Werk, werk, werk

Een van de verdiensten van de econoom Piketty is dat hij de verdergaande tweedeling tussen de onderkant en bovenkant van de arbeidsmarkt terecht op de agenda heeft gezet. Niet alleen in de economische sterke Brainportregio worstelt men met de te hoge werkloosheid en geringe kansen voor lager opgeleiden. Vorige week was dit ook een van de rode draden tijdens een presentatie die ik mocht houden in het kader van de nieuwe ruimtelijk-economische koers van de zogenaamde U10, ik noem het nog gewoon regio Utrecht.

Ondanks de klinkende economische cijfers in de regio's Utrecht en Eindhoven slagen we er onvoldoende in de werkloosheid echt terug te dringen en zeker lager opgeleid werk te behouden en te scheppen. De enorme opgave in meer perifere Nederlandse regio's is klip en klaar.

Als het in 'booming' regio's als Eindhoven en Utrecht al zo lastig is banen aan de onderkant te behouden en te scheppen, dan ben je als bestuurder in het noorden maar wat blij als er opeens een project(ontwikkelaar) voorbij komt met honderden banen. Ik snap de wethouder van bijvoorbeeld Assen volledig als hij aangeeft dat hij de initiatiefnemer voor een Factory Outlet ver buiten het centrum, die spreekt over 330 banen, met open armen ontvangt. Tegelijkertijd zie ik momenteel een 'slimme' trend vanuit bouwende en ontwikkelende partijen om een project snel door de gemeentelijke procedures heen te 'geleiden' door met vaak eenzijdige mooie banencijfers te gaan wapperen. Dit sociale verhaal doet het in de politiek nu stukken beter dan het oude verkoopargument van m2 en de grondopbrengsten. Wethouders raken vanuit goede bedoelingen verblind door deze banencijfers en belanden in een tunnelvisie.

Honderden banen beloofd

Illustratief is het debat over de komst van een FOC aan de rand van Assen. Honderden banen worden beloofd en dat in een krimpende en overbevolkte retailmarkt met een nabijgelegen binnenstad waar het helaas niet goed mee gaat. De leegstand van de binnenstad is18,5 procent en het gebied is met circa 2500 banen een van de grote werkgevers van Assen. Je kan wel een rapport laten opstellen dat slim toeschrijft dat er plek is voor een FOC met de boodschap 'gaat u maar rustig slapen, alles komt goed'. Een nuchtere blik op de cijfers leert dat de leegstand in de binnenstad zeker met 10 procent oploopt. Dit kost toch echt vele banen, laat staan het langetermijneffect op investeerders en ondernemers om nog te willen investeren in de binnenstad.

De binnenstad maakt deel uit van de marketingmix van een stad. Maak je de binnenstad niet op orde, dan zal de algehele economische en daarmee ook maatschappelijke ontwikkeling achterblijven. Mijn oproep aan bestuurders is: zet vooral de tweedeling op de arbeidsmarkt hoog op de agenda, maar laat u niet verblinden door ronkende banenverhalen.Investeren in en ruimte voor het bestaand bedrijfsleven op bestaande werk-, winkel- en centrumlocaties is nog steeds de beste banenmotor.Koester uw grote werkgevers. Dit is de reden te werken aan een vitale binnenstad.

Lees hier de andere columns van Cees-Jan Pen.