Aanpak vitaliteit kleine kernen teveel eenheidsworst
Aanpak vitaliteit kleine kernen teveel eenheidsworst
De vitaliteit in veel kleine kernen staat onder druk. Dat zou blijken uit onder andere het verdwijnen van voorzieningen, minder leden bij verenigingen en vergrijzing. De mogelijkheden van de overheid om een actieve rol te spelen om de leefbaarheid te vergroten zijn beperkt. Gemeenten worden groter en moeten bezuinigen. De overhead verwacht vaker van de inwoners dat zij zelf het voortouw nemen in het verbeteren van de leefbaarheid.
In Noord-Holland hebben de gemeenten Schagen, Heerhugowaard, Medemblik, Haarlemmerliede-Spaarnwoude en Schermer samen met de provincie het initiatief genomen om te onderzoeken hoe zij de vitaliteit in kleine kernen kunnen behouden of versterken. Adviesbureau Companen voerde het onderzoek uit. Conclusie: kleine kernen zijn geen eenheidsworst, laat staan de aanpak voor vitaliteit in kleine kernen. Tegelijkertijd is de overheid beducht om verschillen in aandacht te tolereren, dat zou toch niet eerlijk zijn.
Incasseringsvermogen bepaalt vitaliteit
Noord-Holland telt honderden dorpen. Die zijn allemaal uniek, gevormd door hun geschiedenis, door de mensen die er wonen en door de omgeving waar ze deel van uitmaken. Wezenlijke veranderingen dienen zich echter aan zoals vergrijzing en ontgroening van de bevolking, economische schaalvergroting en het wegtrekken van winkels en andere voorzieningen. Uit ruim tweehonderd interviews met inwoners van een 20-tal dorpen blijkt dat de wijze waarop een dorp met deze veranderingen om kan gaan de basis is voor vitaliteit. Niet de aanwezigheid van voorzieningen bepaalt dus de vitaliteit, maar de mogelijkheden van het dorp om daar oplossingen voor te vinden. Daarvoor bestaat overigens geen recept, vanwege de verschillen tussen de dorpen.
Koester de verschillen
Inwoners van de dorpen beschouwen de gemeente als een belangrijke partner om de vitaliteit overeind te houden. De wijze waarop dorpen tegen de overheid aankijken en dus willen samenwerken verschilt. De oorsprong van het dorp blijkt hierin heel bepalend, evenals de lokale economie en ook bijvoorbeeld de nabijheid van een stad. Het onderzoek biedt zicht op die verschillen en op mogelijk succesvolle samenwerking tussen dorpen en gemeente in verschillende situaties.
Maaivelddenken
Voor gemeenten blijkt het moeilijk om die verschillen te honoreren. In de interviews bleek dat standaardoplossingen die voor alle kernen gelden vaak niet effectief zijn. Toch houden gemeenten hier aan vast, omdat wat het ene dorp krijgt ook het andere dorp moet krijgen. Gemeenteraden wegen ook op die manier de inzet voor de dorpen. Toch merken verschillende inwoners dat er steeds meer ruimte ontstaat voor de verschillen.
Hulpmiddel: loskomen van gebaande paden
De Vitaliteitsimpuls biedt een stappenplan om gemeenten te helpen bij het werken met die verschillen. Hoe ziet het stappenplan eruit?
- Kijk naar het DNA van een dorp. Is het gevormd door vissers, boeren, toeristen of rustzoekende stedelingen? Door de strijd tegen de zee? Door de nabijheid van een stad? Al die eigenschappen bepalen het specifieke karakter.
- Bepaal met de inwoners en ondernemers in het dorp welke vragen nu en in de toekomst aandacht behoeven. Wat is daarin specifiek voor ieder dorp? De gemeente kan hierbij helpen om vooral ook in de verdere toekomst te kijken.
- Stel vast wat er al gebeurt. Vaak hoeft de gemeente ook niets te doen. Kijk waar gemeente en andere organisaties mogelijk iets kunnen betekenen.
- Ga op zoek naar bewoners en ondernemers die iets kunnen betekenen, ook buiten de bekende contactpersonen. Er zijn tal van nieuwe manieren van samenwerking, zoek de samenwerking die past bij het dorp.
Meer informatie
026-3512532
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.