Advertentie
ruimte en milieu / Achtergrond

Budget van gemeente naar dorp

Waar de overheid terugtreedt, stappen bewoners naar voren om te doen wat zij nodig achten in hun wijk. Een serie over burgerinitiatieven. De week: Groenbeheer in Oldebroek.

01 juli 2016
kruiwagen-groenbeheer.jpg

Voor wat hoort wat. Twee dorpen in Oldebroek beschikken over hun eigen portie van het lokale budget voor groenbeheer. Met wat overschiet, verfraaien ze hun dorp. Een geslaagde deal. Tot nu toe. Het eerste deel van een serie over burgerinitiatieven.

Dan doen we het zelf wel!
Waar de overheid terugtreedt, stappen bewoners naar voren om te doen wat zij nodig achten in hun wijk. Een serie over burgerinitiatieven. De week: Groenbeheer in Oldebroek.

Opschietend onkruid, gras dat tussen stoeptegels door kiert, overhangende takken. Bekend beeld in veel gemeenten, na bezuinigingen op groenbeheer en onderhoud van de openbare ruimte. Iets wat ook burgers niet ontging; een derde gaf in een enquête in opdracht van Binnenlands Bestuur (I&O Research) aan dat groen in hun gemeente erop achteruit ging. Slechts een klein deel van de burgers (8 procent) steekt de handen uit de mouwen in eigen buurt of wijk, terwijl nog eens 19 procent daartoe bereid is. ‘Onbenut kapitaal,’ aldus Binnenlands Bestuur. Maar niet overal.

De Noord-Veluwse gemeente Oldebroek besloot dat kapitaal te verzilveren. Met een experimentele burgerbegroting als instrument. In 2012/2013 kortte Oldebroek voor een bedrag van 114.000 euro in het budget voor onderhoud van het openbaar groen, 9 procent. ‘We gingen van niveau B, zoals je je eigen tuin zou willen hebben, naar niveau C, waarbij het onkruid tot 50 centimeter mag reiken en er weinig gesnoeid en minder gemaaid wordt’, zegt wethouder Lydia Groot (Algemeen Belang Oldebroek; Financiën, Openbare Ruimte, Dorpsgericht Werken). ‘Aanvaardbaar, maar in de ogen van mensen die echt netjes zijn onvoldoende. Een keuze, terwijl groen hier als zeer belangrijk wordt beleefd. Er wórdt wat afgewerkt hier in de tuinen.’

Een burgerbegroting is een besluitvormend traject, waarin burgers meedenken en onderhandelen over het verdelen van publiek geld. ‘We beseffen dat de gemeente in deze tijden niet meer alles bepaalt’, aldus Groot. ‘Bij ons ontwikkelde zich het ‘Oldebroek voor Mekaar’-concept, waarbij we stimuleren dat inwoners zaken zélf oppakken, met de gemeente in een ondersteunende rol. Dus niet over de schutting gooien, maar initiatieven uit de gemeenschap stimuleren. Uit Oldebroek voor Mekaar is de burgerbegroting voortgekomen, niet uit bezuinigingsoverwegingen. Als mensen en organisaties het gevoel krijgen dat ze het geldprobleem van de gemeente oplossen, is de motivatie weg. Nee, we doen het niet zoals het rijk, dat decentraliseert en er vervolgens een flinke korting overheen gooit’, resumeert Groot.

Vage term
Maar burgerbegroting is volgens haar ‘een vage term’, lastig te concretiseren. Hoe ver moest het gaan? Zover als in het district Antwerpen, waar burgers beslissen over 10 procent van de begroting? Naar Keuls model, waar inwoners driehonderd projecten kiezen, waarover de raad beslist? Of naar het compleet overdragen van het budgetrecht aan de bevolking?

Toen inwoners van de kernen Oosterwolde en ’t Loo aangaven dat ze het groenbeheer voor eigen rekening wilden nemen, kwamen die voorstellen als manna uit de hemel. Oldebroek zag in het aanbod een manier om op niet al te ingrijpende schaal te experimenteren, maar wel in een vorm die impact heeft. Niet beperkt tot een plantsoentje, strook of speelplaats, maar het totale groenbeheer. De gemeenteraad stemde in met een pilot. ‘Er in zekere zin de handen vanaf halen; dat is wat het in de praktijk betekent’, volgens de wethouder. ‘En houden de kernen er wat aan over omdat ze het beter en goedkoper doen, dan mogen ze dat besteden aan het algemeen belang van het dorp.’

‘Best spannend’ vond zij deze beweging naar meer lokale democratie. ‘Je vraagt je eerst toch af wat voor effecten dat heeft voor de organisatie, hoe de dorpen het oppakken en hoe het zit met de legitimering. Verder waren er wat administratieve ingewikkeldheden. Het vergde een flinke reken exercitie om aan de weet te komen hoeveel geld en machine-uren we uitgaven aan Oosterwolde en ‘t Loo. En in de uitvoering moesten we bepalen hoe we de facturering zouden aanpakken. Want het is nog niet zo dat we het hele bedrag overmaken aan de dorpsgroepen. Verder betekent het vooral dat je de ruimte moet geven aan initiatieven en ideeën. Dat je de houding “de gemeente weet wat goed voor je is” moet laten varen.’

Ambtelijke uren
Begin 2015 werden handtekeningen gezet onder een overeenkomst met de stichtingen Dorpsbelangen Oosterwolde en Klankbordgroep ’t Loo. Daarin staat dat zij regulier en groot onderhoud van het groen volledig voor hun rekening nemen, op de manier die zij het best achten. Verder denken ze mee over het onderhoudsprogramma van lokale wegen. En zo was Oldebroek de eerste gemeente in Nederland die raadsbreed koos voor een vorm van burgerbegroting.

Alles ging niet vanzelf, erkent Groot; er waren aanloopperikelen. ‘Het was wennen, ook voor onze organisatie. Van beleidsmedewerker tot de mensen die de werkpakketten samenstelden. Maar we werden snel gerustgesteld.’ Na een jaar wordt het experiment nu in een tussenevaluatie door alle betrokken partijen geslaagd genoemd.

Opmerkelijk is, dat de oplossingen die de dorpen kozen zeer verschillend zijn. In ’t Loo wordt het groenbeheer grotendeels uitgevoerd door de in het dorp gevestigde ATB-stichting, samen met dorpshuis ‘t Grinthuus. De fietsclub zocht, toen er geen subsidie meer kwam, naar een creatieve manier om inkomsten te genereren. Oosterwolde daarentegen laat de werkzaamheden uitvoeren door plaatselijke hoveniers. Die doen alle voorkomende werkzaamheden, behalve grasmaaien (dat aan de sociale werkplaats is uitbesteed). Het kappen van bomen was om verzekeringstechnische redenen aanvankelijk voorbehouden aan de gemeente. Inmiddels regelen de dorpsgroepen ook dat zelf, of huren ze specialisten in.

Op jaarbasis zijn als gevolg van de overheveling bij de ‘buitendienst’ 300 manuren en evenveel machine-uren geschrapt, opgevangen met natuurlijk verloop. Of dit een besparing betekent, is lastig te zeggen, want er worden in de ontwikkelfase meer ambtelijke uren gestoken in overleg. ‘Maar ga je dit voor meer kernen doen, dan betekent dit een vermindering van personeel in de uitvoering’, zegt de wethouder.

Groene leerlingen
Ook de sociale werkvoorziening heeft uren ingeleverd. De gemeenteraad gaf de uitvoerders in de dorpen mee het op prijs te stellen als de doelstellingen van de Participatiewet worden ‘meegenomen’. In Oosterwolde krijgt dat gestalte door ‘groene’ leerlingen van het speciaal onderwijs stage te laten lopen bij de lokale ondernemers. En de ATB-stichting spant zich in om iemand met afstand tot de arbeidsmarkt aan te trekken.

Grootste winst is, zo zegt Jan Zegers van Dorpsbelangen Oosterwolde, het gevoel van ‘eigenaarschap’. Een dorp denkt niet in beleidskolommen, maar in dorpsbelangen. Het dorp heeft er volgens hem bij gewonnen. ‘De plaatselijke hoveniers zijn blij met zo’n stukje vast werk. Die jongens willen niet voor elkaar onderdoen en de reputatie van sloddervos krijgen. Dus ze lopen er hard voor. Het onderhoudsniveau is van C naar A gegaan. We hebben een mooi plantsoentje overgehouden en een bankje om te wachten op de bus.’

In ’t Loo varen zowel de fietscrossers als het dorp er wel bij, zegt Bé Meijer van de Klankbordgroep ‘t Loo. ‘Het onderhoud aan zo’n ATB-circuit kost een paar centen. De club bedruipt zichzelf. Van het bedrag dat we overhielden aan het eind van het jaar kochten we borden met bloembakken, voor de invalswegen van het dorp: welkom in ’t Loo.’ De inwoners zijn enthousiast. ‘Er zijn nauwelijks klachten. En is er wat, dan bellen dorpsgenoten ons, niet de gemeente.’

Beide woordvoerders zeggen dat, als er expertise of ondersteuning nodig is, ze bij de gemeente een gewillig oor vinden. Alle betrokkenen zijn volgens hen vastbesloten de pilot tot een blijvend succes te maken. ‘Een mooie dynamiek’, voegt Lydia Groot eraan toe. ‘De gemeente krijgt een andere rol. Er is meer contact gekomen tussen gemeentelijk medewerkers en de dorpen. De betrokkenheid van de inwoners is vergroot en het groen staat er beter bij.’

De intentie van het college is de overeenkomst te verlengen. Maar dat besluit vergt studie en juristerij. Bij een meerjarige afspraak lopen de dorpsgroepen misschien aan tegen aanbestedingsregels. ‘Als het om bedragen van tienduizend euro of een meervoud daarvan gaat, is het wel te doen’, zegt Groot. ‘Maar bij een vierjarige verlenging krijgen de pakketten zo’n financiële omvang dat de aanbestedingsprocedures complexer worden en we aanlopen tegen Europese, landelijke of onze eigen drempelbedragen. Het is een kwestie van zoeken hoe je zo zo’n meerjarencontract gestalte geeft. Op aanbesteden zitten ze niet op te wachten.’

Aan uitbreiding van de burgerbegroting naar andere domeinen, bijvoorbeeld zorg, denkt Oldebroek vooralsnog niet. ‘We sluiten bij voorbaat niks uit,’ zegt Groot. Maar als dat er van komt, moet het initiatief echt uit de dorpen komen.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie