport een terugkerend thema, en wordt aan het einde van hoofdstuk 4 expliciet geadresseerd. Tevens wordt uitgebreid ingegaan op de maatschappelijke effecten.

Meurs en Schouw verdienen wat ons betreft in ieder geval een plus voor selectief lezen. Nu kan het zijn dat de boodschap van het rapport Meurs en Schouw, die zich nadrukkelijk profileren als politici, niet echt goed uitkomt. Het waarderen van onze bevindingen, daarin is iedereen vrij. Maar voer dan daarover de discussie, in plaats van de evaluatie te gebruiken als aanleiding om het partijstandpunt over bestuurlijke vernieuwing onder de aandacht te brengen (en daarmee en passant de boodschapper van de bevindingen zwart te maken).
Advertentie